Auteursrecht  

IEF 21202

HR: NSE als hostingplatform niet aansprakelijk

Hoge Raad 27 jan 2023, IEF 21202; ECLI:NL:HR:2023:94 (Brein tegen NSE), https://www.ie-forum.nl/artikelen/hr-nse-als-hostingplatform-niet-aansprakelijk

HR 27 januari 2023, IEF 21202, IT 4211; ECLI:NL:HR:2023:94 (Brein tegen NSE) [IEF 20832], [IEF 18372] en [IEF 20039]. De Hoge Raad heeft bij tussenarrest van 5 april 2019 prejudiciële vragen gesteld aan het HvJ. Per brief van 29 juni 2021 werd door de griffier van het Hof gevraagd of beantwoording van de vragen van de Hoge Raad nog nodig was met het oog op het Youtube en Cyando­-arrest. Van Peursem concludeerde in zijn conclusie tot vernietiging en verwijzing in het principale cassatieberoep wegens het slagen van een motiveringsklacht en tot verwerping van het incidentele cassatieberoep. Na 14 jaar procederen van NSE tegen Stichting Brein, is het geschil eindelijk definitief beslist. Het eindoordeel van de Hoge Raad is dat NSE geen auteursrechtinbreuk maakt en niet aansprakelijk is voor hetgeen zijn gebruikers doen. Het hof heeft namelijk terecht geoordeeld dat NSE zich kan beroepen op de vrijstellingen van respectievelijk art. 6:196c lid 1 (mere conduit) en lid 4 (hosting) BW. Verder is er geen sprake van een mededeling aan het publiek aan de kant van NSE. Zie de bijgevoegde rechtsoverwegingen voor de uitgebreide motivering van de Hoge Raad.

IEF 21191

Uitspraak ingezonden door Bertil van Kaam en Jacintha van Dorp, Van Kaam

Auteursrechtinbreuk door verkoop van reproducties

Rechtbank Amsterdam 18 jan 2023, IEF 21191; ecli:NL:RBAMS:2023:175 (Eiser tegen gedaagde), https://www.ie-forum.nl/artikelen/auteursrechtinbreuk-door-verkoop-van-reproducties

Rechtbank Amsterdam 18 januari 2023, IEF 21191; ECLI:NL:RBAMS:2023:175 (eiser tegen gedaagde) In deze zaak staat centraal de vraag of gedaagde inbreuk heeft gemaakt op de auteursrechten van eiser door reproducties van zijn werken te verkopen of weg te geven. Eiser stelt dat hij nooit toestemming heeft gegeven voor het maken van reproducties en gedaagde betwist dit maar kan dit niet onderbouwen. De rechtbank verklaart dat er sprake is van een auteursrechtinbreuk en geeft eiser het bevel om gedaagde te stoppen met de auteursrechtinbreuken en Catawiki te verzoeken om de advertenties van gedaagde te verwijderen. De omvang van de auteursrechtinbreuk is onduidelijk. Eiser denkt dat gedaagde mogelijk 900 reproducties in zijn bezit heeft gehad en/of verkocht, terwijl gedaagde beweert dat hij er maximaal 25 heeft gehad. Er worden inzagevorderingen toegewezen om de omvang van de auteursrechtinbreuk te achterhalen.

IEF 21187

Openbaar maken van liederen zonder toestemming

Rechtbank Rotterdam 29 dec 2022, IEF 21187; ecli:NL:RBROT:2022:11676 (eiser tegen gedaagde), https://www.ie-forum.nl/artikelen/openbaar-maken-van-liederen-zonder-toestemming

Rechtbank Rotterdam 29 december 2022, IEF 21187; ECLI:NL:RBROT:2022:11676 (eiser tegen gedaagde) Eiser stelt zich op het standpunt dat gedaagde op 21 april 2017 het boek genaamd Liedboek heeft geüpload op de website Scribd.com en hierdoor zonder de toestemming van eiser vier liederen van eiser openbaar heeft gemaakt die in het Liedboek zijn opgenomen, wat in strijd is met de Auteurswet. De kantonrechter is van oordeel dat met voldoende zekerheid kan worden vastgesteld dat gedaagde het Liedboek heeft geüpload op Scripd.com. Gedaagde had het Liedboek immers in 2013 digitaal in zijn bezit, het Liedboek is op 21 april 2017 geüpload op Scripd.com door gedaagde, gedaagde heeft het Liedboek op Scripd.com kunnen verwijderen via een account dat gelinkt was aan zijn e-mailadres en waarvan zijn profielfoto dezelfde is als die van zijn Gmailaccount. Dat betekent dat gedaagde zonder toestemming van eiser vier liederen van eiser openbaar heeft gemaakt, wat in strijd is met de Auteurswet. 

IEF 21181

Inbreuk op toebehorende rechten

Rechtbank Gelderland 14 dec 2022, IEF 21181; ecli:NL:RBGEL:2022:6849 (Stichting Brein tegen gedaagde partij), https://www.ie-forum.nl/artikelen/inbreuk-op-toebehorende-rechten

Rechtbank Gelderland 14 december 2022, IEF 21181; ECLI:NL:RBGEL:2022:6849 (Stichting Brein c.s. tegen gedaagde partij) De gedaagde partij vraagt de rechtbank terug te komen op hetgeen de rechtbank heeft geoordeeld in het tussenvonnis van 29 oktober 2021. Daarin heeft de rechtbank geoordeeld dat vooralsnog niet vast is komen te staan dat Brein c.s., althans de bij Stichting Brein aangesloten partijen auteursrechthebbende zijn op de werken die middels de IPTV pakketten zijn openbaar gemaakt. De rechtbank weigert dit verzoek omdat er geen belang is. De gedaagde partij heeft een verklaring afgegeven, maar deze behelst niet veel meer dan een herhaling van de bij het verweer ingenomen standpunten. Omdat de verklaring onvoldoende ondersteund wordt door andere stukken, is de verklaring onvoldoende om het vermoeden te ontzenuwen. De gedaagde partij is hierdoor niet geslaagd in het tegenbewijs. De rechtbank weigert het verzoek van Brein c.s. zich alsnog uit te laten over de vraag of op de auteursrechten van Brein c.s. inbreuk is gemaakt. De vordering tot opgave van opvolgende partijen zal ook niet worden toegewezen, omdat deze voorwaardelijk is ingesteld en geen verweer is gevoerd. De rechtbank oordeelt uiteindelijke dat de gedaagde partij inbreuk heeft gemaakt op auteursrechten door het verhandelen van IPTV-pakketten en heeft dit verklaard als onrechtmatig.

IEF 21182

Geen onvoorziene omstandigheden

Rechtbank Gelderland 21 dec 2022, IEF 21182; ecli:NL:RBGEL:2022:7179 (Arrow tegen Ront en A3 Company), https://www.ie-forum.nl/artikelen/geen-onvoorziene-omstandigheden

Rechtbank Gelderland 21 december 2022, IEF 21182; ECLI:NL:RBGEL:2022:7179 (Arrow tegen Ront en A3 Company) Arrow vordert dat de rechtbank voor recht verklaart dat de samenwerkingsovereenkomsten tussen partijen zijn vernietigd of ontbonden per 1 januari 2018 en gewijzigd worden zodat Arrow aan Ront en A3 Company sinds die datum geen vergoeding verschuldigd is. Ront en A3 Company stellen dat in de acquisitieovereenkomst rekening is gehouden met de mogelijkheid van krimp van licentie-inkomsten. Omdat die omstandigheden in de overeenkomst zijn genoemd, is er geen sprake van onvoorziene omstandigheden als bedoeld in artikel 6:258 BW. Arrow heeft onvoldoende onderbouwd dat sprake is van onvoorziene omstandigheden die de instandhouding van de overeenkomst onredelijk maken. De rechtbank oordeelt dat er geen grond bestaat voor ontbinding van de samenwerkingsovereenkomst tussen Ront, Arrow en A3 Company wegens onvoorziene omstandigheden. De subsidiaire vordering van Arrow om de overeenkomst te wijzigen wordt eveneens afgewezen, omdat er geen onvoorziene omstandigheden zijn die dit rechtvaardigen. De gevorderde verklaring voor recht is dus niet toewijsbaar.

IEF 21168

Verkregen informatie geen bedrijfsgeheim

Rechtbank Noord-Holland 12 dec 2022, IEF 21168; ECLI:NL:RBNHO:2022:10719 (Locus tegen HAI), https://www.ie-forum.nl/artikelen/verkregen-informatie-geen-bedrijfsgeheim

Rechtbank Noord-Holland 12 december 2022, IEF 21168; ECLI:NL:RBNHO:2022:10719 (Locus tegen HAI) Locus beroept zich op de Wet bescherming bedrijfsgeheimen en stelt dat HAI onrechtmatig tegenover haar handelt door het verkrijgen van haar bedrijfsgeheimen en het gebruiken daarvan. HAI voert hier tegen aan dat de informatie, die zij van de ex-werknemer van Locus heeft gekregen, openbare informatie betreft die afkomstig is uit (semi-)openbare bronnen, door de werknemer zelf is verzameld en aldus niet als geheime informatie van Locus kan worden beschouwd. De voorzieningenrechter is van oordeel dat Locus niet aannemelijk heeft gemaakt dat de informatie die HAI heeft verkregen van de ex-werknemer van Locus kwalificeert als bedrijfsgeheim(en) van Locus. Locus heeft onvoldoende onderbouwd dat de informatie die aan HAI is verstrekt geheim is en daarom als bedrijfsgeheim moet worden aangemerkt. Ook is de voorzieningenrechter van oordeel dat onvoldoende is gebleken dat HAI zich schuldig heeft gemaakt aan oneerlijke of onrechtmatige concurrentie. 

IEF 21160

Uitspraak ingezonden door Stan Elsendoorn, BG.legal.

Rechtbank: auteursrechtinbreuk door het verstrekken van thumbnails

Rechtbank Amsterdam 4 jan 2023, IEF 21160; (Eiseres tegen Cobra Art Company B.V.), https://www.ie-forum.nl/artikelen/rechtbank-auteursrechtinbreuk-door-het-verstrekken-van-thumbnails

Rb. Amsterdam 4 januari 2023, IEF 21160, IT 4191; C/13/714132 / HA ZA 22-168 (Eiseres tegen Cobra Art Company B.V.) Eiseres is professioneel fotografe. Zij heeft meermaals een licentie aan Cobra Art verleend voor het commercieel exploiteren van haar foto’s. Eiseres constateert dat Cobra Art na het verstrijken van de licentieperiode nog een aantal van haar foto’s heeft verkocht en deze gebruikt voor verschillende onlineadvertenties, hetgeen volgens eiseres kan worden gezien als een inbreuk op haar auteursrechten. Eiseres meent dat dit eveneens geldt voor de thumbnails die Cobra Art aan haar wederverkopers heeft verstrekt. Cobra Art stelt echter dat dat de wederverkopers zelf verantwoordelijk zijn voor de inbreuken die zij hebben gemaakt op de auteursrechten van eiseres. 

IEF 21162

Artikel ingezonden door Erwin Angad-Gaur, Senior adviseur Ntb/Kunstenbond en Directeur VCTN.

Maak werk van het auteursrecht

Begin 2023 wordt het wetsvoorstel aanscherping Auteurscontractenrecht verwacht. Wetgeving ter bescherming van auteurs en artiesten tegen onredelijke contractvoorwaarden, die tot nog toe onvoldoende effect had. De brief, ondertekend door onder meer Ntb- en VCTN-voorzitter, toetsenist Will Maas en saxofoniste Susanne Alt, roept de staatssecretaris van cultuur op zich sterk te maken voor de makers.

Uit de brief: “In 2015 werden de Auteurswet en de Wet op de Naburige Rechten aangepast, middels invoering van het Auteurscontractenrecht. De wijzigingen hadden tot doel om ervoor te zorgen dat uitvoerend en scheppend kunstenaars een reële (billijke) vergoeding zouden ontvangen voor de exploitatie (doorgeven/vermenigvoudigen/ openbaarmaken) van hun werk. Uit de evaluatie van de wet door het WODC is gebleken dat dit beoogde doel (nog) niet is bereikt. Met de toegezegde herziening van de wet is opnieuw het moment aangebroken om verbetering aan te brengen en ervoor te zorgen dat de scheve machtsverhoudingen tussen de exploitanten en de makers in evenwicht worden gebracht.

IEF 21156

Uitspraak ingezonden door Sikke Kingma en Maartje Möhring, Pels Rijcken en Tobias Cohen Jehoram, De Brauw Blackstone Westbroek.

HR: CD afspelen in zorginstelling is openbaarmaking

Hoge Raad 23 dec 2022, IEF 21156; (Dagelijks Leven Zorg tegen Sena en Buma), https://www.ie-forum.nl/artikelen/hr-cd-afspelen-in-zorginstelling-is-openbaarmaking

HR 23 december 2022, IEF 21155; ECLI:NL:HR:2022:1938 (Dagelijks Leven Zorg B.V. tegen Sena en Buma) Dagelijks Leven biedt een woonvoorziening voor ouderen met geheugenverlies die begeleiding en verpleging nodig hebben. De locaties zijn kleinschalig en bevatten gemiddeld 20 bewoners. De organisatie vordert in dit geding een verklaring dat het afspelen van muziek van één van de bewoners, op diens verzoek, in de gemeenschappelijke woonkamers geen openbaarmaking in de zin van de auteurswet is. De kantonrechter en het hof hebben deze vordering afgewezen. Gelet op het doel van richtlijnen 2001/29/EG en 2006/115/EG moet het begrip 'mededeling aan het publiek' ruim worden uitgelegd. Onderdeel 1 van het middel in principale beroep is gericht op het argument van Dagelijks Leven dat in dit verband ook niet-geharmoniseerd recht moet worden uitgelegd, wat het hof heeft verworpen. Dit kan niet tot cassatie leiden, nu richtlijnconforme interpertatie ook zal resultering in een handeling die resulteert in een verplichting tot betaling. Onderdeel 4 is gericht tegen het oordeel van het hof dat het aantal personen de minimisdrempel overschrijdt. Dagelijks Leven betoogt dat het hof miskent dat het relevante publiek moet worden beoordeeld aan de hand van het aantal luisteraars per woonkamer, in plaats van op alle locaties. Ook dit leidt niet tot cassatie. De woonkamers zien wisselend publiek, nu hier vook visitie langskomt en er verschillende zorgverleners rondlopen. De Hoge Raad gaat contrair aan zijn A-G Langemeijer en verwerpt het principale beroep.

IEF 21155

Executie Wodkamerken niet geschorst

Rechtbank Den Haag 28 nov 2022, IEF 21155; ECLI:NL:RBDHA:2022:12736 (Russische wodka), https://www.ie-forum.nl/artikelen/executie-wodkamerken-niet-geschorst

Vzr. Rb. Den Haag 28 november 2022, IEF 21109; ECLI:NL:RBDHA:2022:1736 (Russische wodka) HVY zijn drie voormalige aandeelhouders van de Russische onderneming Yukos Oil Company, welke onderneming in 2006 is gefailleerd. FKP is een Russische staatsonderneming die zich onder meer bezig houdt met de exploitatie van verschillende merken met betrekking tot Russische wodka. Tussen 2006 en 2020 hebben FKP en Spirits in Nederland meerdere procedures gevoerd over de vraag wie van hen rechthebbende op deze merken is. In die procedures heeft FKP zich aanvankelijk op het standpunt gesteld dat de Russische Federatie de merkrechten in 2002 had ondergebracht bij FKP en dat FKP bevoegd was op eigen naam procedures te starten om deze merken op te eisen. FKP en de Russische Federatie hebben op 15 mei 2015 een overeenkomst gesloten waarin staat vermeld dat de rechten op de merken voor zover nodig zijn overgedragen aan FKP. De rechtsverhouding tussen de Russische Federatie en FKP wordt verder bepaald door de statuten van FKP, laatstelijk gewijzigd in 2019. Op 7 mei 2020 hebben HVY beslag gelegd op de merken. FKP vordert HVY te verbieden om tot verkoop van de merken- en auteursrechten over te gaan zolang de geopolitieke situatie in Oekraïne naar verwachting ongewijzigd van negatieve invloed is op de mogelijk te genereren opbrengst uit hoofde van zo een verkoop. De voorzieningenrechter wijst de vordering af.