Red Bull Dog (Concl AG)
Met dank aan Lars Bakers, BINGH advocaten en Tobias Cohen Jehoram en Marjolein Bronneman, De Brauw Blackstone Westbroek. In navolging van Hof Amsterdam, IEF 8571 en Rb Amsterdam, IEF 3288.
Merkenrecht. Co-existentieregeling (scriptie/promotiemateriaal in r.o. 3.11 - 3.12), invloed van gedogen, 'graantje meepikken' en uitleg van het begrip 'geldige reden'.
Een forse conclusie, en potentieel materiaal voor prejudiciële vragen aan HvJ EU, omdat de volgorde van de klachten AG Verkade niet aanspreekt, neemt hij de vrijheid een andere volgorde van bespreking te kiezen, waarvan hier een inhoudsopgave:
A. onderdeel VI: geen normaal gebruik van het ingeschreven merk van Red Bull (bestaan van subjectief merkrecht)
B. onderdeel VII co-existentieregeling van art. 2.27 lid 3 BVIE van toepassing?
C. onderdeel II, heeft het hof het merk 'Red Bull Krating-Daeng' tot uitgangspunt genomen?
D. onderdeel III, invloed op onderscheidend vermogen van element BULL als gevolg van het gedogen door Red Bull van BULLIT?
E. onderdeel IV, overeenstemming tussen de woord-/beelmerken?
F. onderdeel IV, 'meepikken van een graantje' van de bekendheid van het merk van Red Bull?
G. onder I, Is er 'een geldige reden'?
A. onderdeel VI: geen normaal gebruik van het ingeschreven merk van Red Bull (bestaan van een subjectief merkrecht), p. 7-8 Klacht faalt deels omdat het feitelijke grondslag mist. Volgens het hof staat de omstandigheid dat niet alle woorden die in het beeldmerk voorkomen er niet aan in de weg om van normaal gebruik te kunnen spreken.
B. onderdeel VII co-existentieregeling van art. 2.27 lid 3 BVIE van toepassing? p.8-10
3.13 (...) Het hof heeft geoordeeld dat er ondanks het weglaten van de woorden 'Krating-Daeng' sprake is van normaal gebruik door Red Bull. Nu De Vries zijn beroep op het verval van het REd Bull Krating-Daeng' merk gebaseerd heeft op het weglaten dan de woorden 'Krating-Daeng' (en daarmee een onderscheidend kenmerk) en nu die stellingname van de hand gewezen is, komt het 'co-existentie'-systeem van art. 2.27 lid 3 BVIE (jo lid 2) niet aan de orde. Onderdeel VII faalt bij gebrek aan (processueel) belang
C. onderdeel II, heeft het hof het merk 'Red Bull Krating-Daeng' tot uitgangspunt genomen? p.10-13.
D. onderdeel III, invloed op onderscheidend vermogen van element BULL als gevolg van het gedogen door Red Bull van BULLIT? p. 13-15.
3.25. De Vries betoogt in onderdeel III terecht niet dat door de in het onderdeel aangegeven omstandigheden het woord-/beeldmerk ´Red Bull Krating/Daeng´ in zijn geheel (ieder) onderscheidend vermogen zou hebben verloren. Maar het onderdeel refereert wél aan zijn stellingen over zodanig verlies, of in elk geval sterke verwatering voor wat betreft het element BULL in dit merk. Gaat het hier om essentiële stellingen waarop het hof had behoren te responderen?
3.26. (...) De Vries heeft betoogd dat het volgens Red Bull zeer onderscheidende element BULL met instemming van Red Bull door derden wordt gebruikt, waardoor Red Bull zelf bijdraagt aan de afbreuk van het onderscheidend vermogen van het element BULL. Afhankelijk van de juistheid van deze stelling en de mede op basis daarvan te beoordelen beschermingsomvang van het (al dan niet, of minder of meer) verwaterde onderscheidend vermogen van het element BULL is het m.i. bepaald niet ondenkbaar dat de vraag of sprake is van overeenstemming tussen De Vries' 'The Bulldog'-merken en Red Bull's merk 'Red Bull Krating-Daeng', en/of de vraag of sprake is van ongerechtvaardigd voordeel trekken door De Vries, anders wordt beantwoord dan nu door het hof is gedaan. (...)
3.27 Uit het voorgaande volgt dat het onderdeel, voor zover het klaagt dat het hof essentiële stellingen heeft gepasseerd, slaagt.
E. onderdeel IV, overeenstemming tussen de woord-/beeldmerken? p.15-17
3.34. Anders dan uit de jurisprudentie van het HvJEG volgt, heeft het hof de visuele, auditieve en begripsmatige overeenstemming inderdaad niet globaal beoordeeld. Bij de beoordeling van de auditieve overeenstemming heeft het hof in rov 3.9 veeleer merk en teken ontrafeld totdat een overstemmend deel-element ('Bull') overbleef.
F. onderdeel IV, 'meepikken van een graantje' van de bekendheid van het merk van Red Bull? p.17-19
Het citaat uit een interview met De Vries in Nieuwe Revu: "Red Bull heeft een omzet van 2,4 miljard euro op jaarbasis. Als ik daar maar 1 proces van zou kunnen meepikken" is uit context gehaald, oordeel is uitgesproken 'dun' gemotiveerd. Het voordeel dat De Vries zou hebben getrokken uit de bekendheid van het merk van Red Bull, is daarmee nog geen ongerechtvaardigd voordeel.
G. onderdeel I, Is er 'een geldige reden'? p.19-25
3.55. Uit het vorenstaande blijkt dat Unierechtelijk een aanzienlijk ander - en ruimer - begrip 'geldige reden' geldt dan onder de - door het hof in het arrest a quo nog aangehangen - Claeryn-jurisprudentie van het BenGH het geval was.
Onderdeel I.1 is dus gegrond. Ik herinner er nog aan dat het hof in het arrest a quo het beroep van De Vries op een geldige reden in verband met het gebruik van zijn merk "The Bulldog" als passend binnen de historie van zijn eigen label en de daarbij gehanteerde merchandising en marketing strategy, afwees. Dit is m.i. een verweer dat voor herbeoordeling onder Europeesrechtelijke uitleg van het begrip 'geldige reden' in aanmerking komt.3.57. (...) de hier bedoelde omstandigheden lenen zich ervoor om onder het Europeesrechtelijk criterium van het Interflora-arrest te worden meegewogen [red. zie IEF 10209]
Een van de vele WIPO Arbitrage
Met gelijktijdige dank aan Christien Wildeman,
(kledingstuk vi , r.o. 4.12) (...) Twijfel over de vraag of het teken afgebeeld op kledingstuk (vi) onder het gebod valt, bestaat naar voorlopig oordeel niet. Bij het daarop afgebeelde teken, weergegeven in schrijfletter, is een duidelijke afstand waarneembaar tussen de letter ‘D’ en de letters ‘str’.
Uit't persbericht Allen & Overy Amsterdam maakt bekend dat per 1 januari a.s. Frits Gerritzen de overstap maakt van Brinkhof Advocaten naar A&O.
Bart Kiewiet, vooraanstaand Europees kwekersrechtspecialist, wordt Of Counsel bij Vondst Advocaten te Amsterdam. Tot 1 augustus jl. was Bart Kiewiet voorzitter van het Kwekersrechtbureau van de Europese Unie, het Communautair Bureau voor Plantenrassen (CPVO). Hij heeft deze functie 15 jaar lang bekleed, vanaf het eerste moment dat het Bureau operationeel werd. Zie
With effect from November 7, 2011, Cees van Rij (54) has joined forces with SABAM to head up their newly reorganized Media & Online Licensing Department. Cees and his team will be responsible for licensing radio, television, cable and online operators, wherever located, offering their services in Belgium. Lees het persbericht van SABAM 
mr. J.A. Hagen volgt mr. Gerard Roes op als voorzitter Stichting Onderhandelingen Leenrechtvergoedingen. Hij is benoemd voor een periode van vier jaar, thans ook lid van Staatsraad. zie
The Administrative Council has appointed Wim Van der Eijk to the position of Vice-President of the EPO. The 54-year-old Dutchman will be in charge of the EPO's Directorate-General Appeals. He succeeds Peter Messerli of Switzerland, who retires at the end of November. The appointment is for five years from 1 December 2011. Before joining the EPO, he was chief legal officer of the Netherlands Patent Office and manager of its Patent Division. He also worked in the Ministry of Economic Affairs of the Netherlands, as well as serving as an honorary judge at the District Court of The Hague, which is responsible for patent litigation. Mr Van der Eijk has chaired both the Patent Law Committee of the European Patent Organisation and the working party that drafted the European Patent Litigation Agreement. Zie
Willem Zwalve (56), directeur van NL Innovatie bij Agentschap NL, heeft per 17 oktober 2011 de overstap naar het agentschap Dienst ICT-Uitvoering (DICTU) gemaakt. Zwalve is benoemd tot directeur van dit agentschap. DICTU, net als Agentschap NL onderdeel van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I), levert ICT services en -ondersteuning aan alle onderdelen van het ministerie van EL&I. Daarnaast levert DICTU ondersteuning aan enkele aan het ministerie verwante publiekrechtelijke bedrijfsorganisaties en zelfstandige bestuursorganen.
Overstap van de week is mr. Joke Bodewits. Na een klein jaar op reis te zijn geweest, is zij per 1 oktober als advocaat toegetreden bij Bergh Stoop & Sanders advocaten. Bodewits is gespecialiseerd is Intellectueel Eigendomsrecht. Zij begon haar carrière bij Hogan Lovells, waar zij tot vorig jaar werkzaam was. Zie
Per 1 oktober is mr. Gerrit-Jan Zwenne benoemd tot hoogleraar Recht en de Informatiemaatschappij bij het Centrum eLaw@Leiden van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid (Universiteit Leiden). Daarnaast is hij werkzaam als advocaat-partner voor de Telecom en IT groep van Bird & Bird LLP in Den Haag. Hij houdt zich bezig met privacy en internet- en telecomrecht. Zie meer
Per 15 augustus is mr. Jaap Tempelman toegetreden tot de Technologie, Media & Telecom praktijk van Clifford Chance in Amsterdam. Daarvoor was Tempelman werkzaam bij verschillende advocatenkantoren en heeft hij als advocaat-in-dienstbetrekking bij KPN Telecom en als legal manager bij de mobiele netwerkaanbieder Telfort gewerkt. Zie meer
Per 1 november 2011 treedt Mari Korsten (36) toe als vennoot bij Nederlandsch Octrooibureau N.V. Mari Korsen (36) studeerde af in levensmiddelentechnologie aan de Wageningen Universiteit en studeerde ook rechten aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Na het behalen van zijn Nederlandse en Europese kwalificatie als octrooigemachtigde werkte hij voor Novartis Pharma in Zwitserland. Zie
Ilja Morée, Vice President of Corporate & Legal Affairs at AstraZeneca, will return to De Brauw. Ilja Morée will strengthen the Intellectual Property practice of De Brauw Blackstone Westbroek as of 1 January 2012. Ilja comes from AstraZeneca where she was Director of Legal Affairs and Vice-President of Corporate & Legal Affairs. Her focus in De Brauw's intellectual property practice will be predominantly trademarks, marketing and life sciences. Zie 
Per 1 oktober 2011 verricht De Vries & Metman de octrooiwerkzaamheden voor de cliënten van Indeig B.V.. Octrooigmachtigde ir. Guus Uittenbogaart (foto), eigenaar van Indeig, zal in naam van De Vries & Metman voorlopig nog octrooiwerkzaamheden blijven verrichten voor zijn voormalige cliënten. Zie
Met groot genoegen berichten wij u dat Radboud Ribbert per 23 september 2011 is benoemd tot shareholder/partner bij Greenberg Traurig, LLP. Radboud Ribbert is een gerenommeerd advocaat op het gebied van entertainmentrecht en intellectuele eigendom.
Per 1 oktober 2011 treedt Gie van den Broek toe als advocaat bij Deterink Advocaten en Notarissen. Van den Broek werkte eerder vijf als bedrijfsjurist voor McGregor Fashion Group. Daarvoor was hij enkele jaren als jurist werkzaam in de food retail bij het Vakcentrum in Woerden en bij IMN Groep. "Met de komst van Van den Broek onderstreept Deterink haar vooruitstrevende positie binnen het intellectuele eigendomsrecht. Van den Broek is een expert op het gebied van namaakbestrijding. Hij heeft met succes voor de bekende kledingmerken Gaastra en McGregor een zero-tolerance namaakbestrijdingsprogramma opgezet," aldus het persbericht van het kantoor.
Merkenrecht. Gekkengetal. Vrijdagmiddag.




Gemeenschapsmerk. Oppositieprocedure. Aanvrage gemeenschapsbeeldmerk
Gemeenschapsmerk. Oppositieprocedure. Aanvraag gemeenschapsbeeldmerk bestaat uit een letter "e" op een broekzak. Ouder Duits beeldmerk representatie van een letter "c". Relatieve weigeringsgrond: verwarringsgevaar. Het publiek zal de twee tekens als gelijke letters zien, sommige als gestileerde abstracte vormen. Dat in dit verband de tekens voor meerdere interpretaties vatbaar zijn, betekent dat het verwarringsgevaar aannemelijk is. Afwijzing klacht.
Paralelle publicatie van Reclameboek
Hogere voorziening. Gemeenschapswoordmerk 