Octrooirecht  

IEF 22156

Verzoek om schorsing zaak in eerste aanleg na afwijzing van preliminair niet-ontvankelijkheidsverweer

Unified Patent Court (UPC) 21 jun 2024, IEF 22156; (Mala technologies tegen Nokia technology), https://www.ie-forum.nl/artikelen/verzoek-om-schorsing-zaak-in-eerste-aanleg-na-afwijzing-van-preliminair-niet-ontvankelijkheidsverweer

UPC CoA 21 juni 2024, IEF 22156, IEFbe 3761; UPC_CoA_227/2024 (Mala technologies tegen Nokia technology). Verweerder in deze zaak, Nokia, heeft een vordering tot herroeping van het octrooi van appellant, Mala, ingesteld bij het Gerecht in Eerste Aanleg van het UPC. Tegen deze vordering heeft Mala een voorlopig bezwaar ingediend. Het Gerecht in Eerste Aanleg wees dit af, dus er was volgens het Gerecht in Eerste Aanleg geen sprake van niet-ontvankelijkheid. Tegen deze beschikking gaat Mala in hoger beroep. Zij verzoekt ook dat de intrekkingsprocedure voor het Gerecht in Eerste Aanleg wordt geschorst totdat het Hof van Beroep heeft beslist op haar voorlopige bezwaar.

IEF 22152

Verzoek om schorsende werking afgewezen

Unified Patent Court (UPC) 19 jun 2024, IEF 22152; (ICPillar tegen ARM), https://www.ie-forum.nl/artikelen/verzoek-om-schorsende-werking-afgewezen

UPC CoA 19 juni 2024, IEF 22152, IEFbe 3759; UPC_CoA_301/2024 (ICPillar tegen ARM). In deze zaak verzoekt appellant, ICPillar, bij het Hof van Beroep van het UPC om schorsende werking toe te kennen aan een beschikking uit Rule 220.2 RoP. Volgens Rule 223.5 RoP is er echter geen schorsende werking voor beschikkingen op grond van Rule 220.2 RoP. Op basis van artikel 74 UPCA kan het Hof van Beroep van het UPC op een gemotiveerd verzoek beslissen dat aan een beschikking schorsende werking toekomt. De UPCA prevaleert boven de RoP, dus het Hof van Beroep wijst erop dat het toekennen van schorsende werking op een beschikking van Rule 220.2 RoP mogelijk is. Er dient wel sprake te zijn van uitzonderlijke omstandigheden, gezien het beginsel dat de procedure van het Gerecht in Eerste aanleg zoveel mogelijk ongehinderd moet worden voortgezet.

IEF 22139

De opt-out conform artikel 83 (3) UPCA

Unified Patent Court (UPC) 4 jun 2024, IEF 22139; (Neo tegen Toyota), https://www.ie-forum.nl/artikelen/de-opt-out-conform-artikel-83-3-upca

UPC CoA 4 juni 2024, IEF 22139, IEFbe 3755; UPC_CoA_79/2024 (Neo tegen Toyota). Op grond van artikel 83 lid 3 UPCA kan een octrooihouder of -aanvrager afzien van de uitsluitende bevoegdheid van het UPC voor een Europees octrooi dat voor het einde van de overgangsperiode is verleend of aangevraagd, tenzij er al een vordering is ingesteld bij het UPC. De octrooihouder of -aanvrager dient dan een verzoek tot ‘opt-out’ in. De kern van het geschil in casu is of de houder van een of meer, maar niet alle, nationale delen van een octrooi(aanvraag) op grond van dit artikel rechtsgeldig een verzoek tot ‘opt-out’ kan indienen voor alle nationale delen van een dergelijk octrooi(aanvraag), dus met inbegrip van de nationale delen waarop hij geen recht heeft.

IEF 22122

Gedeeltelijke intrekking van beroep

Unified Patent Court (UPC) 4 jun 2024, IEF 22122; (Daedalus tegen Xiaomi DE en Xiaomi NL), https://www.ie-forum.nl/artikelen/gedeeltelijke-intrekking-van-beroep

UPC CoA 4 juni 2024, IEF 22122; UPC_CoA_183/2024 (Daedalus tegen Xiaomi DE en Xiaomi NL). In eerste aanleg waren vijf verweerders partij, maar wees het Gerecht in Eerste Aanleg af om de memorie van eis te betekenen aan drie van de vijf verweerders. Hiertegen gaat Appellant, Daedalus, in beroep. Aan twee verweerders, te weten Xiaomi DE en Xiaomi NL, is wel betekend. In de verklaring van beroep worden echter alle vijf de verweerders genoemd. Later heeft Daedalus het verzoek ingediend om het beroep met betrekking tot Xiaomi NL en Xiaomi DE in te trekken.

IEF 22117

Behandeling van intrekkingsprocedure voor het UPC hoeft niet te worden opgeschort

Unified Patent Court (UPC) 28 mei 2024, IEF 22117; (Carrier Corporation tegen BITZER Electronics), https://www.ie-forum.nl/artikelen/behandeling-van-intrekkingsprocedure-voor-het-upc-hoeft-niet-te-worden-opgeschort

UPC CoA 28 mei 2024, IEF 22117, IEFbe 3756; UPC_CoA_22/2024 (Carrier Corporation tegen BITZER Electronics). In deze zaak tussen Carrier Corporation, appellant, en BITZER Electronics, verweerder, verzoekt appellant het UPC om een intrekkingsprocedure tussen partijen op te schorten. Appellant heeft een octrooi en verweerder heeft een bezwaarschrift tegen dit octrooi ingediend bij het Europees Octrooibureau (hierna: EOB). Daarnaast heeft verweerder herroeping van conclusie 1 van het octrooi gevorderd bij het UPC. Op grond van artikel 33, lid 10, van de UPC Agreement, in combinatie met Rule 295 (a) RoP kan een rechter van het UPC de behandeling van de intrekkingsprocedure opschorten als er ook al een zaak aanhangig is bij het EOB en wanneer er een snelle beslissing van het EOB kan worden verwacht.

IEF 22116

Hanshow maakt geen inbreuk op octrooi van VusionGroup op elektronische schaplabels

Unified Patent Court (UPC) 13 mei 2024, IEF 22116; (VusionGroup tegen Hanshow), https://www.ie-forum.nl/artikelen/hanshow-maakt-geen-inbreuk-op-octrooi-van-vusiongroup-op-elektronische-schaplabels

UPC CoA 13 mei 2024, IEF 22116; UPC_CoA_1/2024 (VusionGroup tegen Hanshow). VusionGroup heeft een octrooi op elektronische schaplabels voor bijvoorbeeld in winkels. Volgens VusionGroup maakt Hanshow met haar elektronische schaplabels inbreuk op haar octrooi. Het Hof in Eerste Aanleg was er niet van overtuigd dat de producten inbreuk maakten op het octrooi. Het Hof van Beroep van het UPC oordeelt ook dat geen sprake is van inbreuk.

IEF 22110

Verzoek tot wijziging proceduretaal bij UPC

Unified Patent Court (UPC) 17 apr 2024, IEF 22110; (Curio Bioscience tegen 10x Genomics), https://www.ie-forum.nl/artikelen/verzoek-tot-wijziging-proceduretaal-bij-upc

UPC CoA 17 april 2024, IEF 22110; UPC_CoA_101/2024 (Curio Bioscience tegen 10x Genomics). Curio Bioscience en 10x Genomics zijn twee Amerikaanse bedrijven. Eiser in deze zaak, Curio Bioscience, heeft gevraagd of de proceduretaal kon worden gewijzigd van het Duits naar het Engels. Dit is een verzoek dat is beschreven in artikel 49, lid 5, van de UPC Agreement. Engels is namelijk de taal van het octrooi. In eerste aanleg is dit verzoek afgewezen. De Court of Appeal van het UPC heeft het verzoek wel toegewezen. Het Hof overweegt dat er bij een verzoek om de proceduretaal te wijzigen naar de taal van het octrooi om redenen van billijkheid rekening moet worden gehouden met alle relevante omstandigheden. Deze moeten in eerste plaats verband houden met het specifieke geval en de positie van partijen, met name de positie van verweerder.

IEF 22013

Uitspraak ingezonden door Benjamin Niemeijer en Marleen van den Horst, La Gro Geelkerken Advocaten.

Hof: octrooi van Galenicum nietig wegens gebrek aan inventiviteit

Gerechtshoven 16 apr 2024, IEF 22013; ECLI:NL:GHDHA:2024:882 (Galenicum tegen Insud), https://www.ie-forum.nl/artikelen/hof-octrooi-van-galenicum-nietig-wegens-gebrek-aan-inventiviteit

Hof Den Haag 16 april 2024, IEF 22013; ECLI:NL:GHDHA:2024:882 (Galenicum tegen Insud). Galenicum is een wereldwijd opererende onderneming die onder andere actief is in de farmaceutische sector. Ze is sinds 25 maart 2020 houdster van een Europees octrooi voor ‘Stable pharmaceutical compositions containing sitagliptin in the form of immediate release tablets’, ook wel EP 187. Insud heeft vervolgens vernietiging van het Nederlandse deel van dit octrooi gevorderd. Zij stelt daartoe dat het octrooi nietig is omdat het niet nieuw is, inventiviteit ontbeert, dan wel toegevoegde materie bevat. Er bestaat een ander soortgelijk octrooi dat ziet op directe compressie in plaats van droge granulatie. De rechtbank heeft geoordeeld dat het octrooi nietig is vanwege gebrek aan inventiviteit, waardoor het Nederlandse deel ervan wordt vernietigd [zie IEF 20505]. Galenicum is aan de hand daarvan in hoger beroep gegaan. Voor het geval dat EP 187 nietig wordt verklaard, heeft Galenicum een hulpverzoek ingediend.

IEF 22097

Afwijzing van vorderingen tot vernietiging van Settlement Agreement na nietigverklaring van octrooien en modellen

Rechtbanken 12 jun 2024, IEF 22097; ECLI:NL:RBDHA:2024:9032 (Printabout tegen HP c.s.), https://www.ie-forum.nl/artikelen/afwijzing-van-vorderingen-tot-vernietiging-van-settlement-agreement-na-nietigverklaring-van-octrooien-en-modellen

Rb. Den Haag 12 juni 2024, IEF 22097; ECLI:NL:RBDHA:2024:9032 (PrintAbout tegen HP c.s.). Samsung ontwikkelt en verkoopt laserprinters en tonercartridges. PrintAbout en Samsung hebben in 2014 een Settlement Agreement gesloten betreffende de verhandeling van inbreukmakende cartridges, waarbij vier van de vijf Europese octrooien en twee Gemeenschapsmodellen van Samsung in latere procedures ongeldig zijn verklaard. Nadien heeft Samsung aandelen overgedragen aan HP Inc. en de naam S-Printing gewijzigd naar HP Printing, en voegt HP c.s. zich als partij in deze zaak. PrintAbout vordert de vernietiging of ontbinding van de Settlement Agreement en terugbetaling van schadevergoeding, op grond van de vernietiging van de octrooien en Gemeenschapsmodellen. Samsung en HP c.s. verweren zich tegen de vorderingen en vragen om niet-ontvankelijk verklaring van PrintAbout en veroordeling in de proceskosten.

IEF 22084

Conclusie A-G: Merck Sharp & Dohme

HvJ EU 6 jun 2024, IEF 22084; ECLI:EU:C:2024:472 (Merck Sharp & Dohme), https://www.ie-forum.nl/artikelen/conclusie-a-g-merck-sharp-dohme

Conclusie A-G HvJ EU 6 juni 2024, IEF 22084; IEFbe 3744; C‑119/22 en C‑149/22 ECLI:EU:C:2024:472 (Merck Sharp & Dohme) Onderhavige zaken hebben betrekking op de voorwaarden waaronder ABC’s in de Unie kunnen worden afgegeven voor in geneesmiddelen gebruikte samenstellingen van werkzame stoffen. In de zaken staat artikel 3 onder a en onder c ABC-verordening centraal. A-G Emiliou is in het kader van artikel 3 onder c ABC-verordening van mening dat het Hof de letterlijke uitlegging van artikel 3 onder c ABC-verordening moet volgen, inhoudende dat i) het relevante “product” de samenstelling A+B is, en ii) de inspecteur moet nagaan of de octrooihouder reeds een ABC voor die samenstelling heeft verkregen. Door een juiste uitlegging en strikte toepassing van de laatste voorwaarde, kan de in Actavis I [IEF 13336] en Actavis II [IEF 14750] aangehaalde beleidsproblematiek worden aangepakt. Met betrekking tot artikel 3 onder a ABC-verordening, concludeert de A-G dat een product om te kunnen worden beschouwd als beschermd door een basisoctrooi in de zin van de bepaling, niet alleen uitdrukkelijk moet worden vermeld of ‘specifiek moet kunnen worden geïdentificeerd’ in de conclusies (vermeldingscriterium), maar ook moet vallen onder de uitvinding die het voorwerp uitmaakt van dat octrooi (uitvindingscriterium) [IEF 17872]. Het gaat dan in feite om een beoordeling achteraf van de informatie in het octrooi.