DOSSIERS
Alle dossiers

Woord- en of beeldmerk  

IEF 22734

Uitspraak ingezonden door Paul Trapman, Ploum.

Beslag op babymelkpoeder onterecht opgeheven, NewBreath wordt veroordeeld in alle proceskosten

Hof Arnhem-Leeuwarden 3 jun 2025, IEF 22734; (Liptis c.s. tegen NewBreath en Dutch Nutrition), https://www.ie-forum.nl/artikelen/beslag-op-babymelkpoeder-onterecht-opgeheven-newbreath-wordt-veroordeeld-in-alle-proceskosten

Hof Arnhem-Leeuwarden 3 juni 2025, IEF 22734 (Liptis c.s. tegen NewBreath en Dutch Nutrition). Liptis c.s. produceren en verhandelen babyvoeding en hebben in Libië blikken babymelkpoeder aangetroffen waarvan de verpakking nagenoeg identiek is aan die van haar. Deze zijn geproduceerd door DN Operations in Nederland voor NewBreath, een concurrent van Liptis. Liptis c.s. hebben ten laste van DN Operations beslag tot afgifte en bewijsbeslag gelegd. NewBreath heeft in kort geding de opheffing van het beslag tot afgifte gevorderd. De voorzieningenrechter heeft dit toegewezen [zie IEF 22474] en achtte het beslag onnodig. Liptis heeft hiertegen hoger beroep ingesteld. De zeven grieven van Liptis richten zich op de vernietiging van het vonnis van de voorzieningenrechter en de veroordeling van NewBreath in de volledige proceskosten. NewBreath maakt bezwaar tegen de afwijzing van de door haar gevorderde volledige proceskosten in eerste aanleg. De eiswijziging van NewBreath die ziet op de verwerking van de inhoud van de beslagen blikken tot diervoeding is niet toelaatbaar. Het hof komt in hoger beroep tot een ander oordeel dan de voorzieningenrechter.

IEF 22727

Uitspraak ingezonden door Maarten Russchen, Coda Advocaten.

Gedaagde heeft rechtscheppend handelsnaamgebruik voorafgaand aan merkdepot niet aannemelijk gemaakt

Rechtbank Gelderland 27 mei 2025, IEF 22727; (Eiser tegen gedaagde), https://www.ie-forum.nl/artikelen/gedaagde-heeft-rechtscheppend-handelsnaamgebruik-voorafgaand-aan-merkdepot-niet-aannemelijk-gemaakt

Vzr. Rb. Gelderland 27 mei 2025, IEF 22727; C/05/450383 (Eiser tegen gedaagde). Kort geding. Beide partijen drijven een eenmanszaak op het gebied van verpleging in Zutphen. Eiser, handelend onder de naam Cocon Parfumerie, heeft met gedaagde ooit een samenwerking besproken om parfums onder de naam Cocon aan te bieden. Deze samenwerking is niet tot stand gekomen. Eiser heeft zelf de naam Cocon wel doorgevoerd, onder andere in verschillende domeinnamen, het handelsregister en ze heeft het merk Cocon Parfumerie ingeschreven als Benelux woordmerk. Het geschil tussen partijen is ontstaan doordat gedaagde eveneens met de naam Cocon naar buiten is getreden, onder andere op haar Instagram pagina en website. Beide partijen stellen dat zij de naam Cocon als eerste hebben bedacht. In dit kort geding vordert eiser dat gedaagde wordt veroordeeld om binnen twee dagen de inbreuk op het merk Cocon te staken en gestaakt te houden, onder andere in de tekst van de website, de domeinnaam en het e-mailadres. De grondslag is inbreuk in de zin van art. 2..20 lid 2 sub a dan wel sub b en ook sub d van het BVIE. Subsidiair stelt eiser dat gedaagde door het voeren van de handelsnaam Cocon Perfume inbreuk maakt op haar handelsnaam Cocon Parfumerie. Meer subsidiair beroept eiser zich op onrechtmatige daad. 

IEF 22679

Ook in hoger beroep wordt gevorderde bescherming op grond van merk DESKTOP TAXATIE afgewezen

Hof Amsterdam 15 apr 2025, IEF 22679; ECLI:NL:GHAMS:2025:1001 (Appellant tegen geïntimeerde), https://www.ie-forum.nl/artikelen/ook-in-hoger-beroep-wordt-gevorderde-bescherming-op-grond-van-merk-desktop-taxatie-afgewezen

Hof Amsterdam 15 april 2025, IEF 22679; ECLI:NL:GHAMS:2025:1001 (Appellant tegen geïntimeerde). Appellant beschikt over Benelux-merkinschrijvingen: een beeldmerk met woordelementen waarin het woord ‘DESKTOP TAXATIE’ voorkomt, en een woordmerk ‘DESKTOP TAXATIE’. Zij gebruikt deze voor een door haar aangeboden taxatievorm waarbij de taxateur de taxatie op afstand uitvoert, zonder het onroerend goed fysiek te bezoeken. Geïntimeerde richt zich eveneens op het aanbieden van deze taxatievorm en noemt dit een ‘Desktoptaxatie’. Appellant verzet zich hiertegen en doet een beroep op merk- en handelsnaamrechten en op artikel 6:162 BW. De voorzieningenrechter wees deze vordering af, met als reden dat het aannemelijk was dat de bodemrechter zou oordelen dat ‘desktoptaxatie’ een generieke en gebruikelijke term is voor een taxatie op afstand, vanachter een bureau [zie IEF 21693]. In hoger beroep bekrachtigt het hof deze uitspraak, ondanks het feit dat de vordering tot doorhaling van het merk ‘DESKTOP TAXATIE’ door het BBIE werd afgewezen [zie IEF 22358]. Appellant voert in hoger beroep veertien grieven aan op basis waarvan zij concludeert tot vernietiging van het bestreden vonnis en alsnog toewijzing van de afgewezen vorderingen.

IEF 22668

Uitspraak ingezonden door Liselotte Bekke, NautaDutilh.

Betonblock c.s. trekt ongerechtvaardigd voordeel uit onderscheidend vermogen en reputatie LEGO-merk

Rechtbank Den Haag 25 apr 2025, IEF 22668; ECLI:NL:RBDHA:2025:7003 (LEGO-Groep tegen Betonblock c.s.), https://www.ie-forum.nl/artikelen/betonblock-c-s-trekt-ongerechtvaardigd-voordeel-uit-onderscheidend-vermogen-en-reputatie-lego-merk

Vzr. Rb. Den Haag 25 april 2025, IEF 22668; ECLI:NL:RBDHA:2025:7003 (LEGO-Groep tegen Betonblock c.s.). Kort geding. Betonblock c.s. is gespecialiseerd in de ontwikkeling, productie en verkoop van stalen mallen voor het maken van betonblokken. Deze producenten worden onder andere via haar website aangeboden. Hierop wordt herhaaldelijk het woord ‘lego’ en ‘LEGO’ in combinatie met de woorden ‘beton’, ‘blokken’ en 'stenen' gebruikt. Er wordt bijvoorbeeld gesproken over ‘Betonnen legoblokken’. De LEGO-Groep stelt dat dit inbreuk maakt op de merkrechten van de LEGO-merken. Bij de voorzieningenrechter vordert de LEGO-Groep dat Betonblock c.s. wordt veroordeeld om de inbreuk te staken, op straffe van een dwangsom. Deze vordering baseert de LEGO-Groep op artikel 9 lid 2 sub c UMVo en artikel 2.20 lid 2 sub c BVIE, dan wel op grond van artikel 2.20 lid 2 sub d BVIE. Ze stellen dat De LEGO-merken bekende merken zijn, waarop Betonblock c.s. inbreuk maakt door het teken voor vergelijkbare producten te gebruiken en op haar website expliciet naar de producten van de LEGO-Groep te verwijzen. Daarmee wordt ongerechtvaardigd voordeel getrokken uit de reputatie en bekendheid van de LEGO-merken, dan wel wordt afbreuk gedaan aan het onderscheidend vermogen of de reputatie van de LEGO-merken.

IEF 22657

Rechtbank oordeelt dat Easycosmetic inbreuk heeft gemaakt op de Uniemerken van Coty

Rechtbank Den Haag 16 apr 2025, IEF 22657; ECLI:NL:RBDHA:2025:6145 (Coty tegen Easycosmetic), https://www.ie-forum.nl/artikelen/rechtbank-oordeelt-dat-easycosmetic-inbreuk-heeft-gemaakt-op-de-uniemerken-van-coty

Rb. Den Haag 16 april 2025, IEF 22657; ECLI:NL:RBDHA:2025:6145 (Coty tegen Easycosmetic). Coty is exclusief licentiehouder van diverse Uniemerken van Hugo Boss, waaronder ‘HUGO BOSS’ en ‘BOSS BOTTLED’, en hanteert een selectief distributiesysteem binnen de EU. Easycosmetic is een groothandel in parfums en cosmetica en verkocht een 200 ml fles ‘Bottled Night’ parfum van Hugo Boss (voorzien van de Uniemerken) aan een derde partij in Nederland. In deze procedure stelt Coty dat deze specifieke parfumfles oorspronkelijk bestemd was voor Zuid-Afrika en buiten de EER in de handel is gebracht. Cory vordert een verklaring voor recht dat Easycosmetic inbreuk heeft gemaakt op haar intellectuele eigendomsrechten en deze inbreuk te staken. Als verweer voert Easycosmetic aan dat het merkenrecht is uitgeput. 

IEF 22649

Uitspraak ingezonden door Timme Geerlof en Joep Rieff, Windt Le Grand Leeuwenburgh.

Deel van de vermeerdering van de eis in incidenteel hoger beroep van Bacardi afgewezen

Hof Den Haag 8 apr 2025, IEF 22649; (Loendersloot tegen Bacardi c.s.), https://www.ie-forum.nl/artikelen/deel-van-de-vermeerdering-van-de-eis-in-incidenteel-hoger-beroep-van-bacardi-afgewezen

Hof Den Haag 8 april 2025, IEF 22649; C/09/528398 (Loendersloot tegen Bacardi c.s.). Bacardi c.s. is houdster van verschillende merken en meent dat Loendersloot daarop inbreuk heeft gemaakt en onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld. In eerste aanleg zijn de ingestelde verbodsvorderingen en nevenvorderingen gedeeltelijk toegewezen [zie IEF 20900]. Loendersloot is in hoger beroep gekomen, zowel tegen het eindvonnis als het tussenvonnis [zie IEF 19863]. Bacardi c.s. heeft incidenteel hoger beroep ingesteld en daarbij (de grondslag van) haar vorderingen gewijzigd. Hiertegen maakt Loendersloot bezwaar. Dit tussenarrest betreft alleen de vraag of de door Bacardi c.s. voorgestane eiswijzigingen zijn toegestaan. De conclusie luidt dat het hof een deel van de eiswijzigingen weigert wegens strijd met de eisen van een goede procesorde. Een aantal eiswijzigingen staat het hof toe. Aan de eiswijziging legt Bacardi ten grondslag dat uit nieuwe bewijsstukken is gebleken dat de merkinbreuk door Loendersloot al eerder begon en ook betrekking heeft op de merken Dewar’s en Patron.

IEF 22643

Uitspraak ingezonden door Jan Jacobi, BarentsKrans.

Rechtbank wijst opheffing van beslag op Volkswagen af: procedure aangehouden in afwachting van Duits oordeel

Rechtbank Rotterdam 2 apr 2025, IEF 22643; ECLI:NL:RBROT:2025:4240 (Ontario tegen Volkswagen), https://www.ie-forum.nl/artikelen/rechtbank-wijst-opheffing-van-beslag-op-volkswagen-af-procedure-aangehouden-in-afwachting-van-duits-oordeel

Rechtbank Rotterdam 2 april 2025, IEF 22643; ECLI:NL:RBROT:2025:4240 (Ontario tegen Volkswagen). Volkswagen (hierna: VW) heeft ten laste van Ontario conservatoir beslag laten leggen op 48 elektrische auto’s, bestemd voor de Chinese markt, omdat deze auto's niet voor de Europese markt bestemd zijn en verkoop ervan in de EU een merkinbreuk vormt. De auto’s bevinden zich in een douane-entrepot in Schiedam. Een eerdere vordering tot opheffing van het beslag door Techlantic en Ontario is door de voorzieningenrechter afgewezen. Dit vonnis werd door het hof bekrachtigd [zie IEF 22298]. Nu Techlantic inmiddels failliet is, vordert Ontario in de hoofdzaak opnieuw opheffing van het beslag. In het bevoegdheidsincident vordert VW dat de rechtbank zich onbevoegd verklaard. Ontario vordert in zowel het geschil in incident als in de hoofdzaak opheffing van het beslag en een verbod op nieuw conservatoir beslag, op grond van artikel 705 Rv.

IEF 22627

Namaak Belvedere wodka en Glenmorangie whisky, verzoek om terug te komen op verlening akte niet-dienen afgewezen

Rechtbank Den Haag 19 mrt 2025, IEF 22627; ECLI:NL:RBDHA:2025:4467 (MHCS c.s. tegen Claymont, Top Logistics en Leucana), https://www.ie-forum.nl/artikelen/namaak-belvedere-wodka-en-glenmorangie-whisky-verzoek-om-terug-te-komen-op-verlening-akte-niet-dienen-afgewezen

Rb. Den Haag 19 maart 2025, IEF 22627; ECLI:NL:RBDHA:2025:4467 (MHCS c.s. tegen Claymont, Top Logistics en Leucana). Claymont, een Chinese handelsonderneming, kocht en liet via TOP Logistics grote hoeveelheden flessen Belvedere-wodka opslaan die visuele kenmerken van namaak vertoonden en afkomstig waren van Leucana. Daarnaast voerde Claymont zonder toestemming Glenmorangie-whisky in de EU in en verhandelde deze. Polmos (merkhouder van Belvedere) en M&M (merkhouder van Glenmorangie) vorderen verschillende maatregelen tegen Claymont wegens merkinbreuk op grond van de UMVo en het BVIE. Zo vorderen ze onder andere de onmiddellijke staking van het verhandelen van namaak Belvedere-producten en het zonder toestemming invoeren van producten met de Belvedere- en Glenmorangie-merken in de EU. TOP Logistics wordt mede betrokken vanwege de aanwezigheid van inbreukmakende goederen in haar loods in Spijkenisse. Claymont heeft geen verweer gevoerd binnen de termijn, maar probeerde later terug te komen op de akte niet-dienen. TOP Logistics is niet verschenen; tegen haar is verstek verleend. Leucana heeft ook geen verweer gevoerd binnen de termijn.

IEF 22613

Navullen Antargaz-flessen: dwangsommen verbeurd, beslag blijft gehandhaafd

Rechtbank Zeeland-West-Brabant 18 mrt 2025, IEF 22613; ECLI:NL:RBZWB:2025:1592 (De leverancier tegen Antargaz), https://www.ie-forum.nl/artikelen/navullen-antargaz-flessen-dwangsommen-verbeurd-beslag-blijft-gehandhaafd

Rb. Zeeland-West-Brabant 18 maart 2025, IEF 22613; ECLI:NL:RBZWB:2025:1592 (De leverancier tegen Antargaz). Antargaz, houder van het Uniemerk "ANTARGAZ", verwijt [de leverancier] het zonder toestemming navullen en verhandelen van gasflessen met het Antargaz-merk, hetgeen volgens Antargaz een inbreuk vormt op haar merkrechten. Dit leidde tot meerdere gerechtelijke procedures, waaronder een kort geding, een bodemprocedure, executiemaatregelen en een executiegeschil [zie IEF 22287]. De leverancier vordert in dit geding primair opheffing van de op 21 januari 2025 gelegde executoriale beslagen op zijn onroerende zaken en voertuigen, en veroordeling van Antargaz tot doorhaling van deze beslagen, op straffe van een dwangsom. Antargaz voert aan dat de leverancier zich niets aantrekt van eerdere veroordelingen en doorgaat met het illegaal navullen van haar gasflessen. Daarom vordert zij onder andere herbevestiging van het verbod op het navullen, verhandelen en in voorraad hebben van Antargaz-flessen met vervalste zegels, op straffe van een (hogere) dwangsom.

IEF 22609

Conclusie A-G in zaak tussen Bestseller c.s. en Only for Men c.s.

Hoge Raad 21 feb 2025, IEF 22609; ECLI:NL:PHR:2025:226 (Bestseller c.s. tegen OFM c.s.), https://www.ie-forum.nl/artikelen/conclusie-a-g-in-zaak-tussen-bestseller-c-s-en-only-for-men-c-s

Parket bij de Hoge Raad 21 februari 2025, IEF 22609; ECLI:NL:PHR:2025:226 (Bestseller c.s. tegen OFM c.s.). Deze merkenzaak gaat over de vraag of OFM c.s. met verschillende Only for Men-tekens inbreuk maakt op de ONLY-merken van Bestseller c.s. (‘sub b’- en ‘sub c’-inbreuk). Volgens het hof is bij OFM c.s. geen sprake van ‘gebruik als merk’ van de gewraakte tekens, zijn het bovendien geen met de ONLY-merken overeenstemmende tekens en is er ook geen spake van verwarringsgevaar (nodig voor de b-grond) of ‘kielzog varen’ (nodig voor de c-grond), zodat geen sprake is van merkinbreuk door OFM c.s [zie IEF 21870]. Bestseller c.s. komt in cassatie op tegen het non-merkgebruik-oordeel, bestrijdt dat geen sprake is van overeenstemming, waarbij het hof onder meer de zogenoemde neutralisatieleer onjuist heeft toegepast volgens Bestseller c.s., terwijl ook wordt opgekomen tegen de oordelen over afwezigheid van verwarringsgevaar en kielzog varen. In feitelijke instanties hielden ook nog contractuele kwesties partijen verdeeld die voortkwamen uit een eerder tussen partijen gesloten vaststellingsovereenkomst, maar die spelen in cassatie geen rol meer. A-G Van Peursem ziet in de cassatiepoging geen doel treffen.