IEF 22520
7 februari 2025
Uitspraak

Verwarringsgevaar tussen SYC en SYR

 
IEF 22518
7 februari 2025
Artikel

Luchtig toetje II - Speech Kriek Wille tijdens het IE-diner 2025

 
IEF 22523
7 februari 2025
Uitspraak

Geschil over splitsing van familiebedrijf en kwekersrechten: juridische afwikkeling in hoger beroep

 
IEF 22513

Article: Forecasting the EU intellectual property law landscape for 2025

Article written by Tobias Cohen Jehoram, Anne Marie Verschuur and Selmer Bergsma, De Brauw Blackstone Westbroek. As we step into 2025, IP law in the European Union is set to undergo interesting changes. This article outlines the most anticipated developments in all areas of IP law. From landmark court cases to pivotal legislative reforms, we explore the key trends and decisions that will shape the future of IP in the EU.

IEF 22519

IE klassieker: Rosuvastatine

Hoge Raad 8 jun 2018, IEF 22519; ECLI:NL:HR:2018:854 (Rosuvastatine), https://www.ie-forum.nl/artikelen/ie-klassieker-rosuvastatine

HR 8 juni 2018, IEF 22519; ECLI:NL:HR:2018:854 (Rosuvastatine)

Onderwerp:
Uitlegleer wezenlijkheid, afstandsleer

Feiten:
AZ heeft een exclusieve licentie van de octrooihouder van Rosuvastanium in de vorm van zou en in het bijzonder calciumzout. Resolution verhandelt zink met rosuvastatine. Hier komt de uitlegleer weer ter sprake. Daarnaast betrof de zaak de afstandsleer.

Rechtsregel (rechtsoverweging 4.3.3):
De beschermingsomvang mag niet worden bepaald door alleen de letterlijke tekst van de conclusies, maar mag ook niet zijn dat de conclusies alleen een richtlijn zijn. Er moet een midden gevonden worden tussen de twee, waarbij er een redelijke bescherming van de octrooihouder is en een redelijke rechtszekerheid voor derden bestaat. De afstandsleer is hierbij niet langer het uitgangspunt, maar een gezichtspunt. Dit betreft de regel dat de gemiddelde vakman slechts dan mag aannemen dat afstand is gedaan van een gedeelte van de bescherming waarop het octrooi naar het wezen van de uitvinding aanspraak geeft, indien daartoe goede grond bestaat, gelet op de inhoud van het octrooischrift en andere relevante gegevens.

IEF 22510

Uitspraak ingezonden door Ruby Nefkens, Ruby Nefkens Legal.

Executiegeschil na merkinbreukvonnis: voorzieningenrechter wijst schorsingsverzoek af

Rechtbank Den Haag 7 jan 2025, IEF 22510; (Eiser tegen Sisley), https://www.ie-forum.nl/artikelen/executiegeschil-na-merkinbreukvonnis-voorzieningenrechter-wijst-schorsingsverzoek-af

Vzr. Rb. Den Haag 7 januari 2025, IEF 22510 (Eiser tegen Sisley). Op 24 december oordeelde de voorzieningenrechter dat een verkoper inbreuk heeft gemaakt op de merkenrechten van Sisley. Sisley hanteert een selectief distributiesysteem. De verkoper bood zonder toestemming Sisley-producten aan. De rechter oordeelde dat dit merkinbreuk was en wees Sisleys vorderingen toe: een inbreukverbod, inzageplicht en proceskostenveroordeling [zie IEF 22507]. Tegen dit vonnis heeft de verkoper, eiser in deze zaak, een executie kort geding aanhangig gemaakt, dat op 7 januari 2025 diende en waarvan mondeling vonnis is gewezen. In deze zaak vordert eiser op voet van artikel 438 lid 2 Rv dat de executie van de toegestane inzage in en afschrift van beslagen bescheiden wordt geschorst totdat in hoger beroep eindarrest is gewezen. Er is niet gebleken dat er sprake is van een kennelijke juridische of feitelijke misslag. Voor de vraag of de gevorderde schorsing van de tenuitvoerlegging toewijsbaar is, moet er dus een belangenafweging gemaakt worden. Hierbij wegen ook de omstandigheden die zich hebben voorgedaan voor de datum van het vonnis mee. 

IEF 22511

Handhaving Digital Services Act in Nederland van start met ACM en AP als toezichthouders

De Europese Digital Services Act (DSA) geldt sinds februari 2024 voor alle onlinemarktplaatsen, sociale netwerken, zoekmachines, cloudaanbieders, online reis- en accommodatieplatforms, internetproviders en diensten om content te delen, zoals videoplatforms. Zij moeten grondrechten van gebruikers beter beschermen, online misleiding en illegale informatie aanpakken en een gelijk speelveld realiseren voor gebruikers. De Nederlandse uitvoeringswet die het nationale toezicht op de naleving hiervan regelt, gaat vanaf 4 februari 2025 in. Na de Tweede Kamer, is de Eerste Kamer akkoord gegaan met het wetsvoorstel van minister Beljaarts (Economische Zaken) om de Autoriteit Consument & Markt (ACM) en de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) hiervoor aan te wijzen. Zij kunnen de DSA gaan handhaven.

IEF 22509

Verwarringsgevaar tussen Novares en Novaresine vastgesteld

Gerecht EU (voorheen GvEA) 22 jan 2025, IEF 22509; ECLI:EU:T:2025:49 (Rain Carbon Germany GmbH tegen EUIPO, Novaresine Srl), https://www.ie-forum.nl/artikelen/verwarringsgevaar-tussen-novares-en-novaresine-vastgesteld

Gerecht van de Europese Unie 22 januari 2025, IEF 22509; IEfbe 3858; ECLI:EU:T:2025:49 (Rain Carbon Germany GmbH tegen EUIPO, Novaresine Srl) Novaresine Srl diende een aanvraag in voor de inschrijving van een beeldmerk, bestemd voor alkydharsen. Rain Carbon Germany GmbH diende oppositie in tegen deze aanvraag op basis van het eerder ingeschreven EU-woordmerk "Novares", geregistreerd voor kunstharsen. De oppositie was gebaseerd op verwarringsgevaar vanwege de overeenkomsten tussen de merken en de betrokken waren. De Oppositieafdeling van het EUIPO verklaarde de oppositie gegrond en weigerde de inschrijving van het aangevraagde merk. Zij stelde vast dat het niet nodig was om te beoordelen of het oudere merk door gebruik een verhoogde onderscheidingskracht had verkregen, omdat er al verwarringsgevaar bestond op basis van de gemiddelde intrinsieke onderscheidingskracht van "Novares". Novaresine Srl stelde beroep in bij de Kamer van Beroep van het EUIPO, die de beslissing van de Oppositieafdeling vernietigde en de zaak terugverwees. De Kamer van Beroep oordeelde dat er geen verwarringsgevaar bestond op basis van de intrinsieke onderscheidingskracht van het oudere merk en achtte een verdere beoordeling nodig om vast te stellen of het merk door gebruik een verhoogde onderscheidingskracht had verkregen.

IEF 22508

A-G over de toetsing van inventiviteit en prioriteit in zaken tegen BMS

Hoge Raad 20 dec 2024, IEF 22508; ECLI:NL:PHR:2024:1407 (Sandoz en Teva tegen BMS), https://www.ie-forum.nl/artikelen/a-g-over-de-toetsing-van-inventiviteit-en-prioriteit-in-zaken-tegen-bms

Parket bij de Hoge Raad 20 december 2024, IEF 22508; ECLI:NL:PHR:2024:1407 (Sandoz en Teva tegen BMS). In onderhavige twee (gecombineerde) zaken procedeert Bristol-Myers Squibb (BMS) tegen generieke fabrikanten Sandoz en Teva over de geldigheid van haar octrooi op apixaban, de werkzame stof in de bloedverdunner Eliquis. De generieke partijen betwisten de geldigheid van octrooi EP 415 en stellen dat het octrooi niet inventief is. De zaak draait om twee vragen: (1) hoe moet een belangrijke uitspraak van het Europees Octrooibureau (G2/21) worden geïnterpreteerd bij de beoordeling of een uitvinding vernieuwend is (de inventiviteitstoets) en (2) is het octrooirecht van BMS geldig, of had het niet verleend mogen worden omdat het prioriteitsrecht niet correct is overgedragen? De voorzieningenrechter had eerder geoordeeld dat het octrooi waarschijnlijk niet inventief was en de vorderingen van BMS afgewezen. Het hof oordeelde echter anders en vond dat BMS zich terecht op haar octrooi kon beroepen [zie IEF 21629]. In cassatie wordt deze beslissing nu aangevochten door de generieke fabrikanten.

IEF 22507

Merkinbreuk buiten selectief distributiesysteem, vorderingen Sisley worden toegewezen in kort geding

Rechtbanken 24 dec 2024, IEF 22507; ECLI:NL:RBDHA:2024:22781 (Sisley tegen gedaagde), https://www.ie-forum.nl/artikelen/merkinbreuk-buiten-selectief-distributiesysteem-vorderingen-sisley-worden-toegewezen-in-kort-geding

Rb. Den Haag 24 december 2024, IEF 22507; ECLI:NL:RBDHA:2024:22781 (Sisley tegen gedaagde). c.f.e.b. Sisley (hierna: Sisley) is een producent van cosmetische producten. Zij hanteert een selectief distributiesysteem, waarbij alleen geautoriseerde wederverkopers haar producten mogen verkopen. Dit houdt in dat Sisley op basis van verschillende kwaliteitscriteria zelf de leveranciers kiest, die de voorwaarden van Sisley accepteren. Gedaagde B.V. (hierna: gedaagde) is een groothandel in parfum en cosmetica. Gedaagde heeft zonder toestemming van Sisley producten met de Sisley-merken aangeboden via e-mails aan potentiële afnemers. In dit kort geding vordert Sisley een inbreukverbod op haar merken, inzage en afschrift van beslagen bescheiden en veroordeling van gedaagde in de proceskosten.

IEF 22506

Rechtbank vernietigt het Nederlandse deel van octrooi van Biogen op MS-medicijn

Rechtbank Den Haag 22 jan 2025, IEF 22506; ECLI:NL:RBDHA:2025:496 (Biogen tegen de Generieken), https://www.ie-forum.nl/artikelen/rechtbank-vernietigt-het-nederlandse-deel-van-octrooi-van-biogen-op-ms-medicijn

Rb. Den Haag 22 januari 2025, IEF 22506, LSR 2274; ECLI:NL:RBDHA:2025:496 (Biogen tegen de Generieken). Deze uitspraak van de rechtbank gaat over drie zaken die gezamenlijk zijn behandeld. Eiser is alle zaken is Biogen, gedaagden zijn Polpharma c.s., Neuraxpharm c.s. en Mylan c.s., samen aangeduid als ‘de Generieken’. De procedures zijn gericht op het gebruik van de stof dimethylfumaraat (DMF) voor de behandeling van multiple sclerose (MS). Biogen brengt die stof onder de naam Tecfidera op de markt. Biogen heeft een octrooi op het gebruik van orale toediening van de stof DMF, met een effectieve dagelijkse dosis van 480 mg, namelijk EP 873. De Generieken willen ieder ook een generiek DMF-product op de markt brengen, ook oraal en met dezelfde dagelijkse dosis. Biogen stelt in conventie dat de Generieken met het op de markt brengen van deze producten inbreuk maken op haar octrooi. De Generieken, in reconventie, voeren aan dat het octrooi van Biogen ongeldig is. Zij stellen dat de geoctrooieerde uitvinding zoals neergelegd in de conclusie niet op die manier is terug te vinden in de aanvrage. Daarnaast zou het gebruik van 480 mg DMF per dag voor de gemiddelde vakman voor de hand liggen. Uit een studie bleek al aanwijzingen dat 720 mg effectief was, maar dat een lagere dosis dit waarschijnlijk ook was. Ook is in de aanvrage van het octrooi niet verduidelijkt dat 480 mg DMF per dag effectief is in de behandeling van MS. 

IEF 22491

Uitspraak ingezonden door Frank Eijsvogels, Hoyng Rokh Monegier

Rechtbank bevestigt geldigheid formuleringsoctrooi Astellas en Medivation

Rechtbank Den Haag 22 jan 2025, IEF 22491; ECLI:NL:RBDHA:2025:703 (Synthon B.V. tegen Astellas Pharma INC., en Medivation Prostate Therapeutics LLC.), https://www.ie-forum.nl/artikelen/rechtbank-bevestigt-geldigheid-formuleringsoctrooi-astellas-en-medivation

Rb. Den Haag 22 januari 2025, IEF 22491, LS&R 2272; ECLI:NL:RBDHA:2025:703 (Synthon B.V. tegen Astellas). Astellas en Medivation hebben met succes een octrooi voor formuleringen van enzalutamide verdedigd. De rechtbank heeft de nietigheidsargumenten van Synthon gericht tegen de conclusies van het door Astellas/Medivation verdedigde hoofdverzoek verworpen. Het octrooi EP 3 725 778 beschermt formuleringen voor enzalutamide, de werkzame stof in het geneesmiddel Xtandi®, dat Astellas in Europa op de markt brengt voor de behandeling van prostaatkanker. Tegen de verlening van het octrooi is oppositie ingesteld. Bij beslissing van 8 mei 2024 heeft de Oppositieafdeling beslist dat de conclusies van het hoofdverzoek geldig zijn en de opposities verworpen. De zaak is momenteel in behandeling bij de Technische Kamer van Beroep.

IEF 22470

Uitspraak ingezonden door Benjamin van Werven, Walden Grene.

Verbod op grond van merkrechten V-Label toegewezen, eerder gegeven onthoudingsverklaring ontoereikend

Rechtbank Den Haag 13 jan 2025, IEF 22470; ECLI:NL:RBDHA:2025:757 (De Nederlandse Vegetariërsbond tegen V-Label GmbH tegen PowerFood B.V.), https://www.ie-forum.nl/artikelen/verbod-op-grond-van-merkrechten-v-label-toegewezen-eerder-gegeven-onthoudingsverklaring-ontoereikend

Vzr. Rb. Den Haag 13 januari 2025, IEF 22470; ECLI:NL:RBDHA:2025:757 (De Nederlandse Vegetariërsbond / V-Label GmbH tegen PowerFood B.V.). Gedaagde maakte na het einde van een licentie gebruik van tekens die overeenkwamen met de “V-Label”-certificeringsmerken van V-Label GmbH, in Nederland gehandhaafd door De Nederlandse Vegetariërsbond (“NVB”). Eisers vorderden staking van dit gebruik, waarop gedaagde onder meer het verwarringsgevaar betwistte. Kort voor het kort geding gaf gedaagde vervolgens een onthoudingsverklaring af die naar mening van eisers ontoereikend was. Ter zitting heeft gedaagde gemeld de inbreuk niet te betwisten. De voorzieningenrechter oordeelde daarop dat de onthoudingsverklaring inderdaad ontoereikend was en wees het gevorderde verbod toe.