Merkenrecht  

IEF 9615

Gerecht EU 4 mei 2011, zaak T‑129/09 (Bongrain SA tegen OHIM / Apetito AG)

Gemeenschapsmerk. Oppositieprocedure. Aanvraag voor gemeenschapswoordmerk APETITIO. Ouder nationaal woordmerk APETITO. Relatieve weigeringsgrond. Verwarringsgevaar. Soortgelijkheidheid van goederen.  De soortgelijkheid zit ‘m in de eetbaarheid (r.o. 12: "goods at issue had the same nature, that their purposes were the same, namely to be eaten, that their uses were similar and, lastly, that they were substitutable"). Art. 8 lid 1, sub b, van verordening (EG) nr. 40/94 [thans verordening (EG) nr. 207/2009]. Oppositie toegewezen. Verwarringsgevaar bevestigd.

r.o. 17 According to the applicant, that interpretation implies that the goods covered by its application for registration are not identical to those covered by the earlier mark. A prepared meal is a composition of different foodstuffs. The purpose of a prepared meal is to avoid the preparation and cooking of different kinds of foodstuffs. The applicant also states that, apart from prepared meals for astronauts, prepared meals in liquid form do not exist and that a likelihood of confusion with milk is therefore precluded. Lastly, the applicant observes that producers of milk, cheese and dairy products do not produce prepared meals consisting of, inter alia, meat, sausage, fish, vegetables, potatoes and ingredients in prepared form. The goods therefore also differ in terms of their method of production, with the result that they never come from the same producer. 

Lees het arrest hier (link)

IEF 9611

OHIM en EPO

OHIM en EPO werken samen

OHIM en het European Patent Office (EPO) hebben een uitgebreide overeenkomst tot nauwere samenwerking getekend. Dit voor een verbeterde efficiëntie van Europese en wereldwijde IP systemen, zoals bijvoorbeeld ook met het European Patent Netwerk (EPN) gebeurt. Al eerder hebben deze organisaties samengewerkt in internationale projecten in China en de Balkans.

De "Memorandum of Understanding" omvat:

  • Training and interchange of human resources
  • Awareness-raising and promotion of the industrial property system
  • Information Technology systems

Lees meer op OHIM en EPO-site.

IEF 9607

VOI©E, 'CBO-Keurmerk', 29 maart 2011, www.voice.nl

CBO-Keurmerk sneller dan wetsvoorstel

Onder nr. 1223409 (kleur) en 1223410 zijn de CBO-keurmerken geregistreerd van VOI©E.

VOI©E gaat ervan uit dat in 2011 alle collectieve beheersorganisaties voor auteursrecht en naburige rechten (CBO’s) die lid zijn van VOI©E aan de CBO-Keurmerkcriteria zullen voldoen.

Het Keurmerkinstituut is de onafhankelijke certificerende instelling voor het CBO-Keurmerk. De eerste audits zullen in het najaar van 2011 worden verricht op basis van de jaarrekeningen van 2010. Na verlening van het keurmerk wordt jaarlijks door een onafhankelijke auditor getoetst of de CBO aan de criteria blijft voldoen.

Lees meer hier (link o.a. Keurmerkcriteria) en hier

IEF 9606

Gerecht EU 12/13/14 april T-466/08, T-98/09, T-28/10, T-209/09

Gerecht EU 14 april 2011, zaak T-466/08 (Lancôme parfums en beauté & Cie tegen OHIM/BHIM) - link

Gemeenschapsmerk. Oppositieprocedure. Aanvraag voor gemeenschapswoordmerk ACNO FOCUS. Ouder nationaal woordmerk FOCUS. Relatieve weigeringsgrond, verwarringsgevaar, gelijkenis van merken Acno licht dicht bij Acne, gezinspeeld op kenmerken van de goederen, behandeling van Acne. Artikel 8 lid 1, sub b, van verordening (EG) nr. 40/94 [thans artikel 8, lid 1, sub b, van verordening (EG) nr. 207/2009] – Normaal gebruik van ouder merk – Artikel 43, leden 2 en 3, van verordening nr. 40/94 (thans artikel 42, leden 2 en 3, van verordening nr. 207/2009). Verwarringsgevaar bevestigd.

 

Gerecht EU 13 april 2011, zaak T-209/09 (Alder Capital Ltd. tegen OHIM/BHIM) - link en IPKat
met dank aan Marlou van de Braak, Hoyng Monegier LLP

Gemeenschapsrecht. Onregelmatigheid in procedures. ALDER Capital en ouder Benelux woordmerk HALDER en HALDER Investments en ouder internationaal woordmerk HALDER. Relatieve weigeringsgronden, verwarringsgevaar )art. 8 lid 1 onder b en 53 lid 1 onder a Vo. 207/2009) / normaal merkgebruik art. 15 Vo. 207/2009))

Interessant: krantenartikelen kunnen als bewijs dienen, dat deze zijn geschreven door een journalist maakt ze niet minderwaardig voor het bewijs, HALDER is niet alleen handelsnaamgebruik, maar ook teken voor subcategoriën, OHIM/BHIM kan niet oordelen over de vraag of er overeenstemming met fiscale regelgeving is. Afwezigheid van juiste licenties is geen voorwaarde voor "normaal gebruik" of "te goeder trouw"

 

Gerecht EU 13 april 2011, zaak T-98/09 (Tubesca tegen OHIM/BHIM) - link

Gemeenschapsmerk. Oppositieprocedure. Aanvraag voor gemeenschapsbeeldmerk T TUMESA TUBOS DEL MEDITERRANE S.A. Nationale en internationale verbale oudere merken TUBESCA. Relatieve weigeringsgrond, afwezigheid van verwarringsgevaar. Art. 8 lid 1 onder b Vo. 40/94 (nu Vo. 207/2009). Lage overeenkomst, visueel noch fonetisch, tussen goederen en diensten. Hoge attentiegraad door relevante publiek, het prinipe van interafhankelijkheid en lage overeenkomst tussen teken en goederen in kwestie geen verwarringsgevaar.

 

Gerecht EU 12 april 2011, zaak T-28/10 (Euro-Information – Européenne de traitement de l’information tegen OHIM/BHIM) - link

Gemeenschapsmerk. Aanvraag EURO AUTOMATIC. Absolute weigeringsgrond. Beschrijvend karakter voor waren en diensten in klassen 9 en 36. art. 7 lid 1 onder c Vo 207/2009. In arrest T-28/10, bevestigd het gerecht dat EURO AUTOMATIC PAYMENT beschrijvend is voor de waren en diensten in de klassen 9 en 36. Voor het relevante Engels-sprekende publiek, het heeft een directe significante betekenis verband met telecommunicatie en bankwezen en de financiële sector, zoals 'euro' voor de valuta en de 'automaat' wordt een directe verwijzing naar de uitdrukking 'geldautomaat' - ook bekend als ATM - voor gelddistributie-apparaat.

 

De aankondigingen van deze week, zie hier:

T-129/09 Bongrain v OHMI - apetito (APETITO)
T-203/09 Olymp Bezner v OHMI - Bellido (Olymp)
T-204/09 Olymp Bezner v OHMI - Bellido (OLYMP)
T-41/10 SIMS - Ecole de ski internationale v OHMI - SNMSF (esf école du ski français)

Hoorzittingen:
C-125/10 Merck Sharp & Dohme Corporation
T-488/08 Galileo International Technology v OHMI - Galileo Sistemas y Servicios (GSS GALILEO SISTEMAS Y SERVICIOS)
T-499/09 Evonik Industries v OHMI (Rectangle de couleur pourpre avec le côté droit arrondi)
Joined cases T-427/09 and T-434/09 centrotherm Clean Solutions v OHMI - Centrotherm Systemtechnik (CENTROTHERM) and Centrotherm Systemtechnik v OHMI - centrotherm Clean Solutions (CENTROTHERM
C-277/10 Luksan

IEF 9604

Vzr. Rechtbank ’s-Hertogensbosch 21 april 2011, KG ZA 11-145 (VDS Automotive Group B.V. tegen Autohandel Van der Steen B.V.)

Bij het publiek kan verwarring ontstaan

met dank aan Menno Jansen,  JWJ advocaten

Merkenrecht. Handelsnaamrecht. Autobranche.  Eiser, houdster van het woordmerk VDS, maakt bezwaar tegen het gebruik  door gedaagde van het teken VDS. Vorderingen toegewezen. Inbreuk merkrecht en (mede)handelsnaamrecht. Verweer dat VDS afkorting is van de achternaam van gedaagde slaagt niet. Overdracht domeinnaam in kort geding. In citaten:

Merkenrecht: 4.3. Vast staat dat VDS houder is van het (woord)merk "VDS", Van der Steen heeft niet ontkend gebruik te maken van het teken "VDS" in het econonmisch verkeer. Van der Steen doet dit in dezelfde bedrijfstak als die waarin VDS haar merk gebruikt, namelijk in de autobranche. Voorts blijkt uit hetgeen beide partijen naar voren hebben gebracht dat de bedrijfsactiviteiten van beide partijen (mede) gericht zijn op de in- en verkoop van auto’s. (…) Het moge ongetwijfeld zo zijn dat de activiteiten van VDS breder zijn dan die van Van der Steen, maar om de bescherming van het teken VDS te kunnen inroepen behoeven de activiteiten van merkhouder VDS geen kopie te zijn van die van inbreukmaker Van der Steen. Voorts opereren beide partijen (mede via het internet) landelijk, richten zij zich (mede) op de consumentenmarkt en maken zij mede van soortelijke media gebruik om hun goederen en diensten onder de aandacht van het publiek te brengen. Gelet op deze omstandigheden is het zeer aannemelijk dat het publiek samenhang tussen het door Van der Steen gevoerde teken “VDS" en het merk "VDS" ziet.

4.4. (…) In het teken "VDS Auto’s B.V.” zit het merk “VDS” als bestanddeel verwerkt. Naast het woord "auto" dat beschrijvend is, is "VDS” duidelijk het onderscheidende en dominerende bestanddeel van het teken. Gelet hierop acht de voorzieningenrechter in dit geval aannemelijk dat het publiek een samenhang zal zien tussen het teken en het merk, temeer aangezien beide bedrijven in dezelfde branche opereren en zij zich beide bezig houden met de in- en verkoop van auto’s.  Bij het publiek kan verwarring ontstaan, inhoudende het gevaar van associatie met het merk. Ditzelfde geldt voor de domeinnaam www.vdsauto.nl in relatie tot het merk.

4.5. Conclusie is dat Van der Steen met het gebruik van het teken "VDS" dan wel “VDS Auto’s B.V." en de domeinnaam www.vdsauto.nl, reeds op grond van het bepaalde in artikel 2.20, lid 1 aanhef en sub b, BVIE inbreuk maakt op de merkrechten van VDS(…).

Handelsnaamrecht. 4.9. Gelet op het feit dat Van der Steen de domeinnaam www.vdsauto.nl gebruikt, en adverteert onder de naam "VDS Auto’s B.V.", moet het gebruik door Van der Steen van de aanduiding "VDS Auto’s B.V." worden beschouwd als het voeren van een (mede)handelsnaam. Immers, met de domeinnaam www.vdsauto.nl richt Van der Steen zich tot het publiek en tracht zij potentiële klanten voor de producten van haar onderneming te genereren. Ditzelfde geldt voor het adverteren onder de naam "VDS Auto’s B.V.".

4.10. Niet in geschil is dat VDS sedert langere tijd dan Van der Steen gebruik maakt van de handelsnaam "VDS" dan wel van een handelsnaam waarin de afkorting "VDS" voorkomt. Degene die zich op bescherming van zijn handelsnaam beroept, hoeft niet te bewijzen dat zich daadwerkelijk verwarring heeft voorgedaan. De omstandigheden in aanmerking genomen dat in onderhavige zaak het bestanddeel "VDS" in beide handelsnamen identiek is en partijen deels dezelfde waren leveren en dat zij door middel van autobladen en internet een landelijke markt bedienen - het publiek is voor de aankoop van een auto waarvoor men door landelijke werving geïnteresseerd is veelal bereid aanmerkelijke afstanden te overbruggen - is de voorzieningenrechter van oordeel dat er een reëel gevaar voor verwarring bestaat, in die zin dat door het publiek ten onrechte een economische of juridische band tussen VDS en Van der Steen kan worden verondersteld, zodat VDS terecht de bescherming van haar handelsnaam en medehandelsnamen inroept.

Overdracht domeinnaam: 4.12. VDS kan voorts uit hoofde van zijn exclusieve recht op de handelsnaam aanspraak maken op een kostenloze overdracht van de (als handelsnaam gebruikte) domeinnaam "www.vdsauto.nl" door Van der Steen, die deze domeinnaam heeft laten registreren. Ook dat onderdeel van dc vordering wordt dan ook als na te melden toegewezen.

Lees het vonnis hier (pdf)

IEF 9594

Rechtbank 's-Gravenhage 27 april 2011, zaaknummer 365209 rolnummer HA ZA 10-1627 (Gaastra International Sportswear B.V. c.s. tegen X)

Kosten bedrijfrecherchebureau komen voor vergoeding in aanmerking

Handelaar in nep-kleding via marktplaats. Inbreuk op Gemeenschapsmerken vastgesteld. Proceskostenveroordeling. Kosten van achterhalen van de inbreukmaker door bedrijfsrecherchekantoor zijn kosten die voor vergoeding in aanmerking komt, ten voordele merkhouder. Gemaakte kosten voor contact leggen en aantal online en offline proefbestellingen.

4.22 (...) Voor de kostenveroordeling is niet doorslaggevend het aantal door [X] verkochte inbreukmakende artikelen, dat overigens thans nog niet vaststaat. De kosten van het achterhalen van de inbreukmaker door een bedrijfsrecherchebureau zijn ook kosten die voor vergoeding in aanmerking komen ingevolge artikel 1019h Rv. Nu zoals hiervoor onder 4.10 is overwogen van uitlokking door de vertegenwoordiger geen sprake is, komen de kosten van het onderzoeksbureau voor vergoeding in aanmerking. Ook verzet de billijkheid zich niet tegen een volledige proceskostenveroordeling gelet op de gestelde mindere financiële draagkracht van [X]. Gelet op het voorgaande komt dan ook een bedrag van € 4.115,67 voor toewijzing in aanmerking.

Lees de uitspraak hier (pdf)
Een ander "recherchekosten"-uitspraak (IEF 8745)

IEF 9593

beschikking Rechtbank 's Hertogenbosch 2 februari 2011, zaaknummer/rekestnummer: 225780/BP RK 11-129 (CM B.V. c.s. tegen X h.o.d.n. CosMedique)

CosMedic v. CosMedique

met dank aan Huib Berendschot en Roderick Chalmers Hoynck van Papendrecht, AKD

Ex parte Beschikking ex 1019e Rv. Merk en handelsnaam "CosMedic" (boip.int) . Maatschap van plastische chirurgen die privékliniek. Eenmanszaak "Cosmedique" biedt dienst aan die ligt tussen schoonheidsbehandeling en chirurgische ingrepen. Gevaar voor publiciteit vanwege recente opening. Overeenstemming handelsnaam is auditief, begripsmatig, visueel en schrijfwijze (hoofdletter C en M). Verder geografisch gedeeld gebied en aard van onderneming is gelijk

Staken van handelsnaam en domeinnaam en gebruik van overeenstemmend merk CosMedique met dwangsom €2.500 per dagdeel voor overtreding. Toegewezen ex parte beschikking.

Lees de ex parte beschikking hier (pdf)
Regeling: art. 1019e Rv j.o. 2.20 lid 1 sub a,b, d BVIE

 

IEF 9592

WIPO Arbitration and Mediation Center, Domeinnaam jurisprudentie, DomJur.nl 27 april 2011

WIPO Arbitration and Mediation Center zes uitspraken

Op Domjur.nl staan Nederlandse uitspraken en artikelen met betrekking tot domeinnamen. In het bijzonder .nl-domeinnamen. Een overzicht van de laatste zes uitspraken.

WIPO Arbitration and Mediation Center 1 maart 2011, Zaak-/rolnummer: DNL2011-0002, DomJur 2011-657 (Arnhem Comin Soon B.V. tegen Benson and Partner Ltd) link

Eiseres is Arnhem Coming Soon B.V., een modewinkel in Arnhem en houder van het woordmerk ‘coming soon’. Verweerder is Benson and Partner Ltd, houder van de domeinnaam comingsoonarnhem.nl. Eiseres vordert overdracht van de domeinnaam. Verweerder dient geen verweerschrift in.

Verwarrendwekkende overeenstemming. Geen recht of legitiem belang verweerder.  Registratie te kwader trouw. Overdracht bevolen.

WIPO Arbitration and Mediation Center 28 februari 2011, Zaak-/rolnummer: DNL2010-0083, DomJur 2011-662 (Koninklijke Philips Electronics NV tegen Small Business Internet Solutions) link

Eiser is Koninklijke Philips Electronics NV, sinds 2008 maakt de onderneming Respironics Inc deel uit van eiser. Philips is rechthebbende op het merk Respironics. Verweerder is Small Business Internet Solutions die de domeinnaam respironics.nl heeft geregistreerd.

Domeinnaam identiek aan merk. Geen recht of legitiem belang verweerder. Registratie domeinnaam op de dag van persbericht overname respironics in. Registratie te kwader trouw. Overdracht bevolen.

WIPO Arbitration and Mediation Center 21 februari 2011, Zaak-/rolnummer: DNL2010-0074/00075, DomJur 2011-660/2011-661 (Coöperatieve Raiffeisen-Boerenleenbank tegen verweerder) link 0074/ 0075

Eiser is Coöperatieve Raiffeisen-Boerenleenbank B.A. (Rabobank Nederland). Verweerder heeft de volgende domeinnamen geregistreerd: abobank.nl, babobank.nl, rabibank.nl, rabobannk.nl, rabobasnk.nl, radobank.nl en raqbobank.nl. Verweerder woont op hetzelfde adres als de verweerder in de eerdere zaak ‘Rabobank Nederland – Verweerder (I)’.

Geen verweerschrift ingediend. Fonetisch en visueel verwarringwekkend gelijkend op merk.  Geen recht of legitiem belang verweerder. Link naar concurrenten. Registratie te kwader trouw.  Overdracht bevolen.

WIPO Arbitration and Mediation Center 21 februari 2011, Zaak-/rolnummer: DNL2010-0082, DomJur 2011-659 (Société Air France tegen Helo Holdings LTD) link

Eiseres is Société Air France. Verweerder is Helo Holdings Ltd, houder van de domeinnaam aifrance.nl. Eiseres vordert overdracht van de domeinnaam. De Geschillenrechter zal de vordering in het licht van artikel 2.1 van de Regeling interpreteren. Verweerder heeft geen verweerschrift ingediend.

Vrijwel identiek aan merk (Air France). Typosquatting. Geen recht of legitiem belang verweerder. Niet gelieerd, geen toestemming, te koop. Bekend merk, registratie te kwader trouw. Overdracht bevolen.

WIPO Arbitration and Mediation Center 17 februari 2011, Zaak-/rolnummer: DNL2010-0078, DomJur 2011-658 (Customworx B.V. tegen verweerder) link

Eiser, Costumworx B.V., houdt zich bezig met het ter beschikking stellen van personeel (uitzenden en detacheren), hanteert “Toptech”, “Toptech Detachering”, “Toptech Uitzendbureaus”, “Toptech Werving & Selectie” en “Toptech Solutions” als handelsnamen en heeft “TOPTECH” als woordmerk geregistreerd. Verweerder is doende om te starten met soortgelijke activiteiten. De domeinnaam toptechpersoneelsdiensten.nl is door de verweerder geparkeerd bij een registrar.

Al dan niet ingebruik irrelevant voor verwarringwekkende overeenstemming domeinnaam. Toevoeging beschrijvende woord personeelsdiensten heft overeenstemming onvoldoende op. Geen recht of legitiem belang verweerder. Registratie te kwader trouw - verweerder wil concurrerende activiteiten ontplooien. Overdracht bevolen.

IEF 9591

Presentaties Benelux Merkencongres 2011, 25 maart 2011

Presentaties Benelux Merkencongres

Onderstaand de presentaties die zijn gegeven op het Benelux Merkencongres 2011 op 25 maart j.l.. 
Met dank aan Frits Verheijden, Kluwer

prof. Martin Senftleben
Keyword advertising aansprakelijkheid ISPs
pdf (0,6 Mb)

prof  Tobias Cohen Jehoram
De verhouding tussen nationale en
het Gemeenschapsmerkenrecht
pdf (0,6 Mb)

Paul Reeskamp
Handhaving van merkrechten
pdf (0,2 Mb)
prof. Dirk Visser
Overzicht actuele ontwikkelingen en jurisprudentie
pdf (0,2 Mb)

Toch liever grotere bestanden (van enkele Mb)? 
Mailt u 
redactie@ie-forum.nl (onderwerp en bericht reeds ingesteld voor u)

IEF 9588

Vzr. Rechtbank Rotterdam 15 april 2011, LJN BQ1572 (Argene S.A. tegen Argen-X B.V.)

Het verschil tussen diagnostisch en therapeutisch

met gelijktijdige dank aan Jesse Hofhuis, Hofhuis Alkema
 
Merkenrecht. Handelsnaamrecht. Farmaceutica. ARGENE tegen arGEN-X. Bevoegdheid Rechtbank Rotterdam o.g.v. art 103 GMVo. (eiser verwijst naar de bepalingen van het BVIE, maar de vordering is alleen gebaseerd op een Gemeenschapsmerk).

Nu op grond van het Gemeenschapsmerk ARGENE niet kan worden opgetreden tegen de zuivere handelsnaam arGEN-X (geen gebruik voor waren of diensten) en van merkenrechtelijke verwarring daarnaast geen sprake is (diagnostische vs therapeutische toepassingen ander, hoogspecialistisch, publiek), oordeelt de voorzieningenrechter dat inbreuk niet aannemelijk is en wijst de vorderingen af. Geen beroep op art. 5a Hnw mogelijk wanneer uitsluitend Gemeenschapsmerk wordt ingeroepen.

Merkenrecht: “(…) Dat sprake is van een ander gebruik dan het gebruik van de aanduiding "arGEN-X" zuiver als handelsnaam is door Argene onvoldoende gemotiveerd bestreden noch is daarvan op grond van de in dit kort geding overgelegde stukken gebleken. Op grond van het Gemeenschapsmerk komt Argene in de verhouding tussen partijen mitsdien geen bescherming toe. De vordering als hiervoor weergegeven onder 3.1 sub 1 dient reeds daarom te worden afgewezen.

Indien en voor zover met het deponeren van het merk arGEN-X voor de klassen 5 en 42 wel sprake zou zijn van gebruik voor waren of diensten door arGEN-X, dient bepaald te worden of sprake is van inbreukmakend handelen van arGEN-X in de zin van artikel 9 lid 1 GMVo, zoals door Argene betoogd.
 
 (…)  Op de eerste plaats is de voorzieningenrechter voorshands van oordeel dat van verwarringsgevaar als bedoeld in artikel 9 lid 1.b GMVo niet is gebleken. Daartoe geldt het volgende. (…) Gelet op de hiervoor omschreven verschillen, waaronder het verschil tussen diagnostische en therapeutische toepassing van antistoffen (dat op dit punt sprake is van een wezenlijk verschil wordt ondersteund door productie 7 van arGEN-X), richten partijen zich logischerwijs ook op een ander - hoogspecialistisch - publiek.(…)   Het antwoord op de vraag of sprake is van visuele, auditieve en begripsmatige gelijkenis, althans overeenstemming, tussen de merken van partijen, zoals door Argene is gesteld, kan in het midden blijven, nu, gelet op het hiervoor overwogene, verwarringsgevaar voorshands niet te duchten valt.

Het vorenstaande leidt ertoe dat een beroep op het bepaalde in artikel 9 lid 1.b GMVo niet had kunnen slagen. In dat verband acht de voorzieningenrechter voorts van belang dat gesteld noch gebleken is dat in de bijna drie jaar dat arGEN-X nu bestaat daadwerkelijk verwarring is opgetreden. Dat geen verwarring te duchten valt, wordt ook onderschreven door de inhoud van de door arGEN-X op vier punten afgegeven onthoudingsverklaring  (…) .
 
Handelsnaamrecht: Blijkens de dagvaarding heeft Argene een expliciet beroep gedaan op het bepaalde in artikel 5a van de Handelsnaamwet (Hnw), maar daar evenwel geen vordering aan verbonden. (…) Indien en voor zover Argene aan haar op artikel 5a Hnw gebaseerde stellingen een vordering had verbonden, zou deze vordering eveneens zijn afgewezen.
 
(…) Zoals hiervoor is overwogen kan op grond van een Gemeenschapsmerk niet worden opgetreden tegen ander gebruik van een teken dan voor waren of diensten. Door ter bescherming van een Gemeenschapsmerk een vordering gebaseerd op artikel 5a Hnw in te stellen wordt juist getracht op te treden tegen een dergelijk ander gebruik zoals het gebruik van een handelsnaam. Dat staat de Gemeenschapsmerkenverordening, gelet op het bepaalde in artikel 14 lid 1, eerste zin, GMVo ("De rechtsgevolgen van een Gemeenschapsmerk worden uitsluitend beheerst door deze verordening. (...)"), niet toe. 

Lees het vonnis hier (link en pdf). 
Regeling: 9 lid 1, 2 en 3, 96 en 103 GMVo, 5 en 5a Hnw, 2.20 BVIE