Reclamerecht  

IEF 2154

Eerijkheid en begrijpelijkheid

Het ANP bericht dat zorgverzekeraars eerlijke en begrijpelijke reclame moeten gaan maken. Daarvoor heeft de Nederlandse Zorgautoriteit in oprichting (CTG/ZAio) richtlijnen opgesteld. Deze zijn gebaseerd op tientallen klachten die de autoriteit kreeg sinds de invoering van het nieuwe zorgstelsel op 1 januari. Volgens de Zorgautoriteit probeerden de verzekeraars geregeld klanten te lokken met onvolledige of onjuiste informatie.

Lees hier meer (AD). Website Zorgautoriteit hier.

IEF 2141

Lolbroek (3)

Rechtbank Utrecht, 1 juni 2006, KG ZA 06-525. Bavaria & K. tegen KNVB.

Kort reclamerechtvonnisje in de hier voorbesproken leeuwenhose-zaak.

"De KNVB moet supporters met een gekochte Leeuwenhosen (een promotieartikel van Bavaria in de vorm van een oranje broek) toelaten tot de stadions tijdens de oefeninterlands van het Nederlands elftal op 1 en 4 juni 2006. Bavaria mag op die dagen echter geen Leeuwenhosen of andere promotieartikelen aanbieden binnen een straal van 10  kilometer van het stadion. Dit is de uitspraak in een kort geding dat werd aangespannen door Bavaria tegen de KNVB."

Lees het vonnis hier.

IEF 2133

Lolbroek (2)

O.a. nu.nl bericht over een aardige tentamenvraag. Bavaria spant een kort geding aan tegen de KNVB omdat voetbalsupporters de door de brouwerij voor het stadion uitgedeelde ‘leeuwenhose’ het kledingstuk voorafgaand aan de wedstrijd van Oranje tegen Kameroen moesten inleveren. Volgens de KNVB gelden in het stadion de eigen  huisregels en mag zij opkomen voor de belangen van haar eigen sponsors .

"Het gaat alle perken te buiten dat de KNVB de kledingkeuze van Oranjefans bepaalt en onaangekondigd de leeuwenhosen invordert. "Word je straks ook geweigerd wanneer je Adidas-schoenen draagt, aangezien Nike de hoofdsponsor is van het Nederlands elftal? Zelfs de FIFA geeft op haar site expliciet aan dat er voor bezoekers geen speciale regels zijn ten aanzien van hun kleding tijdens de FIFA World Cup. (…)  wij hadden een vergunning van de gemeente Amsterdam voor het uitdelen van de broeken buiten het stadion.

Volgens de KNVB voeren de wereldvoetbalbond en de Europese voetbalbond FIFA en UEFA echter hetzelfde sponsorbeleid.

Lees hier meer. Eerder bericht over oranje broeken hier.

IEF 2130

Doelmatig voorschrijven 2006

Gerechtshof Arnhem, 30 mei 2006, LJN: AX4146. Artsen en Patiëntenorganisaties tegen Menzis c.s.

Na het arrest over de 'rationele module' (eerder bericht hier), nu een vervolg over de module 'doelmatig voorschrijven 2006', met een vleugje Reclamebesluit geneesmiddelen.

De patiëntenorganisaties en artsen stellen onder meer dat de handelwijze van Menzis c.s. strijdig is met regelgeving – met name het Reclamebesluit geneesmiddelen – die beperkingen stelt aan het maken van reclame voor geneesmiddelen.

Het hof: "Ook de aan het Reclamebesluit geneesmiddelen ontleende argumenten kunnen voorshands niet leiden tot toewijzing van de vordering. De module is niet gericht op – en leidt ook niet tot – het bevorderen van de afzet van geneesmiddelen waarop de definities van artikel 1 van het besluit zich richten. In dat verband is van belang dat de module, gegeven de medische noodzaak een statine of protonpompremmer voor te schrijven, slechts de keuze binnen de daartoe beschikbare alternatieven beïnvloedt, waarbij het voor te schrijven middel (simvastatine respectievelijk omeprazol) wordt aangeduid met de stofnaam en niet met één van de specifieke productnamen waaronder de verschillende fabrikanten het desbetreffende middel op de markt brengen. De module is derhalve niet gericht op – en leidt ook niet tot – vergroting van de afzet van geneesmiddelen in het algemeen, noch is zij gericht op – of leidt zij tot – vergroting van de afzet van een specifiek product van een bepaalde fabrikant. Gelet ook op het doel van de module – kort gezegd: kostenbeheersing – volgt daaruit dat het aanbieden van en uitvoering geven aan de module niet valt onder het begrip reclame zoals het besluit die beoogt te reguleren. Het oordeel van de voorzieningenrechter omtrent het toepassingsgebied van het Reclamebesluit en de daartegen aangevoerde grieven behoeven derhalve geen (verdere) bespreking."

Lees het arrest hier.

IEF 2119

Andere tijden

Valt reclame voor tabaksreclame ook onder de takbakswet?

“Tabaksreclame is het thema van een tentoonstelling van het Affichemuseum. Tot en met 25 juni 2006 worden affiches tentoongesteld die de aandacht vestigden op de overvloed aan merken die het gebruik van sigaretten, sigaren, pijptabak en shag met zich meebracht.

Werk van o.a. Frans Mettes, Ad Werner, Reyn Dirksen, Koen van Os en Jan Lavies is op deze tentoonstelling aanwezig. Zij werden uitgedaagd om in één beeld een emotionele impressie vast te leggen die onderscheidend was voor het merk."

Lees hier meer.

IEF 2117

Stemrecht

O.a. De Telegraaf bericht dat  “Een reclamespotje van de belastingdienst waarin Gerard Joling zogenaamd een telefoongesprek voert met presentator Albert Verlinde van de radio is gehaald.

De stemmen van  Joling en Verlinde werden in de commercial nagebootst. Verlinde hoorde het spotje op de radio en vroeg zich af of zoiets zonder zijn toestemming eigenlijk wel kon.’“Maar nog voordat hij zich boos kon maken werd hij gebeld door Joop Wijn, de staatssecretaris van Financiën.’ Die liet Verlinde weten dat het niet zo had mogen gebeuren en dat hij opdracht had gegeven de verdere uitzendinghet spotje onmiddellijk te staken en gestaakt te houden.

Lees hier meer

IEF 2116

Advocaat van Orange

Nu.nl bericht dat KPN vindt dat Orange de consument misleidt met een tv-commercial met de tekst "Bij Orange betaal je altijd per seconde, dus als je vijf seconden belt, betaal je ook vijf seconden". KPN stelt dat is verzuimd te melden dat de beller ook een starttarief betaalt. KPN eiste daarom woensdag de rechterbank in Haarlem een rectificatie van Orange.

Orange heeft inmiddels haar website aangepast, maar advocaat Richard van Schaik van KPN vindt dat te laat, de schade is al geleden en Orange gaat nog tot volgende week door met het uitzenden van het omstreden tv-spotje.

Wouter Pors, advocaat van Orange, vindt dat KPN de zaak enorm opblaast. 'De procesmachine van KPN heeft nu ook Orange bereikt.' “De raadsman wees erop dat in het tv-spotje wordt verwezen naar de algemene voorwaarden op de website, waar het starttarief met nadruk staat vermeld. Volgens Pors heeft KPN bovendien boter op het hoofd, omdat het concern bij zijn eigen tarieven helemaal niet duidelijk is hoe die zijn opgebouwd.”

Uitspraak op 7 juni. Lees hier meer.

IEF 2115

Wat je ziet

Adformatie bericht dat “de stichting Reklame Rakkers is gesommeerd door een andere stichting die zich op jongeren richt, Weet Wat Je Ziet, om het boek ‘Reclame, weet wat je ziet’ per direct uit de handel te halen.” ‘Weet Wat Je Ziet’ is als (beeld)merk geregistreerd.

“Merkrecht-advocaat Ten Hove van de stichting Weet Wat Je Ziet heeft inmiddels contact gehad met de Reklame Rakkers. ‘Maar die organisatie geeft aan nooit eerder te hebben gehoord van de stichting', zo staat in een persbericht.”

Lees hier meer.

IEF 2095

Gerechtvaardigde verwachtingen

Rechtbank ’s-Hertogenbosch, 13 april 2005, LJN: AX3067. Mr. A. Steinz Praktijk B.V. tegen  Kluwer B.V.

IT-zaak, van april vorig jaar, met heel klein beetje reclamerecht: “Aan Kluwer moet worden toegegeven dat enige overdrijving eigen is aan reclamemateriaal en dat aan de uitingen in reclame niet al te groot belang kan worden gehecht. Dat neemt niet weg dat die uitingen wel degelijk kunnen bijdragen tot het ontstaan van gerechtvaardigde verwachtingen van de afnemer, zoals ook blijkt uit de tekst van artikel 7:17 lid 2, eerste zin BW, welke bepaling hetzij rechtstreeks, dan wel analoog op de onderhavige overeenkomst van toepassing is.”

Lees het vonnis hier.

IEF 2092

27.800 is niet substantieel

Rechtbank Amsterdam, 2 mei 2006, KG 06-455. Web Measurement Services B.V & Ad Pepper Media Benelux B.V tegen Weborama S.A. (Met dank aan Kriek Wille, Klos, Vos, Morel & Schaap). Wel een databank, niet substantieel, wel herhaald en wel systematisch.

WMS en Weborama zijn beide actief op het gebied van intemet marketing. Zij leveren hulpmiddelen om website-bezoek te monitoren en diensten voor online marketing en reclame. Ad Pepper is een internet reclamebureau en enig aandeelhouder van WMS. In 2005 hebben partijen onderhandeld over de verkoop van Weborama aan Ad Pepper. Deze onderhandelingen hebben niet tot resultaat geleid. In juni 2005 heeft WMS een softwareapplicatie gekocht waarmee zij het aantal bezoekers van webpagina’s kan meten en registreren. Met deze applicatie kunnen bedrijven het bezoek en gebruik van hun site registreren.

In oktober 2005, toen de onderhandelingen tussen partijen over de overname al waren afgebroken, heeft Weborama 27.800 gegevens en de daarbij behorende statistieken uit het bestand op de website van WMS opgevraagd. Weborama zou hiermee inbreuk hebben gemaakt op het databankenrecht van WMS.

De voorzieningenrechter is van oordeel dat de informatie die via de website van WMS verkregen kan worden een databank vormt op grond van de Databankenwet.

Op de website kan op verschillende manieren gezocht worden en de gevraagde informatie kan ook gecategoriseerd worden opgevraagd. Dat de informatie op de site met name URL’s betreft, betekent niet dat dit geen gegevens zijn. De URL’s verwijzen naar afzonderlijke websites die vervolgens bezocht kunnen worden, waardoor wel degelijk gegevens van betekenis kunnen worden verkregen. Dit betekent dat sprake is van een verzameling van gegevens of andere elementen die systematisch of methodisch is geordend.

Het is voldoende aannemelijk dat WMS een substantiële investering heeft gedaan en doet in de verkrijging van de noodzakelijke software, de controle en presentatie van de informatie op haar site.

De 27.800 opgevraagde URL’s maken echter kwantitatief slechte een fractie uit van de ongeveer een miljoen op de site van WMS aanwezige URL’ s, zodat in elk geval kwantitatief niet van een substantieel deel gesproken kan worden. WMS c.s. heeft voorts niet aannemelijk gemaakt dat de opgevraagde URL’s in kwalitatief opzicht wel een substantieel onderdeel van haar databank uitmaken, zodat voorshands wordt aangenomen dat het hier gaat om een niet-substantieel deel van de databank van WMS.

De voorzieningenrechter is wel van oordeel dat Weborama zonder toestemming herhaald en systematisch een niet-substantieel deel van de informatie op de site van WMS heeft opgevraagd, zodat zij in strijd heeft gehandeld met het bepaalde in artikel 2 lid 1 Dw en toch inbreuk heeft gemaakt op het databankenrecht van WMS. (De vraag is of dit wel helemaal juist is. Tekst & Commentaar zegt over dit artikel o.a: ”De bepaling verbiedt opvraging door gebruikers van de databank, die door hun repetitief en systematisch karakter zouden resulteren in een reconstructie van de databank in haar geheel of op zijn minst van een substantieel deel daarvan (…)

Ambtshalve stelt de voorzieningenrechter vast dat zij op grond van artikel 31 EEX verordening bevoegd is om van het geschil kennis te nemen nu de gestelde inbreuk en het schadetoebrengende feit zich mede in Amsterdam hebben voorgedaan.

Lees het vonnis hier