Mediarecht  

IEF 20225

Uitspraak ingezonden door Lotte Oranje, Kennedy Van der Laan.

Documentaire over sushiketen mag worden uitgezonden

Hof Den Haag 5 okt 2021, IEF 20225; ECLI:NL:GHDHA:2021:1823 (Selfmade tegen Sumo), https://www.ie-forum.nl/artikelen/documentaire-over-sushiketen-mag-worden-uitgezonden

Hof Den Haag 5 oktober 2021, IEF 20225; ECLI:NL:GHDHA:2021:1823 (Selfmade tegen Sumo) Hoger beroep kort geding. Het betreft een filmdocumentaire over het werk van de FIOD, waarbij de documentairemakers het opsporingsonderzoek naar fraude door sushiketen Sumo van dichtbij hebben gevolgd. De documentairemakers hebben daarbij ongeclausuleerd inzage gekregen in alle opsporingsgegevens. In eerste aanleg is Selfmade Films en KRO-NCRV verboden om enige opname met betrekking tot de strafzaak uit te zenden, [IEF 19513]. In hoger beroep wordt onderzocht of en in hoeverre (i) door de voorgenomen uitzending privacybelangen van geïntimeerden worden geschonden, (ii) daarmee een bijdrage wordt geleverd aan het algemeen publiek belang en (iii) een dringende noodzaak tot onmiddellijke uitzending bestaat. Een preventieve beperking van de vrijheid van meningsuiting is niet gerechtvaardigd. De vorderingen van geintimideerden zijn niet toewijsbaar, het bestreden vonnis wordt vernietigd.

IEF 20209

Prejudiciële vragen over reclametijd

HvJ EU 21 apr 2021, IEF 20209; (Reti Televisive Italiane), https://www.ie-forum.nl/artikelen/prejudici-le-vragen-over-reclametijd

Consiglio di Stato 21 april 2021, IEF 20209, RB 3559, IEFbe 3285, IT 3668; C-255/21 (Reti Televisive Italiane) Verzoek om een prejudiciële beslissing. Via MinBuza: De Italiaanse toezichthouder heeft drie zenders van RTI sancties opgelegd wegens het overtreden van de regels omtrent maximale reclametijd per klokuur. Volgens RTI werd in deze tijd ook zelfpromotie gepresenteerd, die bij de berekening niet mee hoeven worden genomen. In het geschil is dan ook aan de orde de vraag of het aanprijzen door de moedermaatschappij van (radio)programma's van de dochter-onderneming rechtmatig is. De verwijzende rechter verwijst in dit verband naar een besluit van de AGCOM, volgens welke de concentratie van televisie- en radio-uitzendingen ertoe kan leiden dat concurrenten worden uitgesloten van de markt. Er worden verschillende prejudiciële vragen gesteld over deze kwestie. De belangrijkste ziet op de vraag of het bestaan van diverse vormen van communicatie ondergebracht in onderling verbonden ondernemingsgroepen ertoe kan leiden dat de omroeporganisatie als groep aan te merken is als één economische eenheid. De overige vragen zien op de maximumzendtijd voor reclame en de gevolgen hiervan als de verschillende ondernemingen inderdaad als één economische eenheid beschouwd moeten worden.

IEF 20200

Uitspraak ingezonden door Radboud Ribbert, Greenberg Traurig.

Volledige uitspraak zaak Roddelpraat

Rechtbank Midden-Nederland 6 sep 2021, IEF 20200; (Eisers tegen Bindinc), https://www.ie-forum.nl/artikelen/volledige-uitspraak-zaak-roddelpraat

Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 6 september 2021, IEF 20200; C/16/526659 / KL ZA 21-220 (Eisers tegen Bindinc) Kort geding. De voorzieningenrechter deed op 20 september uitspraak nadat eerder een kop/staartvonnis werd gewezen [IEF 20179]. Op 7 april van dit jaar kregen Jan Roos en Dennis Schouten te horen dat hun online programma in de top 20 stond voor de Televizier-Ster online videoserie. De serie stond niet op de door de jury samengestelde longlist, maar via het open invoerveld hebben veel mensen het programma Roddelpraat ingevoerd. Hierdoor is het programma alsnog in een tussentijdse lijst opgenomen.

IEF 20187

Uitspraak ingezonden door Jens van den Brink, Kennedy Van der Laan.

Belang vrijheid van meningsuiting weegt zwaarder

Rechtbank Amsterdam 13 sep 2021, IEF 20187; ECLI:NL:RBAMS:2021:5058 (Kroongetuige tegen DPG Media), https://www.ie-forum.nl/artikelen/belang-vrijheid-van-meningsuiting-weegt-zwaarder

Vzr. Rechtbank Amsterdam 13 september 2021, IEF 20187, IT 3656; ECLI:NL:RBAMS:2021:5058 (Kroongetuige tegen DPG Media) Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter in een kort geding tussen de kroongetuige in het Marengo-proces en DPG Media over de publicatie van een krantenartikel. Het AD, onderdeel van DPG, wil op 14 september 2021 in de krant en op haar website een artikel publiceren over de kroongetuige, waarin wordt geciteerd uit WhatsApp-berichten die afkomstig zijn van een iPhone waarover hij in detentie enige tijd heeft beschikt. Eisers stellen dat het artikel tendentieus, vals en onjuist is en dat zij daarmee worden aangetast in hun eer en goede naam. Zij vorderen daarom (i) DPG te verbieden op welke wijze dan ook feitelijke beschuldigingen jegens eisers te uiten en/of berichten te verspreiden, en (ii) DPG te verbieden het concept-artikel op welke wijze dan ook te openbaren, op straffe van een dwangsom en met veroordeling van DPG in de proceskosten. Bepaald wordt dat het artikel mag worden gepubliceerd. Het belang van de vrijheid van meningsuiting weegt hier zwaarder dan het belang van de bescherming van de eer en goede naam van eisers.

IEF 20186

YouTube video van FvD hoeft niet teruggeplaatst te worden

Rechtbank Amsterdam 15 sep 2021, IEF 20186; ECLI:NL:RBAMS:2021:5117 (FvD tegen Google ), https://www.ie-forum.nl/artikelen/youtube-video-van-fvd-hoeft-niet-teruggeplaatst-te-worden

Rechtbank Amsterdam 15 september 2021, IEF 20186, IT 3654; ECLI:NL:RBAMS:2021:5117 (FvD tegen Google) Forum voor Democratie is kritisch ten aanzien van het regeringsbeleid betreffende de COVID-19 pandemie. De partij plaatst op het platform YouTube video's waarin deze opvatting duidelijk doorschemert. Het Covid-beleid is onderdeel van de rechtsverhouding tussen YouTube en haar gebruikers, waaruit voortvloeit dat het platform geen content toestaat die misleidende informatie verspreidt. Op 2 juni 2021 heeft YouTube op grond hiervan een video van FvD verwijderd. FvD vordert terugplaatsing van de video en beroept zich hierbij op vrijheid van meningsuiting. Al in eerdere uitspraken over het Covid-beleid van YouTube [zie IEF 20145] is overwogen dat, ondanks dat artikel 10 EVRM door kan werken in private overeenkomsten, dit niet onbegrensd is. YouTube heeft voor kritische geluiden en politieke uitingen geen maatschappelijke ‘must-carry’-verplichting. Pas als elke effectieve uitoefening van de uitingsvrijheid wordt tegengegaan, of als de essentie van het recht op vrijheid van meningsuiting wordt vernietigd, is er aanleiding voor de rechter om in te grijpen. Dat is een hoge eis, waaraan niet voldaan wordt. Het verwijderen van de video is dan ook niet onrechtmatig, de video hoeft niet terug te worden geplaatst. 

IEF 20179

Roddelpraat hoeft niet toegelaten te worden tot kwalificatieronde

Rechtbank Midden-Nederland 6 sep 2021, IEF 20179; ECLI:NL:RBMNE:2021:4305 (Eisers tegen Bindinc), https://www.ie-forum.nl/artikelen/roddelpraat-hoeft-niet-toegelaten-te-worden-tot-kwalificatieronde

Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 6 september 2021, IEF 20179, IT 3651; ECLI:NL:RBMNE:2021:4305 (Eisers tegen Bindinc) Kort geding. Op 7 april van dit jaar kregen Jan Roos en Dennis Schouten te horen dat hun online programma in de top 20 stond voor de Televizier-Ster online videoserie. De serie stond niet op de door de jury samengestelde longlist, maar via het open invoerveld hebben veel mensen het programma Roddelpraat ingevoerd. Hierdoor is het programma alsnog in een tussentijdse lijst opgenomen. Op 21 april is een lijst met 20 winnaars van de kwalificatieronde voor de Televizier-Ster gepubliceerd. Roddelpraat stond op die lijst. Sinds 17 augustus kan het publiek (online) stemmen op één van die 20 programma’s. Op die dag kregen de makers van Roddelpraat te horen dat zij alsnog uitgesloten waren van de verkiezing.

IEF 20081

Uitspraak ingezonden door Bertil van Kaam en Hanneke van Lith, Van Kaam.

Uitzending over werkwijze grondhandelaar niet onrechtmatig

Rechtbank Midden-Nederland 7 jul 2021, IEF 20081; (Multirisk tegen AVROTROS), https://www.ie-forum.nl/artikelen/uitzending-over-werkwijze-grondhandelaar-niet-onrechtmatig

Rechtbank Midden-Nederland 7 juli 2021, IEF 20081, IT 3589; HL ZA20-225 (Multirisk tegen AVROTROS) Op 5 maart 2019 heeft AVROTROS in het programma Opgelicht?! aandacht besteed aan de website www.makelaaringrond.nl en de heer P. Volgens eisers is de uitzending onrechtmatig en zij vorderen onder meer een aanzienlijke schadevergoeding en rectificatie. De rechtbank wijst alle vorderingen af. Het belang van AVROTROS weegt in dit geval zwaarder dan het belang van eisers. Daarvoor is het volgende redengevend. De kern van de uitzending is dat aanzienlijk veel contractanten van eisers ontevreden zijn en vraagtekens plaatsen bij de werkwijze van eisers. Dit is een misstand die aan de kaak mag worden gesteld en in zijn algemeenheid ook voldoende steun vindt in de feiten. Dat er niets aan de hand zou zijn zoals door eisers gesteld is een miskenning van deze feiten. Dat de opzet en de inleiding objectiever had gekund en op twee punten niet zorgvuldig is, maakt in het licht van het voorgaande niet dat de uitzending in het geheel onrechtmatig is. Het beroep van eisers op de journalistieke maatstaven van de Leidraad voor de Raad voor de Journalistiek maakt dit oordeel niet anders nu dit geen rechtens aan te leggen criterium is waaraan de rechter moet toetsen.

IEF 20035

Uitspraak ingezonden door Josine van den Berg, Mount Law.

Wettelijk uitgesloten herroeping leidt tot niet-ontvankelijkheid

Hof Amsterdam 13 apr 2021, IEF 20035; (Eiser tegen Talpa), https://www.ie-forum.nl/artikelen/wettelijk-uitgesloten-herroeping-leidt-tot-niet-ontvankelijkheid

Hof Amsterdam 13 april 2021, IEF 20035; HA ZA 18-542 (Eiser tegen Talpa) In dit hoger beroep staat alleen de ontvankelijkheid ter discussie. Eiser heeft hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank over een uitzending van 'Undercover in Nederland'. In deze uitzending werd gesteld dat eiser heeft nagelaten om te vermelden dat hij lijdt aan de erfelijke aandoening 'Syndroom van Asperger', alvorens hij zich als zaaddoner heeft aangediend. In eerste aanleg heeft de rechtbank bepaald, dat een zaak uit 2013 over hetzelfde geschil niet voor herroeping in aanmerking komt. Hier heeft eiser vervolgens beroep tegen ingesteld. Het hof oordeelt dat de wetgever middels artikel 388 lid 2 Rechtsvordering hoger beroep tegen een afwijzing tot herroeping heeft uitgesloten en verklaart eiser om deze reden niet-ontvankelijk. [IEF 18487].

IEF 20036

Uitspraak ingezonden door Josine van den Berg, Mount Law.

Publicatie adresgegevens dient geen ander doel dan het schaden van geïntimeerde

Hof Den Haag 9 mrt 2021, IEF 20036; (X tegen Y), https://www.ie-forum.nl/artikelen/publicatie-adresgegevens-dient-geen-ander-doel-dan-het-schaden-van-ge-ntimeerde

Hof Den Haag 9 maart 2021, IEF 20036; ECLI:NL:GHDHA:2021:2479 (X tegen Y) Y heeft als programmamaker in 2011 een uitzending van 'Undercover in Nederland' over spermadonoren op internet gemaakt. X zou één van die spermadoneren zijn. X heeft vervolgens gedreigd om de adresgegevens van Y openbaar te maken en heeft dat ook op Twitter gedaan. Het gaat in deze zaak over de balans tussen de vrijheid van meningsuiting van X en het recht op privéleven van Y. De vrijheid van meningsuiting is niet onbegrensd en het hof stelt dan ook, dat X geen ander belang bij publicatie van adresgegevens heeft dan het sanctioneren van Y. Y wil namelijk niet met X in gesprek over de inhoud van de betreffende uitzending. Nu X geen belang heeft bij het publiceren van de adresgegevens van Y, prevaleert het recht van Y op eerbiediging van privéleven boven het recht van X. [IEF 20037]

IEF 20037

Uitspraak ingezonden door Josine van den Berg, Mount Law.

Geen reden tot beperking in tijd van verbod op het publiceren van adresgegevens

Hof Den Haag 8 jun 2021, IEF 20037; (X tegen Y), https://www.ie-forum.nl/artikelen/geen-reden-tot-beperking-in-tijd-van-verbod-op-het-publiceren-van-adresgegevens

Hof Den Haag 8 juni 2021, IEF 20037; ECLI:NL:GHDHA:2021:1329 (X tegen Y) In dit incidenteel hoger beroep is de beperking in duur van een verbod op publicatie van adresgegevens aan de orde. Verder vordert Y dat het verbod op publicatie van zijn (adres)gegevens wordt uitgebreid naar zijn partner en kinderen. Y heeft als programmamaker een item gemaakt over spermadonoren op het internet. X zou één van die spermadonoren zijn. X heeft vervolgens de naam en adres van Y en zijn huisgenoten (partner en kinderen) op Twitter geplaatst. Eerder heeft de voorzieningenrechter een verbod op publicatie beperkt tot 24 maanden en alleen ten aanzien van de gegevens van Y. Nu X ook gegevens van zijn huisgenoten openbaar heeft gemaakt, ziet het hof geen reden om het verbod nog langer te beperken en ze wijst dan ook de vorderingen van Y toe. [IEF 20036]