Naburige rechten  

IEF 5172

Streepje spatie

Kamerstuk 31 248, nr. 5 Herstel van wetstechnische gebreken en leemten alsmede aanbrenging van andere wijzigingen van ondergeschikte aard in diverse wetsbepalingen op het terrein van het ministerie van Justitie (Reparatiewet III Justitie) Nota van verbetering.

WNR artikel 10, onderdeel g: “In artikel XXXII, onderdeel E, wordt in onderdeel g ‘radioof televisieprogramma’ vervangen door: ‘radio- of televisieprogramma'.”

IEF 5130

Eerst even voor jezelf lezen

1- GvEA, 21 november 2007, T-111/06, Wesergold Getränkeindustrie GmbH & Co. KG tegen OHIM Lidl Stiftung & Co. KG(nog niet beschikbaar in het Nederlands).

Oppositieprocedure. Ouder woordmerk VITAFIT tegen Gemeenschapsmerkaanvrage beeldmerk VITAL FIT. “Nach alledem ist festzustellen, dass die Beschwerdekammer zu Recht zu dem Ergebnis gelangt ist, dass für die maßgeblichen Verkehrskreise die Gefahr von Verwechslungen zwischen den einander gegenüberstehenden Marken besteht.”

Lees het arrest hier

2- GvEA, 20 november 2007, T-149/06, Castellani SpA tegen OHIM/ Markant Handels und Service GmbH.

Oppositieprocedure. Oudere nationale woordmerken CASTELLUM en CASTELLUCA tegen Gemeenschapsmerkaanvrage beeldmerk CASTELLANI.

“Anders dan in de bestreden beslissing werd gesteld, volstaat dus bij globale beoordeling van de betrokken merken het visuele, fonetische en begripsmatige verschil tussen de conflicterende tekens om verwarringsgevaar bij de gemiddelde Duitse consument als gevolg van de gelijkenissen tussen de beide tekens te verhinderen, ook al zijn de erdoor aangeduide waren dezelfde.Uit het voorgaande volgt dat het enige middel van verzoekster moet worden aanvaard en dat de bestreden beslissing derhalve moet worden vernietigd.”

Lees het arrest hier.

3- Rechtbank Amsterdam, 31 oktober 2007, HA ZA 02-960, Diverse entertainers tegen Stichting ter Exploitatie van Naburige Rechten (met dank aan SENA).

Prejudiciële vragen: “(…) ziet de rechtbank aanleiding om het HvJ EG te vragen of een lidstaat in strijd handelt met het doel en de strekking van de Richtlijn, indien hij oordeelt dat een de producer die betrokken is bij het maken van de arrangementen voor een op te nemen werk en voorts de instrumenten en sessiemuzikanten uitkiest, speelinstructies en zanginstructies geeft, het tempo, de dynamiek, de frasering, de timing en de klankkeuze van het op te nemen werk bepaalt en zijn invloed op de verschillende deelopnamen en de mixage daarvan uitoefent, niet onder het bergip uitvoerend kunstenaar in de zin van artikel 8 van de Richtlijn 2006/115/EG kan worden gebracht.”

Lees het vonnis hier.

4- Vzr. Rechtbank Assen, 19 november 2007, KG ZA 07-197, Van Leent tegen Uitgeverij Akasha en SIfra V.O.F.(met dank aan Croon Davidovich).

Auteursrovereenkomst. “De voorzieningenrechter moet er derhalve voorshands van uitgaan dat het auteursrecht van Van leent op het werk "Achter de sluiers van ons bestaan“ niet is overgedragen aan Akasha, maar bij Van Leent berust.”

Lees het vonnis hier.

5- Vzr. Rechtbank Utrecht, 21 november 2007, LJN: BB8341, Wegener IICT Media B.V., tegen Innoweb B.V.

Gaspedaal.nl. “Het is onvoldoende aannemelijk dat Innoweb met haar zoekmachine Gaspedaal.nl onrechtmatig tegenover Wegener handelt. Niet gebleken is dat deze zoekmachine inbreuk maakt op het databankenrecht van Wegener met betrekking tot de autosite AutoTrack.nl. Er is geen sprake van inbreuk op de geschriftenbescherming en handelen in strijd met de gebruiksvoorwaarden van Wegener.”

Lees het vonnis hier.

IEF 4954

Heffingsberichten

De Volkskrant bericht: “Alle artiesten krijgen kopiegeld. Stichting Thuiskopie hoopt eind volgend jaar alle artiesten, acteurs, schrijvers, regisseurs hun rechtmatige vergoeding te kunnen geven voor het kopiëren van films, tv-programma’s en muziek op blanco dvd’s en cd’s. ‘Als het aan ons ligt, zullen de fabrikanten geen cent terugkrijgen’, zegt manager Hester Wijminga.

(…) Minister Hirsch Ballin wil nog dit jaar via een algemene maatregel van bestuur afdwingen dat de overtollige gelden worden teruggeven aan de fabrikanten. Eind 2005 stond er bij de Stichting 57 miljoen euro op de bank. Het voornemen van de minister heeft de woede opgewekt van de door acteur Huub Stapel en muzikante Berdien Stenberg opgerichte IRDA (International Rights Distribution Agency), die vindt dat de creatieve geesten recht hebben op het geld. Zij verwijten Thuiskopie laksheid en onbekwaamheid. IRDA denkt zelf veel geschikter te zijn om het geld te verdelen.”

Lees hier meer (met rekenvoorbeeld hoe Marco Borsato zijn vergoeding krijgt ).

IEF 4918

Kamerstuk 29515; verzoek tot één beheersorganisatie voor auteurs- en naburige rechten

Kamerstuk  29515, nr. 214, 2e Kamer. 

Kabinetsplan aanpak administratieve lasten;  Motie van de leden Smeets en Van der Burg over één beheersorganisatie voor auteurs- en naburige rechten.  “Verzoekt de regering te bewerkstelligen dat er één beheersorganisatie ontstaat; verzoekt de regering voorts te bewerkstelligen dat ondernemers vanaf januari 2008 jaarlijks nog maar één factuur ontvangen van collectieve beheersorganisaties op het gebied van auteurs- en naburige rechten, zo nodig via aanpassing van de desbetreffende wet- en regelgeving;
verzoekt de regering tenslotte, de toezichthouder(s) voldoende bevoegdheden en instrumenten te geven om de redelijkheid van de opgelegde vergoedingen aan de ondernemers te beoordelen.

Lees hier meer

IEF 4885

Dat er één beheersorganisatie ontstaat

Kamerstuk  29515, nr. 214, 2e Kamer.  Kabinetsplan aanpak administratieve lasten; Motie van de leden Smeets en Van der Burg over één beheersorganisatie voor auteurs- en naburige rechten. 

“Verzoekt de regering te bewerkstelligen dat er één beheersorganisatie ontstaat; verzoekt de regering voorts te bewerkstelligen dat ondernemers vanaf januari 2008 jaarlijks nog maar één factuur ontvangen van collectieve beheersorganisaties op het gebied van auteurs- en naburige rechten, zo nodig via aanpassing van de desbetreffende wet- en regelgeving;

verzoekt de regering tenslotte, de toezichthouder(s) voldoende bevoegdheden en instrumenten te geven om de redelijkheid van de opgelegde vergoedingen aan de ondernemers te beoordelen.

Lees de motie hier.

IEF 4753

Amerikaanse uitvoerende kunstenaars

dve.gifDick van Engelen (Ventoux): Thuiskopie v Irda & Norma: Het laatste woord over bescherming van Amerikaanse artiesten? Noot bij Gerechtshof Amsterdam, 13 september 2007, rolnr. 05/1143. Stichting de Thuiskopie tegen Norma (zie IEF 4703).

Het Hof Amsterdam komt in zijn arrest van 13 september 2007 tot de conclusie dat Amerikaanse uitvoerende kunstenaars in beginsel niet beschermd worden onder de Wet op de Naburige Rechten (‘WNR’). Die internationaal privaatrechtelijke conclusie is helder, maar bij bestudering van het arrest dringt de vraag zich op of die conclusie ook overtuigend is.

(…) Het zijn twee Nederlandse rechtspersonen, die voor uitvoerende kunstenaars de door de Stichting Thuiskopie geïncasseerde gelden verdelen onder de bij hen aangesloten artiesten. ‘Twee handen op een buik’ zou je denken, en de zaak heeft dan ook kenmerken van een proefprocedure. Bedoeling van partijen zal dan ook zijn met dit arrest richtinggevende jurisprudentie te scheppen.

Het Hof overweegt dat aan Thuiskopie kan worden toegegeven dat artikel 32(1)(c) WNR houvast biedt voor het standpunt dat een buitenlandse uitvoerend kunstenaar beschermd is wanneer zijn uitvoering is opgenomen op een fonogram waarvan de fonogrammenproducent (onderstreping auteur) krachtens het tweede lid beschermd wordt. Dat standpunt wijst het Hof vervolgens af, omdat het Hof van oordeel is dat dit er toe zou leiden dat per saldo Amerikaanse artiesten toch in veel gevallen beschermd zouden worden, terwijl dat nu juist niet de bedoelding van de wetgever zou zijn geweest. Die teleologische interpretatie overtuigt niet direct, al was het maar omdat Amerikaanse artiesten momenteel niet alleen afhankelijk zijn van het Verdrag van Rome om aanspraak op bescherming te kunnen maken, zoals hierna verder besproken wordt.

Lees de volledige noot hier.

IEF 4703

Thuiskopie tegen NORMA/IRDA (+ filmpje)

Gerechtshof Amsterdam, 13 september 2007, rolnr. 05/1143. Stichting de Thuiskopie tegen Norma.

“Nu de Verenigde Staten geen partij zijn bij het Verdrag van Rome moet het ervoor worden gehouden dat de wetgever aan Amerikaanse uitvoerende kunstenaars in beginsel geen aanspraak heeft gegeven op een thuiskopievergoeding audio op dezelfde basis als toegekend aan onderdanen van Rome-landen. In de parlementaire geschiedenis van de Wnr is geen enkel aanknopingspunt te vinden voor de opvatting dat de wetgever dat uitgangspunt heeft willen verlaten bij het formuleren van art. 32, lid 1 sub c Wnr. De in de memorie van antwoord gegeven nadere uitleg over de reikwijdte van de bescherming van (toen nog) art. 31 Wnr vormt juiat een aanwijzing voor het tegendeel. De grieven 2 tot en met 5 falen.”

Lees het arrest hier. Filmpje President Bush & naburige rechten (“no earthly idea”) hier.

IEF 4563

Senior onderzoek

Twee relatief nieuwe parallelle publicaties van senior onderzoeker Mireille van Eechoud, op de website van het IVIR:

Het communautair acquis voor auteursrecht en naburige rechten: zeven zonden of zestien gelukkige jaren? (Eerder gepubliceerd in AMI, 2007-4, p. 109-117).

“In dat kader achtte de Europese Commissie (DG Markt) de tijd rijp voor een kritische en integrale analyse van de zeven verschillende richtlijnen die sinds 1991 het licht zagen op het gebied van het auteursrecht en de naburige rechten. Na een openbare aanbesteding1 kreeg het Instituut voor Informatierecht de opdracht te rapporteren over ‘The Recasting of Copyright & Related Rights for the Knowledge Economy’. In deze bijdrage komen de belangrijkste bevindingen aan bod.

Lees het artikel hier. Besproken rapport IVIR hier

Noot bij Rechtbank Den Haag 17 januari 2007 (Garmin/Tomtom) (Eerder gepubliceerd in IER 2007-3, nr. 52).

“Bovenstaande casus werpt de vraag op hoe de verhouding tussen Gemeenschapsmodelverordening en EEX-Vo precies is. Een belangrijk verschil tussen de EEX-Vo en de Gemeenschapsmodelverordening is dat de EEX-Vo primair rechtsmacht ten aanzien van personen regelt, en de GmodV uitsluitend ten aanzien van zaken, namelijk geschillen over bestaan/geldigheid en omvang van een gemeenschapsmodel. De EEX-Vo bepaalt de internationale rechtsmacht over gedaagden die in een Lidstaat zijn gevestigd. De regels van het GmodV zijn van toepassing onafhankelijk van de vestigingsplaats van partijen.”

Lees de noot hier. Lees het vonnis hier.

IEF 4516

De Benelux is meer dan Nederland alleen

Joris Deene: Intellectuele rechten kroniek 2006. “De auteur geeft een overzicht, een juridische kroniek, van de voornaamste gebeurtenissen van 2006 in het domein van de intellectuele rechten. Hij behandelt zowel het auteursrecht en de naburige rechten, het tekeningen- en modellenrecht, het octrooirecht, het merkenrecht als de bescherming van de handelsnaam en domeinnaam. Hij situeert de materie binnen de wetgeving en de rechtspraak.”

Lees de kroniek (30 pagina's) hier.

IEF 4512

Een loos aanbod

adc.gifVzr. Gerechtshof ’s-Gravenhage, 22 februari 2007, LJN: BB1535. Casa Musica Musicvertrieb Wegewitz & Güldner Gmbh & Co.Kg tegen Geïntimeerde.

Executiegeschil in zaak over naburige rechten. Geen reëel aanbod via verborgen link. Geen terugwerkende kracht verklaring 260 Rv. (“De voorlopige voorziening verliest haar kracht wanneer een eis in de hoofdzaak niet binnen die termijn is ingesteld en de gedaagde een daartoe strekkende verklaring bij de griffie indient.”)

Bij vonnis in kort geding van 27 september 2005 heeft de voorzieningenrechter geïntimeerde onder meer veroordeeld   “om binnen 48 uur na betekening van dit vonnis de (verdere) exploitatie van de muziekwerken met de titels “Wabble Cha” en “Viaje Tiempo Atras”, zoals vastgelegd op de cd’s van Casa Musica getiteld: ”Agua de Coco” respectievelijk  “Macumba” te staken en gestaakt te houden op straffe van een dwangsom.

In het daarop volgende executiegeschil heeft de voorzieningenrechter in vonnis van 15 december 2005 waarvan beroep in conventie de executie van het inmiddels onherroepelijk geworden vonnis van 27 september 2007 geschorst totdat in een bodemprocedure tussen partijen omtrent de verschuldigdheid van de dwangsommen zal zijn beslist en de vorderingen met betrekking tot (verdere) exploitatie van de muziekwerken afgewezen . Het hof bekrachtigt i.c. het vonnis van de voorzieningenrechter

Over de voorwaardelijk incidentele grief met betrekking tot artikel 260 Rv, TRIPs en dwangsommen stelt het hof, net als het Hof Arnhem eerder dit jaar, dat er geen sprake is van terugwerkende kracht:

“5. Artikel 260 Rv., met welke bepaling is beoogd de Nederlandse wetgeving in overeenstemming te brengen met artikel 50, lid 6 van de overeenkomst inzake handelsaspecten van de intellectuele eigendom (hierna:TRIPs-Verdrag), houdt in dat een voorlopige voorziening als bedoeld in het TRIPs-Verdrag haar kracht verliest wanneer deze niet binnen een redelijke termijn wordt gevolgd door een bodemprocedure, hetgeen bij gebreke van een in het vonnis bepaalde termijn het geval is, wanneer tenminste 31 dagen, waarvan tenminste 20 werkdagen, na de dag van de uitspraak zijn verstreken en de wederpartij een daartoe strekkende verklaring ter griffie indient, zoals in casu.

Naar het oordeel van het hof is met de bewoordingen “verliest de voorlopige voorziening haar kracht” niet beoogd dat de voorlopige voorziening met terugwerkende kracht (ex tunc) vanaf de dag van de uitspraak haar werking verliest, maar werkt zij ex nunc, in het onderhavige geval vanaf de dag waarop de verklaring is ingediend. Het hof vindt hiervoor steun in de (Engelse) tekst van het TRIPs-Verdrag. Artikel 50, lid 6 TRIPs spreekt van “revoked or otherwise cease to have effect”. Naar het oordeel van het hof houden de woorden "cease to have effect” in elk geval in dat de voorlopige voorziening na verloop van de redelijke termijn niet meer van kracht zal zijn en dus niet dat dan de voorlopige voorziening met terugwerkende kracht haar werking verliest. Dit betekent dat ingeval van inbreuk in de periode van 17 oktober 2006 tot 8 november 2007 in beginsel dwangsommen zijn verschuldigd.”

Ook de principale grieven worden door het hof verworpen. Op grond van het feit dat er een (verborgen, vergeten) link is naar een bestelpagina, waar de cd’s echter feitelijk niet meer kunnen worden besteld, kan niet worden gesproken van een reëel aanbod.

“8. (…) Anders dan Casa betoogt, volgt uit het dictum noch uit de rechtsoverwegingen van het vonnis van 27 september 2005 dat geïntimeerde ervoor dient/diende te zorgen dat de verkoop en/of het te koop aanbieden van de inbreukmakende cd's via websites van derden gestaakt zou(den) worden. Naar het voorlopige oordeel van het hof moet in het licht van de eisen van de jurisprudentie de veroordeling om de (verdere) exploitatie te staken en gestaakt te houden aldus worden uitgelegd dat zij beperkt is tot de exploitatie door geïntimeerde zelf.”

In hoger beroep is namens geïntimeerde bij pleidooi verklaard dat de vader van geïntimeerde korte tijd na het uitbrengen van het exploit van 17 oktober 2005 opdracht heeft gegeven het bestelformulier en de oude nieuwsbrief van de website van geïntimeerde te verwijderen, dat kennelijk nog een verborgen pagina ("page in cache") op het internet is achtergebleven en dat de link op de website naar de bestelpagina geheel is verwijderd op 30 mei 2006, hetgeen door Casa niet meer is weersproken.
 
Naar het voorlopige oordeel van het hof kan de vermelding van de litigieuze cd's op deze verborgen bestelpagina niet worden aangemerkt als het te koop aanbieden daarvan. Dit brengt mee dat er geen plaats meer is voor een inbreukverbod als door Casa is gevorderd.”

“12. Niet weersproken is dat de bestelpagina en de nieuwsbrief kort na 17 oktober 2005 van de website van geïntimeerde zijn verdwenen. Voorts is aannemelijk geworden dat de litigieuze cd's toen niet meer te verkrijgen waren, zodat van een reëel aanbod geen sprake meer was.  Gelet hierop heeft geïntimeerde in de genoemde periode geen inbreuk op de rechten van Casa gemaakt.”

Over de proceskosten stelt het hof tenslotte:

13. Uit het vorenstaande vloeit voort dat in het principale beroep het vonnis zal worden bekrachtigd met veroordeling van Casa als de in het ongelijk gestelde partij in de kosten van het principale beroep, dat het incidentele beroep zal worden verworpen maar dat een kostenveroordeling achterwege kan blijven nu het incidentele beroep voorwaardelijk is ingesteld en de voorwaarde niet is vervuld.

Lees het arrest hier. Genoemde arrest Hof Arnhem: IEF 3847.