Gepubliceerd op woensdag 13 augustus 2025
IEF 22853
Rechtbank Midden-Nederland ||
26 jun 2025
Rechtbank Midden-Nederland 26 jun 2025, IEF 22853; ECLI:NL:RBMNE:2025:4067 ([eiseres] tegen [gedaagde]), https://www.ie-forum.nl/artikelen/rechtbank-bevestigt-ontbinding-distributieovereenkomst-en-wijst-auteursrechtelijke-vorderingen-af

Rechtbank bevestigt ontbinding distributieovereenkomst en wijst auteursrechtelijke vorderingen af

Rb. Midden-Nederland 26 juni 2025, IEF 28853; ECLI:NL:RBMNE:2025:4067 ([eiseres] tegen [gedaagde]). Partijen sloten een Master Service Agreement (MSA) voor distributie van een door [eiseres] ontwikkelde online training over klinisch onderzoek van medische hulpmiddelen via het platform van [gedaagde]. Kernverplichtingen voor [gedaagde] waren het aanbieden van de training via haar webshop (art. 2.3 MSA) en het actief promoten daarvan (art. 2.5 MSA), waarbij de prijs in gezamenlijk overleg moest worden vastgesteld (art. 1.4 MSA). Na eenzijdige onlineplaatsing door [gedaagde] tegen een prijs van € 299 ontstond een conflict. [eiseres] sommeerde [gedaagde] op 22 februari 2024 om de MSA na te komen, met een prijsrange van € 229–495 als uitgangspunt. [gedaagde] reageerde niet en kwam op 11 maart 2024 in verzuim. De rechtbank oordeelt dat [eiseres] de MSA op 1 mei 2024 rechtsgeldig heeft ontbonden wegens toerekenbare tekortkoming. Het beroep van [gedaagde] op aansprakelijkheidsuitsluiting in haar algemene voorwaarden faalt, nu de MSA daarover expliciete bepalingen bevat die voorrang hebben.

De auteursrechtelijke vorderingen (staking, verwijdering, opgave, afdracht) worden wegens gebrek aan belang afgewezen: de training stond slechts één dag online en wordt sindsdien niet geëxploiteerd. Voor de schadebegroting baseert de rechtbank zich op het ‘realistic case’-scenario uit een gezamenlijke prognose, maar corrigeert voor: (i) de periode vanaf 11 maart 2024 tot 31 december 2025, (ii) uitsluiting van omzet van een afgevallen klant, en (iii) kosten voor het up-to-date houden van de training. De gederfde winst wordt vastgesteld op € 65.000, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 1 mei 2024. Alle (voorwaardelijke) tegenvorderingen van [gedaagde] worden afgewezen. [gedaagde] wordt veroordeeld in de proceskosten (€ 7.268,22), eveneens met rente.

De door [eiseres] op basis van een auteursrecht gevorderde verboden worden bij gebrek aan belang afgewezen

4.20. [eiseres] vordert [gedaagde] te gebieden om inbreuken op de door [eiseres] gestelde auteursrechten op de Aangepaste training te (doen) staken en gestaakt te (doen) houden en vordert dat [gedaagde] alle (digitale) exemplaren van de Aangepaste training verwijderd, althans [gedaagde] te gebieden om exploitatie van de Aangepaste training te staken en gestaakt te houden.

4.21. De rechtbank wijst deze vorderingen af. Nergens blijkt namelijk uit dat (er een dreiging bestaat dat) [gedaagde] de Aangepaste training nog aan derden te koop zal aanbieden. Behalve dat de Aangepaste training zeer kortstondig online heeft gestaan op [webshop] op 24 april 2023, is de Aangepaste training tot nu toe op de plank blijven liggen. Of [eiseres] zich ten aanzien van de Aangepaste training wel of niet op auteursrechtelijke bescherming kan beroepen, kan daarmee in het midden blijven.

4.22. Ook de vorderingen van [eiseres] tot het doen van een opgave van alle exploitatiehandelingen door [gedaagde] en afdracht van alle door [gedaagde] met de exploitatie van de Aangepaste Training verkregen opbrengsten worden afgewezen. De reden hiervoor is dat [gedaagde] de Aangepaste Training, die zij op 24 april 2023 op [webshop] heeft gezet, na telefonisch contact met [eiseres] op 25 april 2023 direct van haar website heeft gehaald. De Aangepaste Training heeft dus slechts één dag online gestaan. Volgens [gedaagde] heeft zij de Aangepaste Training in die hele korte periode niet verkocht en zijn er dus geen opbrengsten gegenereerd, en dit is niet door [eiseres] weersproken.