21 mei 2025
Beelden van Spaanse villa in TV-programma leveren geen auteursrechtinbreuk of misleiding op
Rb. Noord-Holland 21 mei 2025, IEF 22726, RB 3902; ECLI:NL:RBNHO:2025:5531 (Eiser tegen gedaagde). Eiser is landschapsontwerper en gedaagde is interieurarchitect. Zij zijn beiden betrokken geweest bij de totstandkoming van een luxe villa met buitenruimte in Spanje. Beelden van deze Spaanse villa zijn getoond in een design televisieprogramma, “Design Secrets”, uitgezonden door SBS6 in december 2023. Gedaagde presenteerde dit item. Eiser stelt dat gedaagde inbreuk heeft gemaakt op zijn auteursrechten, misleidende reclame heeft gemaakt en meer in het algemeen onrechtmatig tegenover hem heeft gehandeld. Volgens eiser heeft gedaagde in het televisieprogramma namelijk op onrechtmatige wijze beelden van de door eiser ontworpen buitenruimte getoond dan wel laten tonen en daarbij de (misleidende) indruk gewekt dat hijzelf, en niet eiser, de ontwerper van de buitenruimte is. Eiser vordert staking van de openbaarmaking van alle beelden en de beschrijvingen die suggereren dat gedaagde de ontwerper is van de tuin en overige buitenruimte van de villa. De rechtbank volgt eiser niet in zijn stellingen en wijst zijn vorderingen af.
De rechtbank ziet geen aanleiding om in de hoofdzaak anders te oordelen dan in het eerdere incidentvonnis uit 2024 [zie IEF 22175]. De rechtbank laat in het midden of de buitenruimte auteursrechtelijk beschermd is en of gedaagde een beroep toekomt op de beperking van art. 18a Aw. Ook indien deze vragen bevestigend beantwoord zouden worden, rust de verplichting tot respecteren van het auteursrecht alleen op degene die het werk verveelvoudigt of openbaar maakt. Gedaagde heeft, volgens de rechtbank, geen rol gespeeld bij het filmen of uitzenden van het programma. Deze handelingen zijn toe te schrijven aan de producent en de omroep. Dat gedaagde meer invloed had op de productie is onvoldoende onderbouwd. De rechtbank acht het daarom niet aannemelijk dat gedaagde persoonlijk een inbreuk heeft gepleegd op de rechten van eiser. De vragen of er op de buitenruimte van de Spaanse villa überhaupt auteursrecht rust, kan dan ook onbesproken blijven. De rechtbank verwerpt ook het beroep van eiser op misleidende reclame en onrechtmatige daad. Er is geen sprake van een misleidende mededeling of handelspraktijk in de zin van de wet. Ook is er onvoldoende gesteld en aannemelijk gemaakt om onrechtmatig handelen te concluderen op grond van artikel 6:162 BW. De rechtbank wijst alle vorderingen van eiser af.
5.4. Ook in de hoofdprocedure heeft [eiser] onvoldoende onderbouwd dat [gedaagde] degene is die het televisieprogramma heeft openbaar gemaakt of verveelvoudigd in de zin van artikel 12 Aw respectievelijk artikelen 13 en 14 Aw.
Uit de omstandigheid dat [gedaagde] als presentator is gefilmd in de buitenruimte en/of dat beelden van de buitenruimte zijn getoond, volgt niet dat [gedaagde] verantwoordelijk is geweest voor het vastleggen van de buitenruimte op beeld, het produceren van het programma of het uitzenden daarvan. Hetgeen [eiser] heeft aangevoerd vormt ook in de hoofdprocedure onvoldoende onderbouwing voor zijn stelling dat hiervan aan [gedaagde] een verwijt te maken valt.
Dat [gedaagde] de Spaanse villa als item heeft aangebracht, invloed heeft gehad op de inhoud van het item en zijn eigen onderneming zou hebben gepromoot, maakt – anders dan [eiser] veronderstelt – niet dat hij een doorslaggevende rol heeft gespeeld bij openbaarmaking en/of verveelvoudiging in de zin van artikel 12 Aw respectievelijk artikelen 13 en 14 Aw. Ter illustratie van de beperkte rol van [gedaagde] wijst de rechtbank erop dat [gedaagde] heeft verklaard dat de producent van het televisieprogramma maximaal twee productplaatsingen wilde toelaten tijdens de uitzending en dat als [gedaagde] in zijn tekst meer namen zou hebben genoemd, die namen er bij de montage uitgehaald zouden worden. Dit heeft [eiser] niet weersproken.
Ook de verklaring van [eiser] ter zitting dat hijzelf ook wel eens heeft meegewerkt aan een televisieprogramma over zijn werk en dat hij toen zelf kon aangeven welk shot gemaakt moest worden, kan hem niet helpen. Uit deze ervaring van [eiser] volgt immers niet vanzelfsprekend dat [gedaagde] eenzelfde soort zeggenschap had en mede verantwoordelijk is geweest voor totstandkoming van de beelden in de uitzending die in dit geschil centraal staat. [eiser] heeft niet gesteld en ook anderszins is niet gebleken dat hij hier nader onderzoek naar heeft gedaan.