Gepubliceerd op maandag 7 juli 2014
IEF 14021
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

AUTEURSRECHTDEBAT: Er is maar één internetpubliek

Arno Lodder ‘Er is maar één internetpubliek. Via een hyperlink kan dus nooit een nieuw of ruimer publiek worden bereikt.’ , uit Noot Computerrecht 2014, nr. 3, Auteursrechtdebat 7 juli 2014, IEF 14021. Thema: Hyperlinken & embedden. Door Arno Lodder, VU Amsterdam. De achtergrond van de vordering in de Svensson-zaak is niet dat de freelancers het vervelend vonden meer gelezen te worden. De drijfveer was financieel. Als toestemming nodig is om te linken dan kan aan het verlenen van deze toestemming een prijskaartje worden gehangen. Op zichzelf geen gekke gedachte. De freelancers schrijven en krijgen daarvoor betaald. De krant publiceert vervolgens en genereert zowel via reclame als verkoop inkomsten. Retriever Sverige, de Zweedse Kranten.com, verdient vervolgens geld met het bij elkaar brengen van content van anderen en deze vervolgens presenteren via links. Vanuit economisch perspectief is het de vraag of het, en zo ja welk bedrag, redelijk is om te verdienen met het aanbieden van content van anderen via hyperlinks. Dit verzamelen kost natuurlijk inspanning die zonder beloning waarschijnlijk niet geleverd zou worden. Stel nu dat de freelancers bij elkaar 100 kronen verdienen, de krant 1.000 kronen en de Retriever Sverige 10.000 kronen. Dan loopt de verhouding tussen geleverde inspanning en verworven inkomsten enigszins scheef.

Dergelijke verdienmodellen zijn in de moderne economie overigens niet ongebruikelijk. Zo krijgt een auteur 10-15% van de verkoopprijs van een boek, de boekhandel 40% en de uitgever rond de 50%. Voor de muziekindustrie liggen de percentages mogelijk nog nadeliger voor de creatieve presteerder. Ook in online games komt een vergelijkbaar verdienmodel voor. De Chinese speler krijgt 2 of 3 dollar per week voor het 7 dagen per week 12 uur per dag spelen van World of Warcraft, het Chinese bedrijfje verkoopt de virtuele prestaties voor 30 dollar door en het Amerikaanse bedrijf brengt het voor 400 dollar aan de man. Precies de verhoudingen uit het fictieve voorbeeld van de Svensson-zaak.

Wat men verder van deze verdienmodellen moge vinden, het auteursrecht kan hier geen oplossing voor bieden. Interessant is wel om na te denken over de vraag of het redelijk is onder omstandigheden te compenseren, en zo ja, welke rechtsgrond daar het meest voor in aanmerking komt. (…)

Het auteursrecht kan echter nooit controle aan gebruikers toestaan over content die voor iedereen beschikbaar is, in ieder geval niet als de handeling enkel uit een verwijzing (link) naar die content bestaat. De redenering van het hof was om te beginnen dat mededeling aan het publiek twee cumulatieve elementen met elkaar verbindt, te weten een „handeling bestaande in een mededeling” van een werk en de mededeling ervan aan een „publiek” (r.o. 16)

Het hof concludeert dat links een mededeling zijn, nl. informatie wordt door een link op zodanige wijze voor het publiek beschikbaar gesteld dat het voor de leden van dit publiek toegankelijk is (r.o. 19).

De crux ligt in het concept publiek: een onbepaald aantal potentiële ontvangers. De link ziet op alle potentiële gebruikers van de door deze persoon beheerde website, en dus op een onbepaald en vrij groot aantal ontvangers. Echter, dat iedereen via de link naar de pagina kan gaan laat onverlet dat de werken op de oorspronkelijk website zonder beperkende maatregel werden aangeboden, dus vrij toegankelijk waren voor alle internetgebruikers.(…)

Een punt dat nog nader ingevuld moet worden, is of er naar andere content dan met toestemming van de auteursrechthebbende op internet geplaatste informatie gelinkt mag worden. Er zijn verschillende interpretaties. Sommige auteurs menen dat toestemming nodig is voor linken naar niet met toestemming van de auteursrechthebbende op internet geplaatste content. Het hof zegt daar niets over. Ik denk dat je nooit voorafgaande toestemming nodig hebt, auteursrechtelijk relevant kan het plaatsen van een dergelijke link mijns inziens niet zijn. Wel kan de auteursrechthebbende verzoeken niet langer te linken. In dat geval kan de link mogelijk bij niet handelen onrechtmatig worden. Ook dan zou ik het niet als auteursrechtelijke inbreuk zien. De informatie staat immers al elders op het internet en daar wordt hij, in dit geval onrechtmatig, openbaar gemaakt voor de hele wereld. Daar verandert de link ook in dat geval niks aan.

Arno Lodder