Kwekersrecht  

IEF 21716

Uitspraak ingezonden door Hidde Koenraad, Boekx advocaten.

Strong Energy is een algemeen bekend plantenras

Hof Den Haag 3 okt 2023, IEF 21716; ECLI:NL:GHDHA:2023:2103 (Holland Bolroy Markt tegen Kaagman-Schooneman), https://www.ie-forum.nl/artikelen/strong-energy-is-een-algemeen-bekend-plantenras

Hof 3 oktober 2023, IEF 21716; ECLI:NL:GHDHA:2023:2103 (Holland Bolroy Markt tegen Kaagman-Schooneman). Kaagman heeft in 2011 een tulpenras ontwikkeld en ingeschreven in het register van de KAVB onder de naam ‘Strong Energy’. In 2013 heeft Holland Bolroy Markt (hierna: HBM) een kwekersrecht aangevraagd voor het tulpenras Strong Strike, dat in 2014 is verleend. Kaagman vorderde vernietiging van dit kwekersrecht. Het ras Strong Strike is volgens Kaagman niet duidelijk onderscheidbaar van het ras Strong Energy dat ten tijde van de verlening van het kwekersrecht een algemeen bekend ras was in de zin van art. 49 lid 4 van de Zaaizaad- en Plantgoedwet 2005 (hierna: ZPW). De vordering van Kaagman is eerder door de rechtbank toegewezen [zie IEF 20557]. HBM heeft hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis en wil dat de vorderingen van Kaagman alsnog afgewezen worden. In hoger beroep is wederom aan de orde of ‘Strong Energy’ een algemeen bekend tulpenras was ten tijde van de verlening van het kwekersrecht voor Strong Strike. Daarnaast is aan de orde of de vernietiging van het kwekersrecht terugwerkende kracht heeft.

IEF 21310

HvJ EU: is de litigieuze bepaling geldig?

HvJ EU 16 mrt 2023, IEF 21310; ECLI:EU:C:2023:218 (MS tegen Saatgut-Treuhandverwaltungs GmbH), https://www.ie-forum.nl/artikelen/hvj-eu-is-de-litigieuze-bepaling-geldig

HvJ EU 16 maart 2023, IEF 21310; ECLI:EU:C:2023:218 (MS tegen Saatgut-Treuhandverwaltungs GmbH) Dit is een zaak tussen STV, een vereniging van houders van kwekersrechten, en MS, een landbouwer die wintergerstras heeft aangeplant. Het geschil gaat over de geldigheid van artikel 18 lid 2 van verordening (EG) nr. 1768/95, die voorziet in een forfaitaire minimumvergoeding die gelijk is aan het viervoud van de licentievergoeding. De nationale rechter heeft een prejudiciële vraag gesteld aan het Hof van Justitie van de Europese Unie over de geldigheid van deze bepaling. Het Hof oordeelt dat deze bepaling in strijd is met artikel 94, lid 2, van verordening nr. 2100/94, omdat deze niet nauwkeurig de werkelijke en zekere schade van de houder weerspiegelt en kan leiden tot een punitieve schadevergoeding. Het Hof concludeert dat de Commissie haar uitvoeringsbevoegdheid heeft overschreden bij het vaststellen van deze bepaling en dat deze daarom ongeldig is.

 

IEF 21065

HvJ EU Conclusie A-G: vereniging houders kwekersrechten

HvJ EU 27 nov 2022, IEF 21065; ECLI:EU:C:2022:847 (MS tegen STV), https://www.ie-forum.nl/artikelen/hvj-eu-conclusie-a-g-vereniging-houders-kwekersrechten

HvJ EU Conclusie A-G 27 oktober 2022, IEF 21065, IEFbe 3567; C‑522/21, ECLI:EU:C:2022:847 (MS tegen STV) STV is een vereniging van houders van kwekersrechten, die door deze houders is belast met de behartiging van hun rechten en in het bijzonder met het in eigen naam uitoefenen van het recht op informatie en het recht op betaling. MS, verzoeker in het hoofdgeding, is een landbouwer, tegen wie in eerste aanleg door STV een vordering is ingesteld om onder meer informatie te verkrijgen over de onrechtmatige aanplanting van het door het Unierecht beschermde wintergerstras "KWS Meridian”. STV heeft betaling gevorderd van een verdergaande schadevergoeding ten bedrage van het viervoud van het gemiddelde bedrag dat in rekening wordt gebracht voor het produceren onder licentie. MS betoogt dat de schade van STV is gecompenseerd door de betaling van de "enkelvoudige” licentievergoeding, in plaats van het bedrag dat verschuldigd is als vergoeding voor aanplanting.

IEF 20964

Er zal worden doorgeprocedeerd in hoofdzaak

Rechtbank Den Haag 17 aug 2022, IEF 20964; ECLI:NL:RBDHA:2022:8186 (Mappa c.s. tegen Kolster c.s.), https://www.ie-forum.nl/artikelen/er-zal-worden-doorgeprocedeerd-in-hoofdzaak

Rb. Den Haag 17 augustus 2022, IEF 20964; ECLI:NL:RBDHA:2022:8186 (Mappa c.s. tegen Kolster c.s.) Zelig Mappa is een bedrijf dat actief is in de landbouwsector. Zij is houdster van het communautaire kwekersrecht voor het plantenras OFARIM. Flowers en Meshek Mordehai zijn exclusieve licentienemers onder het Kwekersrecht. Danziger is een sierteeltbedrijf dat zich bezighoudt met onderzoek, veredeling, ontwikkeling, vermeerdering, productie, verkoop en marketing van bloemen- en plantenrassen. Kolster is een sierteeltbedrijf gespecialiseerd in de veredeling en teelt van snijheesters. Mappa meent dat Danziger inbreuk maakt op het Kwekersrecht. Mappa vordert in dit geschil een inbreukverbod in de EU op het Kwekersrecht. Kolster vordert dat de rechtbank de procedure in hoofdzaak zal schorsen totdat (onherroepelijk) is beslist in de bij het CPVO aanhangig gemaakte procedure.

IEF 20557

Uitspraak ingezonden door Hidde Koenraad, Boekx Advocaten.

Geen onderscheidbaarheid tussen tulpenrassen

Rechtbank Den Haag 23 feb 2022, IEF 20557; ECLI:NL:RBDHA:2022:1342 (Eiseres tegen HBM), https://www.ie-forum.nl/artikelen/geen-onderscheidbaarheid-tussen-tulpenrassen

Rb Den Haag 23 februari 2022, IEF 20557; ECLI:NL:RBDHA:2022:1342 (Eiseres tegen HBM) HBM heeft een nationaal kwekersrecht aangevraagd voor het tulpenras Strong Strike. Vervolgens heeft eiseres, althans haar rechtsvoorganger, nationaal kwekersrecht aangevraagd voor het ras Strong Energy. Volgens HBM maakt eiseres met het ras Strong Energy inbreuk op het ras Strong Strike. Eiseres vordert in deze zaak de vernietiging van het kwekersrecht van HBM voor haar tulpenras Strong Strike. De centrale vraag in dit geschil is of het ras Strong Strike bij de verlening van het kwekersrecht aan HBM terecht als onderscheidbaar is aangemerkt.

IEF 20436

Vermeerderen van planten kwekersrechthebbende

Hof Den Haag 24 aug 2021, IEF 20436; ECLI:NL:GHDHA:2021:2407 (B. Elisabeth), https://www.ie-forum.nl/artikelen/vermeerderen-van-planten-kwekersrechthebbende

Hof Den Haag 24 augustus 2021, IEF 20436; ECLI:NL:GHDHA:2021:2407 (B. Elisabeth) Kwekersrecht. Appelante is een vof in het kweken en veredelen van teeltrassen, waaronder het ras B. Elisabeth, soort Lysimachia. De vof is houdster van een communautair kwekersrecht voor het ras. Het ras wordt over het algemeen geteeld als sierbloem. Geïntimeerde drijft een onderneming in het telen van gewassen. Het geschil gaat over het zonder toestemming vermeerderen van de planten van het ras en het overschrijden van het maximaal toegestane areaal van 120 m2 voor het telen van het ras door geïntimeerde. Appellante meent dat de areaaloverschrijding groter is en het aantal vermeerderde planten hoger ligt dan door de rechtbank is vastgesteld [IEF 19154]. Bovendien is de door haar geleden schade per vermeerderde plant hoger dan is berekend. Volgens geïntimeerde mocht hij er gelet op de gedragingen van appellante van uitgaan dat zij geen bezwaar had tegen de vermeerdering en areaaloverschrijding en is hij daarom geen schadevergoeding verschuldigd. Het vonnis wordt vernietigd, onder meer omdat appelante niet kon beoordelen of er sprake was van een te groot areaal.

IEF 20315

HvJ EU: Pardo tegen CVVP

HvJ EU 14 okt 2021, IEF 20315; ECLI:EU:C:2021:849 (Pardo tegen CVVP), https://www.ie-forum.nl/artikelen/hvj-eu-pardo-tegen-cvvp

HvJ EU 14 oktober 2021, IEF 20315, IEFBE 3314; ECLI:EU:C:2021:849 (Pardo tegen CVVP) Dit verzoek tot een prejudiciële beslissing is ingediend in het kader van een geding tussen José Pardo SL (hierna “Pardo”) en Club de Variedades vegetales Protegidas (hierna “CVVP”). Op 4 oktober 2004 heeft Nadorcott Protection een communautair kwekersrecht voor het mandarijnenbomenras "Nadorcott” gekregen. Pardo exploiteert sinds 2006 een boomgaard met mandarijnenbomen van het ras Nadorcott. In hoger beroep is geoordeeld dat de vorderingen met betrekking tot inbreuken die minder dan drie jaar vóór de instelling van beroepen van CVVP zijn verricht, niet verjaard zijn, terwijl de vorderingen over handelingen die meer dan drie jaar daarvoor zijn verricht dat wel zijn. Het Tribunal Supremo waar Pardo cassatie heeft ingesteld verzoekt het Hof nu een prejudiciële beslissing te nemen over wanneer de verjaringstermijn van artikel 96 van verordening (EG) nr. 2100/94 ingaat en de omvang van de verjaarde vorderingen. Het Hof oordeelt dat de verjaringstermijn ingaat op het tijdstip waarop enerzijds het communautaire kwekersrecht definitief is verleend en anderzijds de houder van het recht op communautaire bescherming kennis heeft gekregen van de handeling en van de identiteit van de overtreder. De in artikel 94 en 95 bedoelde vorderingen zijn verjaard over het geheel van inbreukmakende handelingen.

IEF 19624

Arrest ingezonden door Paul Trapman en Willem Leppink, Ploum.
 

Arofa maakt geen ongeoorloofd gebruik kwekersrechten

Rechtbank Den Haag 2 dec 2020, IEF 19624; (BerryWorld tegen Arofa), https://www.ie-forum.nl/artikelen/arofa-maakt-geen-ongeoorloofd-gebruik-kwekersrechten

Vzr. Rechtbank Den Haag 2 december 2020, IEF 19624; ECLI:NL:RBDHA:2020:13652 (BerryWorld tegen Arofa) Kort geding in een grote kwekersrechtzaak. BerryWorld heeft een licentieovereenkomst met Arofa. BerryWorld vordert een inbreukverbod met betrekkig tot haar kwekersrechten, omdat Arofa zonder toestemming bakjes blauwe bessen op de Nederlandse markt zou hebben gebracht. Er is niet aannemelijk geworden dat er een voldoende serieuze dreiging van inbreukmakend handelen is. Arofa maakt daarnaast geen ongeoorloofd gebruik maken van de componenten, door de verkoop van fruit van legaal geplante struiken. Zo bestaat er de overtuiging dat dit geen inbreuk op het  Gemeenschapskwekersrecht oplevert.

IEF 19304

Verzoek wijziging vervaldatum kwekersrecht afgewezen

Gerecht EU (voorheen GvEA) 25 jun 2020, IEF 19304; ECLI:EU:T:2020:289 (Siberia Oriental tegen CPVO), https://www.ie-forum.nl/artikelen/verzoek-wijziging-vervaldatum-kwekersrecht-afgewezen

Gerecht EU (zesde kamer) 25 juni 2020, IEF 19304, IEFbe 3094; ECLI:EU:T:2020:289 (Siberia Oriental tegen CPVO) Kwekersrecht. Siberia Oriental verzoekt het Communautair Bureau voor Plantenrassen (CPVO) om wijziging van de vervaldatum van haar communautaire kwekersrecht voor het ras Siberia (van de soort Lilium L.), omdat zij meent dat het CPVO de beschermingstermijn verkeerd heeft berekend. Het CPVO verklaart dit verzoek niet-ontvankelijk, omdat de termijn om beroep in te stellen reeds was verstreken en omdat er geen rechtsgrondslag bestond voor een wijziging. Verzoekster gaat in beroep bij de kamer van beroep van het CPVO, die het beroep eveneens niet-ontvankelijk verklaart. Siberia Oriental verzoekt daarop het Gerecht de beslissing van de kamer van beroep te vernietigen en het CPVO te gelasten de vervaldatum te wijzigen. Deze tweede vordering is niet-ontvankelijk, want het Gerecht kan volgens vaste rechtspraak geen bevelen richten tot het CPVO. Het CPVO moet zelf consequenties verbinden aan het dictum van het Gerecht. Daarnaast moet elk verzoekschrift een summiere uiteenzetting van de aangevoerde middelen inhouden. Derhalve zijn verzoeksters algemene verwijzingen naar de beweringen en memories die zij in de procedure voor de kamer van beroep van het CPVO heeft gedaan en ingediend, niet-ontvankelijk. Een verzoek tot heronderzoek van een beslissing die niet binnen de gestelde termijn is bestreden kan enkel worden gerechtvaardigd door nieuwe belangrijke feiten. Verzoekster beroept zich niet op dergelijke wezenlijke nieuwe feiten, dus haar verzoek tot wijziging van de vervaldatum wordt niet gestaafd.

IEF 19154

Feitelijke beoordeling van areaaloverschrijding bij bloementeelt

Rechtbank Den Haag 25 mrt 2020, IEF 19154; ECLI:NL:RBDHA:2020:2736 (B. Elisabeth), https://www.ie-forum.nl/artikelen/feitelijke-beoordeling-van-areaaloverschrijding-bij-bloementeelt

Rechtbank Den Haag 25 maart 2020, IEF 19154; ECLI:NL:RBDHA:2020:2736 (B. Elisabeth) Kwekersrecht. Eiser is een vof in het kweken en veredelen van teeltrassen, waaronder het ras B. Elisabeth, soort Lysimachia. De vof is houdster van een communautair kwekersrecht voor het ras. Het ras wordt over het algemeen geteeld als sierbloem. Gedaagde drijft een onderneming in het telen van gewassen. De vof en gedaagde zijn in februari 2011 een koopovereenkomst aangegaan met betrekking tot 1500 kopstekken van het ras. In januari van de jaren 2012-2015 heeft gedaagde voor de licentierechten voor het telen van planten van het ras op een areaal van 120 m2 betaald. De vof stelt echter dat er vanaf 2012 in het bedrijf van gedaagde sprake was van areaaloverschrijding en illegale vermeerdering, hetgeen in strijd is met artikel 57 ZPW4.  De hoeveelheid areaaloverschrijding en de vermeerdering planten van het ras worden feitelijk beoordeeld. Geen schade door niet melden rooien en vernietiging; geen misbruik van procesrecht.