Gepubliceerd op dinsdag 19 augustus 2014
IEF 14125
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Incident tot zekerheidstelling proceskosten

Rechtbank Den Haag 9 april 2014, IEF 14125 (Novicol Life Sciences tegen A)
Domeinnamen. Zekerheidstelling proceskosten. A is bestuurder geweest van Novicol en heeft destijds van de investeerders opdracht gekregen om een aantal domeinnamen waarin de naam Novicol voorkomt te registreren. Die zijn geregistreerd ten behoeve van A, zonder dat hij de intentie had ze op naam van Novicol te zetten. Novicol vordert de overdracht. A vordert met succes de zekerheidstelling voor haar proceskosten door betaling van een voorschot van € 25.000.

4.3. De rechtbank overweegt dat, voor zover het bedrag dat de advocaat van Novicol thans op zijn derdenrekening voor Novicol onder zich heeft de door [A] te maken proceskosten al zou dekken, goed mogelijk is dat dit bedrag reeds voor andere doeleinden is aangewend op het moment dat een eventuele proceskostenveroordeling wordt uitgesproken. Novicol heeft niet gesteld dat [A] zich in Nederland nog kan verhalen op andere vermogensbestanddelen van Novicol. Gelet hierop is naar het oordeel van de rechtbank niet redelijkerwijs aannemelijk dat verhaal voor een veroordeling van Novicol tot betaling van proceskosten mogelijk zal zijn. Derhalve is Novicol verplicht hiervoor zekerheid te stellen.

4.5. Voor het bepalen van de hoogte van de te stellen zekerheid zal worden aangesloten bij de regeling Indicatietarieven in IE-zaken. Omdat in dit stadium van de procedure niet kan worden beoordeeld of sprake zal zijn van een al dan niet als eenvoudig aan te merken procedure en op welke wijze deze procedure zal verlopen, zal Novicol worden gelast zekerheid te stellen voor een bedrag van € 25.000,--. Anders dan [A] heeft gevorderd zal bepaald worden dat Novicol zekerheid moet stellen, zoals te doen gebruikelijk is, door middel van een onherroepelijke afroepgarantie van een gerenommeerde Nederlandse bank op de gebruikelijke garantievoorwaarden.

4.6.De rechtbank zal de beslissing omtrent de kosten van het incident aanhouden, totdat in de hoofdzaak zal worden beslist.