Gepubliceerd op woensdag 15 februari 2023
IEF 21234
Rechtbank Amsterdam ||
24 jan 2023
Rechtbank Amsterdam 24 jan 2023, IEF 21234; ecli:NL:RBAMS:2023:279 (Eisers tegen gedaagde), https://www.ie-forum.nl/artikelen/uitleg-afspraak-over-gebruik-foto-s-op-website

Uitleg afspraak over gebruik foto's op website

Rechtbank Amsterdam 24 januari 2023, IEF 21234; ECLI:NL:RBAMS:2023:279 (eisers tegen gedaagde) In deze zaak ging het om een geschil tussen twee fotografen (de eisers) en een bedrijf (de gedaagde) over het gebruik van foto's op de website van het bedrijf. Er was een overeenkomst gesloten waarin afspraken waren gemaakt over het gebruik van de foto's, maar de partijen waren het oneens over de interpretatie van deze afspraken. De gedaagde partij beweerde dat zij de foto's op de website mocht tonen zonder toestemming van de eisers, terwijl de eisers beweerden dat hier wel toestemming voor nodig was. De rechter moest de afspraken in de overeenkomst interpreteren en bepalen wat de partijen redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. De rechter oordeelde dat de gedaagde partij de overeenkomst mocht opvatten zoals zij had gedaan en dat zij op één foto na, wel toestemming had voor het gebruik van de foto's. De eisers verloren de zaak en moeten de proceskosten betalen. De rechter merkte op dat de zaak eigenlijk vooral om een contractueel geschil ging en kende daarom slechts de helft van de hogere proceskosten toe die normaal in IE-zaken worden toegewezen.

1.11. Reden één is dat in lid 5 expliciet staat dat bestanden zoals die waarover het in deze zaak gaat door [gedaagde] voor commerciële doeleinden gebruikt mogen worden. De wijze van gebruik die in deze zaak aan de orde is wordt hier dus expliciet toegestaan. Dit geeft, om te beginnen, toch een sterke indicatie dat [gedaagde] de bestanden mag gebruiken.

1.12. De tweede reden waarom ik niet de uitleg van [eisers] , maar wel die van [gedaagde] volg is het feit dat als ik de uitleg van [eisers] zou volgen, dit zou betekenen dat lid 5 geheel zinloos is. Het heeft dan immers geen zin om in lid 5 een splitsing te maken tussen twee categorieën van werk, en te zeggen dat het eerste werk helemaal niet en het andere werk wel mag worden gebruikt voor commerciële doeleinden. Als later wordt bepaald dat voor welk gebruik dan ook van welk werk dan ook toestemming is vereist, hadden partijen zich die moeite kunnen besparen. Het ligt niet voor de hand dat er zinloze bepalingen in een dergelijke overeenkomst worden opgenomen. [eisers] heeft niet kunnen uitleggen hoe het kan dat er een zinloze bepaling in de koopovereenkomst terecht is gekomen. Als gezegd zal ik, als ik een logische uitleg kan geven aan de overeenkomst of een onlogische, kiezen voor de logische. De uitleg waarbij lid 5 zinloos is, is niet logisch. De uitleg van [gedaagde] is wel logisch.

1.13. Dan reden drie. Als ik lid 9 bekijk – die volgens [gedaagde] gaat over gebruik door derden en volgens [eisers] . over al het gebruik – en ik alleen de eerste zin lees, dan zie ik dat daar niet met zoveel woorden staat dat het gaat om gebruik door derden. Maar in de tweede, derde en vierde zin gaat het wel steeds over het gebruik van opnames door derden. In de tweede zin gaat het over de opbrengsten die de vennootschap verkrijgt en niet, zoals [eisers] heeft gesteld, over gebruiksrechten die de vennootschap verkrijgt, want opbrengsten kun je uitkeren en gebruiksrechten niet. Aan [eisers] kan worden toegegeven dat het in de tweede, derde en vierde zin over gebruik door derden gaat niet per definitie betekent dat de eerste zin ook over gebruik door derden gaat, maar dat ligt wel voor de hand. Zeker als er in lid 5 al afspraken zijn gemaakt over een ander soort gebruik (gebruik door de studio voor commerciële doeleinden). In samenhang met reden één en reden twee kan ik redelijkerwijs niets anders doen dan de uitleg van [gedaagde] volgen.

1.18. Het gevolg van het voorgaande is dat [gedaagde] op grond van afdeling 6, lid 5 van de koopovereenkomst alle foto’s opgenomen in productie 9 bij dagvaarding op haar website mocht gebruiken, behalve de foto van het Heineken glas. Die ene foto viel onder het niet toegestane gebruik (afdeling 6, lid 5, eerste zin). Maar het is onweersproken dat [gedaagde] [eisers] voor deze foto heeft betaald, en [eisers] klaagt daar niet (meer) over. Het gebruik waar het in deze zaak om gaat, is toegestaan.