Gepubliceerd op dinsdag 7 juni 2005
IEF 463
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Porsche en Fiat strijden om Targa

In de zaken Porsche - Targa (rolnr. 01/1284) en Porsche - Fiat (rolnr. 01/1285) heeft het Gerechtshof te 's-Gravenhage bij arrest van 26 mei 2005 de vonnissen van de rechtbank 's-Gravenhage van 4 juli 2001 bekrachtigd.

Porsche heeft haar internationale merk TARGA, dat geregistreerd is op 16 juni 1971, ingeroepen tegen het woordmerk TARGA en vier merken van Fiat, waarvan het woord TARGA onderdeel uitmaken. Fiat heeft deze in de periode van 15 september 1995 tot en met 28 augustus 1997 internationaal laten registreren. Porsche heeft haar merk TARGA bovendien ingeroepen tegen het beeldmerk van Targa, waarvan de woorden TARGA SERVICES deel uitmaken. Targa heeft op 23 juni 1998 het merk TARGA SERVICES internationaal geregistreerd. Porsche heeft de nietigverklaring van bovengenoemde merkrechten en een inbreukverbod gevorderd. In hoger beroep heeft Porsche haar eis vermeerderd en heeft wegens non-usus vervallenverklaring van de TARGA merkrechten gevorderd. Fiat heeft kennelijk als verweer tegen het inbreukverbod in eerste aanleg gesteld dat de aanduiding TARGA alleen in Italie wordt gebruikt. In hoger beroep blijkt Fiat de merken ook in Italie, Spanje en Portugal te gebruiken en heel Europa door middel van haar website. Porsche heeft zich hierdoor niet uit het veld laten slaan.

Volgens Porsche is het gebruik van de domeinnamen nog geen merkgebruik. Het Hof volgt deze redenatie en oordeelt: 'in dit geval is geen sprake van gebruik van de TARGA-merken ter onderscheiding van waren of diensten, temeer nu op de website uitsluitend diensten worden aangeboden onder de aanduiding CONNECT.' Fiat heeft geen normaal gebruik gemaakt van de TARGA-merken gedurende  een onafgebroken tijdvak van vijf jaren. 

De stelling van Fiat dat Porsche geen belang zou hebben bij een vervallenverklaring van de merken omdat ook een verbod wordt gevorderd gaat niet op. Niet is gebleken dat Porsche hierdoor onbehoorlijk zou handelen. Ook de stelling dat de inbreukprocedure van Porsche het non-usus zou kunnen rechtvaardigen gaat terecht niet op. Een procedure staat niet aan het gebruik van een merk in de weg. Fiat heeft meer succes in haar verweer tegen de inbreukvorderingen van Porsche.

Hoewel het verweer van Fiat dat het merk TARGA vanaf depotdatum elk onderscheidend vermogen zou missen, omdat de aanduiding een soort koetswerk zou beschrijven, niet op gaat, is dit wel aanleiding voor het Hof om geen uitspraak te doen of het merk tot een soortnaam geworden is. Porsche heeft haar merk wel normaal gebruikt. Het beroep op non-usus door Fiat wordt verworpen. De inbreukvorderingen van Porsche slagen ook in hoger beroep niet.

Het Hof oordeelt gelijk aan haar antwoord op het non-usus verweer van Porsche dat er geen sprake is van merkgebruik door Fiat of dreigend gebruik. Het enkel registreren van een domeinnaam betekent niet dat er ongerechtvaardigd voordeel wordt getrokken of afbreuk wordt gedaan aan het merk TARGA. Het Hof is niet gebleken dat de website specifiek op het publiek in de Benelux is gericht.