Gepubliceerd op woensdag 24 augustus 2005
IEF 824
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Naar mijn mening

Kamervragen met antwoord nr. 2185, 24 augustus 2005, 2e Kamer 2004-2005. Antwoord op vragen van het lid Kant (SP) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over gunstbetoon  i.v.m. een bijeenkomst van Pfizer inzake geneesmiddelenbeleid.

"Van gunstbetoon is hier mijns inziens geen sprake. Het Reclamebesluit geneesmiddelen heeft op het gebied van gunstbetoon als kern dat het – met bepaalde uitzonderingen – verboden is om in het kader van de bevordering van de verkoop van geneesmiddelen, aan personen die bevoegd zijn om geneesmiddelen voor te schrijven of af te leveren, premies of voordelen in geld of natura toe te kennen, aan te bieden of in het vooruitzicht te stellen. Dit congres had niets te maken met bevordering van de verkoop van geneesmiddelen. De besproken onderwerpen hadden op geen enkele wijze betrekking op specifieke geneesmiddelen of indicaties. De congresdeelnemers behoorden in grote meerderheid niet tot de kring van personen die bevoegd zijn om geneesmiddelen voor te schrijven of af te leveren en voor zover dat wel het geval was, namen zij niet in die hoedanigheid deel, maar als vertegenwoordigers van een bepaalde (koepel)organisatie. Bovendien waren er geen vertegenwoordigers van (koepel)organisaties die product- of indicatiegerelateerde belangen zouden kunnen hebben.

De bepalingen van het Reclamebesluit geneesmiddelen op het gebied van gunstbetoon en de daarop gebaseerde beleidsregel, waarin een nadere invulling wordt gegeven aan de regels met betrekking tot gunstbetoon, zijn daarom naar mijn mening in dit geval niet van toepassing."

Kamervragen met antwoord nr. 2185, 24 augustus 2005, 2e Kamer 2004-2005. Antwoord op vragen van het lid Kant (SP) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over gunstbetoon  i.v.m. een bijeenkomst van Pfizer inzake geneesmiddelenbeleid.

1.
Is het waar dat een medewerker van uw ministerie (de directeur Geneesmiddelen en Medische Technologie) heeft deelgenomen aan een bijeenkomst van Pfizer in St. Paul de Vence in maart 2005 over geneesmiddelenbeleid? Zo ja waarom? Wat was het nut en het doel van de deelname?

2.
Wat waren de overwegingen iemand van uw ministerie af te vaardigen naar deze conferentie?

1 en 2.
Ja. Pfizer was initiatiefnemer van een congres Zorg in de toekomst – geneesmiddelen in 2010, een bron van zorg, dat is gehouden van 13 tot 16 maart 2005 in St. Paul de Vence. Gelet op het uitstekende programma, de kwaliteit van de inleiders en de brede deelname uit het zorgveld is besloten dat het nuttig zou zijn als de Directeur-Generaal Gezondheidszorg aanwezig zou zijn en een inleiding zou verzorgen. Omdat andere, dringende werkzaamheden uiteindelijk zijn deelname verhinderden, is besloten de directeur Geneesmiddelen en Medische Technologie in zijn plaats te laten gaan.

3.
Waarom was het nodig deze bijeenkomst in Zuid Frankrijk te houden? Wat is uw opvatting over de keuze van de locatie?

3.
Het ministerie van VWS is niet betrokken geweest bij de keuze van de locatie. De firma Pfizer heeft mij gemeld dat de keuze vooral is ingegeven door het feit dat de locatie heel geschikt is om met een niet al te grote groep deelnemers een drietal dagen in afzondering met elkaar van gedachten te wisselen, waarbij het belangrijk is dat de groep als geheel bij elkaar blijft om daadwerkelijk tot resultaten te komen. Bij een in Nederland georganiseerd congres blijkt het onmogelijk te zijn om een deelnemersgroep als waarop dit congres zich richt gedurende 3 dagen in zijn geheel bijeen te houden.
Dit zou inderdaad een voordeel kunnen zijn. Daartegenover staat het nadeel van de reis. Bij de beslissing tot deelname is de waarde van het programma hiertegen afgewogen.

4.
Is hier, gezien de locatiekeuze en/of de gedeeltelijke financiering door Pfizer, sprake van gunstbetoon? Zo neen, waarom niet?

5.
Waarom was de locatie en/of de gedeeltelijke financiering door Pfizer geen reden om af te zien van deelname?

4 en 5.
Aan de deelnemers zijn, volgens opgave van Pfizer, de werkelijke kosten van reis en deelname (€ 1675 per persoon) in rekening gebracht. Pfizer heeft alleen de kosten van de congresorganisatie en van de sprekers, die tijdens het congres een inleiding hebben gehouden, voor zijn rekening genomen.