Gepubliceerd op donderdag 4 juni 2020
IEF 19242

Artikel ingezonden door Remco Klöters, Van Kaam advocaten.

Lookalike-race: Max Verstappen (3) vs Katja Schuurman (2) vs Michiel Muller (1)

Nu we nog een kleine maand op de start van het Formule 1 seizoen moeten wachten komt het nieuws over de recente juridische crash van Verstappen als geroepen. Verstappen lag comfortabel op winst toen hij Picnic via de Rechtbank Amsterdam tot een schadevergoeding van € 150.000,- aan gederfde reclame-inkomsten dwong. Het Hof Amsterdam zet hier deze week een streep door [IEF 19239].

Verstappen kan geen beroep doen op zijn portretrecht en dus zal de schadevergoeding aan Picnic en dus aan winnaar Michiel Muller terugbetaald moeten worden.

Verstappen zette in op het leerstuk dat het portretrecht niet is voorbehouden voor kwesties waarin alle gelaatstrekken zichtbaar zijn en zich ook uit kan strekken tot lookalikes. Hij nam dus een lift van Katja Schuurman, het voormalige boegbeeld van de Gouden Gids, wiens kapsel, houding en hoge hakken vijftien jaar geleden al eens werden misbruikt door het concurrerende bedrijf iLocal.

En dat verbaast niet. Verstappen is immers naast Redbull-coureur ook onderdeel van de marketingstal van supermarktketen Jumbo en is door Picnic natuurlijk op plagerige wijze ingezet om haar eigen naamsbekendheid en populariteit te vergroten.

Desondanks: een gewonnen race was dit zeker niet. Nog vóór Katja Schuurman, greep wijlen presentatrice Silvia Millecam al eens mis toen een commercieel bedrijf voor een commercial gebruik maakte van een lookalike. Er was gelijkenis, maar daarmee nog geen portret van Millecam.

Aan de andere kant: in 2017 won voetballer Edgar Davids weer wél toen hij een gelijkend personage in een game wist te tackelen [IEF 17026]. De makers van dit spel riepen doelbewust het beeld van Davids op, vergrootten daarmee de aantrekkelijkheid van het spel. Zij haalden daarom ook bakzeil.

De tegenstanders in de Katja Schuurman-zaak hadden een duidelijk doel voor ogen, zo blijkt uit dat vonnis. Het idee van iLocal was zich als nieuwkomer op de markt te lanceren door zich met een vrolijke knipoog af te zetten tegen de gevestigde orde. Haar product zou: “met een louter prikkelende parodiërende advertentie” geïnspireerd zijn door onder andere: “de wijze waarop Route Mobiel zichzelf naast Wegenwacht profileert”. Op de “manoeuvre Michiel Muller” derhalve, die Route Mobiel in 2004 immers oprichtte als tegenhanger van de Wegenwacht en die een procedure tegen de ANWB destijds overigens verloor.

Hoe goed moet Michiel Muller zich dan ook gevoeld hebben toen hij op 2 juni jl. zijn al meer dan vijftien jaar geleden ingezette manoeuvre wist te voltooien en door de achteruitkijkspiegel zag hoe het Hof Amsterdam Max Verstappen genadeloos afvlagde? Waar de ANWB en Katja hem in 2005 dus nog een stok tussen de wielen staken, heeft Max de Michiel Muller-bocht helaas niet kunnen nemen.

Daarmee resteert een nabeschouwing: wat ging er mis? Het antwoord is volledig conform het Europese Hof van Justitie in Deckmyn/Vandersteen: humor en het drijven van spot.

In de Katja Schuurman-zaak werd portretrecht aangenomen en mislukte het zogenaamde parodieverweer. De rechter was van mening dat er geen sprake was van humor, maar puur het zich afzetten tegen Gouden Gids met het wekken van de indruk dat Schuurman zou zijn overgestapt naar iLocal, een wellicht goedkopere concurrent. Commerciële concurrentiemotieven speelden een doorslaggevende rol en er was gevaar voor verwarring. Dat paste volgens de Rechtbank Breda destijds niet bij een parodie.

In het recente arrest over Verstappen werd geen portretrecht aangenomen. Picnic heeft weliswaar zijn beeld willen oproepen (net als in de Edgar Davids-zaak), maar het grote verschil is volgens het hof dat het voor de kijker duidelijk is dat hier niet om Verstappen zelf gaat (anders dan bij Schuurman), maar om een persiflage van zijn optreden in de reclames voor Jumbo. Geen verwarring maar een geslaagde parodie dus van een nieuwkomer in supermarktland en dus zonder dat sprake is van het portret van Verstappen. Hij was het niet en dat is voor iedereen die de commercial zag ook duidelijk.

Interessant vind ik nog de vraag of supermarktketen Jumbo meer succes zou hebben gehad bij een procedure op basis van onrechtmatige vergelijkende reclame ex artikel 6:164a BW.

Zoiets lukte McDonald’s al eens toen zij opkwam tegen het gebruik van haar clown Ronald McDonald in een commercial van Burger King waarin de clown stiekem een hamburger kwam eten bij de Burgerking. Omdat dit een grap was ten koste van McDonald’s voldeed de commercial niet aan de eisen voor vergelijkende reclame.

Uit het Picnic-arrest blijkt echter dat Jumbo de humor van de Verstappen parodie (wel) inzag, dus de uitkomst van een dergelijke procedure zullen we nooit kennen. De laatste vraag die nu resteert is of Max nog een poging zal doen om in cassatie bij de Hoge Raad alsnog het kampioenschap veilig te stellen.

Max zou Max niet zijn als hij niet op zijn minst een poging zou wagen…
 

Remco Klöters is advocaat en partner bij Van Kaam IP – Media - Privacy in Amsterdam.