Gepubliceerd op maandag 21 december 2015
IEF 15557
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Legaal aanbod de norm

VOI©E bericht: Vrijdag 13 november organiseerde het ministerie van Veiligheid en Justitie het seminar ‘legaal aanbod – de norm’. De aanleiding vormde de toezegging van toenmalig staatssecretaris Teeven om rechthebbenden en internet service providers rond de tafel te vragen om gezamenlijk te bezien hoe illegaal downloaden kan worden tegengegaan en het legale aanbod kan worden gestimuleerd.

In een videoboodschap bracht minister Van der Steur deze aanleiding nog eens onder de aandacht. Hij benadrukte dat er drie ingrediënten zijn om het probleem rond illegaal downloaden aan te pakken. Ten eerste moet er een gebruiksvriendelijkelijk en betaalbaar legaal aanbod zijn. Ten tweede moeten consumenten worden voorgelicht zodat zij de juiste keuzes kunnen maken. En ten derde is er handhaving nodig, waarbij de minister benieuwd is welke rol de internet service providers voor zichzelf zien.

Bart Schermer, expert op het gebied van internet en recht, schetste vervolgens de bestaande internationale voorlichtings- en handhavingskaders. Volgens hem kan actie gericht zijn op eindgebruikers, piraterijplatforms en alle andere partijen in de keten en is een integrale aanpak het beste waarbij betrokkenheid van internet service providers – gewild of ongewild – noodzakelijk is. Zie hier zijn presentatie.

De daarna gepresenteerde voorbeelden uit Denemarken en het Verenigd Koninkrijk illustreerden de verschillende manieren waarop dit gerealiseerd kan worden. In beide landen leidde door de overheid geïnitieerde en ondersteunde samenwerking tussen internet service providers en rechthebbenden tot concrete projecten.

In het Verenigd Koninkrijk richt het programma ‘Get it Right from a Genuine Site’ zich op het bewerkstellingen van gedragsverandering bij consumenten door de morele boodschap dat illegaal downloaden niet bijdraagt aan de creatie van nieuwe content voor het voetlicht te brengen. Internet service providers werken hier aan mee en wijzen abonnees van wie de internetaansluiting voor illegaal downloaden is gebruikt op legale alternatieven.
In Denemarken worden de consumenten onder de noemer ‘Share with Care’ aangesproken en voorgelicht. Daarnaast hebben internet service providers en rechthebbenden in een ‘code-of-conduct’ afspraken gemaakt over hoe ze door middel van handhaving een actieve rol spelen in het verstoren van het illegale aanbod.

In een afsluitende paneldiscussie onder leiding van Madeleine de Cock Buning stond de vraag centraal of het ook voor Nederland mogelijk is een effectief voorlichtings- en handhavingskader te ontwikkelen om het gebruik van legale content te bevorderen. Vertegenwoordigers van rechthebbendenorganisaties (Platform Makers, Platform Creatieve Media Industrie, BREIN) gaven aan hoe belangrijk het is dat service providers hun rol oppakken – al dan niet onder druk van de overheid. Internet service providers (XS4ALL, NLkabel) gaven aan open te staan voor een verdere discussie over hun rol hierin.

De uitkomst van het seminar, namens het ministerie samengevat door Cyril van der Net, is dat de beoogde samenwerking op zich tot de mogelijkheden lijkt te behoren en dat er een eerste constructieve stap richting samenwerking is gezet. Een brief aan de Kamer is aangekondigd, waarin de minister zal aangeven hoe hij het vervolg van deze discussie ziet.

Initiatiefnemer hiervoor, VVD-Kamerlid Jeroen van Wijngaarden heeft nu samen met zijn collega Astrid Oosenbrug (PvdA) Kamervragen gesteld over de uitkomst van het seminar: tot welke vervolgacties leidt dit seminar?

Tevens wordt aan de minister gevraagd in hoeverre hij bereid is onder internetaanbieders, publieke en commerciële omroepen en vertegenwoordigingen van auteursrechthebbenden nader te verkennen of zij kunnen komen tot een systematische voorlichting om legaal gebruik van muziek, film e.d. te stimuleren zonder de vrijheid van internet noch de privacy van internetgebruikers geweld aan te doen. De Kamerleden zijn ook benieuwd hoe de minister de bestaande werkwijze in Denemarken en Engeland beoordeelt om legaal gebruik van auteursrechtelijk beschermd materiaal te stimuleren.