Gepubliceerd op woensdag 5 februari 2014
IEF 13507
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Het (definitieve) einde van de persexceptie?

Een bijdrage ingezonden door Bart Lukaszewicz, Houthoff Buruma.
Auteursrecht. Excepties. Afgaande op de huidige tekst van artikel 15 Aw (de persexceptie) mag - kort en enigszins vereenvoudigd weergegeven - het ene nieuwsmedium een nieuwsbericht of gemengd bericht kosteloos en zonder toestemming overnemen uit het andere nieuwsmedium. De toepassingsmogelijk-heden van deze regeling zijn echter minder eenduidig dan de tekst van artikel 15 Aw doet vermoeden. Het gerechtshof Arnhem oordeelde in juli 2011 dat de hiervoor weergegeven, ruime uitleg van de regeling zich niet laat rijmen met de Auteursrechtrichtlijn en de Berner Conventie, met name omdat de wet uitdrukkelijk bepaalt dat het overnemen van (auteursrechtelijk be-schermde) nieuwsberichten niet kan worden tegengegaan met een auteursrechtvoorbehoud en niet voorziet in de verplichting tot betaling van een billijke vergoeding ter compensatie [Hof Arnhem 26 juli 2011, ECLI:NL:GHARN:2011:BR3119, IEF 10002 (NDP c.s./Provincie Flevoland)].

Een en ander laat zich niet verenigen met het hoge beschermingsniveau dat rechthebbenden moet worden geboden, aldus het hof. De juistheid van dit oordeel lijkt nu te worden bevestigd door het op 11 november 2013 bij de Tweede Kamer ingediende wetsvoorstel strekkende tot afschaffing van de geschriftenbescherming en wijziging van de persexceptie [Wetsvoorstel tot wijziging van de Au-teurswet in verband met de afschaffing van bescherming van geschriften zonder oorspronkelijk karakter of persoonlijk stempel van de maker, Kamerstukken II 2013/14, 33 800].

Wat beoogt het wetsvoorstel te veranderen ten aanzien van de persexceptie? De belangrijkste wijziging is wel de schrapping van het thans in artikel 15 lid 2 Aw neergelegde verbod het auteursrecht op nieuwsberichten en gemengde berichten voor te behouden. Als het voorstel in zijn huidige vorm wordt aangenomen, kunnen rechthebbenden dus steeds het auteursrecht aan zich houden en kunnen zij op die manier nieuwsberichten buiten het bereik van de persexceptie brengen. Veruit de meeste nieuwsmedia maken een dergelijk voorbehoud, zo leert een korte rondgang op internet (nu.nl, NOS, landelijke dagbladen). De berichten afkomstig van deze media kunnen dus niet langer door andere nieuwsmedia op grond van de persexceptie (zonder toestemming en zonder betaling) worden overgenomen. Aangezien deze media verantwoordelijk zijn voor het merendeel van de nieuwsvoorziening in Nederland, lijkt de conclusie niet overdreven dat de persexceptie na aanvaarding van het wetsvoorstel feitelijk een dode letter wordt, uiteraard voor zover dat al niet het geval was als gevolg van de eerdergenoemde uitspraak van het Arnhemse hof.

Daar staat tegenover dat nieuwsberichten die niet het resultaat zijn van een eigen intellectuele schepping van de auteur - onpersoonlijke geschriften derhalve - na afschaffing van de geschriftenbescherming vrijelijk kunnen worden overgenomen. Dat gegeven biedt echter weinig soelaas. Nog los van het feit dat onpersoonlijke geschriften ook zonder een beroep op de persexceptie kunnen worden overgenomen, is het aantal nieuwsberichten dat als onpersoonlijk kan worden bestempeld relatief beperkt. Het Hof van Justitie heeft in zijn Infopaq-uitspraak nadrukkelijk overwogen dat zelfs een enkele zinsnede uit een nieuwsbericht al kan getuigen van voldoende oorspronkelijkheid [HvJEG 16 juli 2009, zaak C-5/08, IEF 8070 (Infopaq)]. In combinatie met het feit dat de lat voor auteursrechtelijke bescherming in Nederland traditioneel laag ligt, zal dus ook een een-voudig nieuwsbericht naar alle waarschijnlijk al snel de werktoets doorstaan. Veruit de meeste nieuwsberichten zijn om deze redenen onvatbaar voor de (nieuwe) persexceptie.

De vraag is of de free flow of information, die de persexceptie beoogt te bevorderen, door deze ontwikkelingen niet te veel onder druk komt te staan. Daar lijkt het wel op. Om te voorkomen dat de persexceptie haar waarde grotendeels verliest, zou naar mijn mening naar een andere oplossing moeten worden gezocht die het midden vindt tussen enerzijds het garanderen van de free flow of information en anderzijds het bewaken van de gerechtvaardigde belangen van auteurs. Waarom wordt het verbod op een auteursrechtvoorbehoud niet gehandhaafd en wordt dit niet gecombineerd met de verplichting tot betaling van een billijke vergoeding bij een beroep op de persexceptie? Het woord is aan de wetgever.

Bart Lukaszewicz