Gepubliceerd op dinsdag 13 mei 2014
IEF 13839
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Gerecht EU week 19

Gemeenschapsmerk. We beperken ons tot een wekelijks overzicht van de (voortgezette oppositie)beslissingen van het Gerecht EU. Ditmaal over:
A) PEDRO t. Pedro del Hierro - beroep afgewezen
B) SIMCA t. SIMCA - beroep afgewezen
C) PYROX t. PYROT - beroep afgewezen

Gerecht EU 8 mei 2014, zaak T-38/13 (Pedro) - dossier
A) Werkelijk gebruik. Geen verwarringsgevaar. Gemeenschapsmerk – Beroep ingesteld door de aanvrager van het woordmerk „PEDRO” voor waren en diensten van de klassen 18, 25 en 35, en strekkende tot vernietiging van beslissing Kamer van beroep van het (BHIM) houdende gedeeltelijke vernietiging van de beslissing van de oppositieafdeling waarbij de oppositie ingesteld door de houder van de zwart-witte communautaire en internationale beeldmerken met de woordelementen „Pedro del Hierro” voor waren en diensten van de klassen 3, 9, 14, 18, 25, 35 en 42 is afgewezen. Beroep wordt afgewezen.

Gerecht EU 8 mei 2014, zaak T-327/12 (Simca) - dossier
B) Nietigheidsprocedure – Gemeenschapswoordmerk Simca – Kwade trouw – Artikel 52, lid 1, sub b. Beroep tot vernietiging van beslissing kamer van beroep van BHIM houdende vernietiging van de beslissing van de nietigheidsafdeling en nietigverklaring van het woordmerk „Simca” voor waren van klasse 12 in het kader van de vordering tot nietigverklaring ingediend door de houder van het internationale en nationale merk „SIMCA”. Beroep wordt afgewezen.

55      Vastgesteld hoeft immers slechts te worden dat uit het arrest Chocoladefabriken Lindt & Sprüngli, punt 19 supra (punten 38‑42) blijkt dat bij de beoordeling van bestaan van kwade trouw van de aanvrager op het tijdstip van de indiening van de inschrijvingsaanvraag van een teken, bovendien rekening moet worden gehouden met zijn „oogmerk” om een derde te verhinderen om dit teken te blijven gebruiken, waarbij het Hof heeft opgemerkt dat dit oogmerk een subjectief gegeven was dat moest worden vastgesteld aan de hand van de objectieve omstandigheden van het concrete geval.

Gerecht EU 8 mei 2014, zaak T-575/12 (PYROX) - dossier
C) Verwarringsgevaar. Beroep ingesteld door de aanvrager van het beeldmerk met het woordelement „PYROX” voor waren van de klassen 4, 7 en 11, en strekkende tot vernietiging van de beslissingen kamer van beroep van het BHIM waarbij de beslissing van de oppositieafdeling tot gedeeltelijke afwijzing van de oppositie die is ingesteld door de houder van het nationale woordmerk „PYROT” voor waren van klasse 11 gedeeltelijk nietig is verklaard en de inschrijving van het aangevraagde merk integraal is geweigerd. Beroep wordt afgewezen.

101    Der hohe Aufmerksamkeitsgrad, den ein Teil der maßgeblichen Verkehrskreise an den Tag legt, genügt in Anbetracht der starken Ähnlichkeit, die hinsichtlich eines der geprüften relevanten Aspekte festgestellt worden ist, nicht, um die Verwechslungsgefahr zu vermeiden. Denn selbst die Verbraucher, die einen hohen Aufmerksamkeitsgrad an den Tag legen, könnten glauben, dass die in Rede stehenden Waren, die geringfügig ähnlich oder ähnlich sind, aus demselben Unternehmen oder aus wirtschaftlich miteinander verbundenen Unternehmen stammen. Daher hat der oben in Rn. 41 festgestellte Fehler hinsichtlich des Aufmerksamkeitsgrads der maßgeblichen Verkehrskreise keinen Einfluss auf die Rechtmäßigkeit der angefochtenen Entscheidung.