Gepubliceerd op donderdag 4 december 2025
IEF 23145
Gerecht EU (voorheen GvEA) ||
3 dec 2025
Gerecht EU (voorheen GvEA) 3 dec 2025, IEF 23145; ECLI:EU:T:2025:1088 (Mute tegen EUIPO, mute-labs), https://www.ie-forum.nl/artikelen/gerecht-eu-geen-sprake-van-verwarringsgevaar-tussen-mute-labs-en-mutedesign

Gerecht EU: geen sprake van verwarringsgevaar tussen "mute-labs" en "MuteDesign"

Gerecht EU 3 december 2025, IEF 23145; IEFbe 4057; ECLI:EU:T:2025:1088 (Mute tegen EUIPO, mute-labs). Mute vordert krachtens artikel 263 VWEU de vernietiging van een beslissing van de Eerste Kamer van Beroep van het EUIPO waarin de oppositie van Mute tegen de inschrijving van een beeldmerk door mute-labs werd afgewezen. De oppositie was gebaseerd op een eerder ingeschreven EU-beeldmerk van de eiser voor soortgelijke waren in klassen 19 en 20 (onder meer meubels, geluidsabsorberende materialen). De oppositiegrond was gebaseerd op artikel 8 lid 1 sub b Verordening 2017/1001, vanwege verwarringsgevaar bij het relevante publiek.  

De Kamer oordeelde dat er geen verwarringsgevaar tussen de twee merken was. Het Gerecht bevestigd dit oordeel. De betrokken waren zijn hoofdzakelijk gericht op professioneel gebruik. Daarom moet uitgegaan worden van een professioneel publiek met een hoog aandachtsniveau. Het publiek zal dus minder snel in verwarring raken door kleine gelijkenissen tussen merken. Daarnaast delen beide de merken het element "mute", maar verschillen in de aanvullende woorden "labs" en "design". Het Gerecht oordeelt dat het woord "mute" beschrijvend is en daardoor onderscheidend vermogen mist. De merken zijn visueel en auditief slechts in geringe mate vergelijkbaar.  Verder oordeelt het Gerecht dat er geen begripsmatige gelijkenis is. Het oudere merk heeft slechts een laag onderscheidend vermogen als geheel. Hierdoor is er geen sprake van verwarringsgevaar. Het beroep wordt verworpen. Mute wordt veroordeeld tot betaling van de kosten van mute-labs. EUIPO draagt haar eigen kosten. 

101    In those circumstances, and in view of the interdependence of the factors referred to in paragraphs 96 to 99 above, there is no risk that the relevant public may believe that the goods covered by the earlier mark and the mark applied for come from the same undertaking. The Board of Appeal’s assessment therefore is not flawed.

102    That finding is not invalidated by the applicant’s argument that the Board of Appeal erroneously attributed significance to the final elements of the signs at issue, namely the elements ‘design’ and ‘labs’, in breach of the principle that the common element at the beginning of those signs will be of primary importance to the relevant public. That argument must be rejected for the same reasons as those set out in paragraph 86 above.

103    It follows from the foregoing that the applicant’s arguments in support of its single plea in law must be dismissed and, therefore, the action must be dismissed in its entirety.