Gepubliceerd op dinsdag 11 november 2025
IEF 23069
Antilliaanse Gerechten ||
22 okt 2025
Antilliaanse Gerechten 22 okt 2025, IEF 23069; ECLI:NL:OGEAA:2025:320 (Hennessy c.s. tegen Island Foods c.s.), https://www.ie-forum.nl/artikelen/gea-aruba-wijst-vorderingen-hennessy-c-s-af-en-staat-verkoop-van-gedecodeerde-flessen-bij-parallelhandel-toe

GEA Aruba wijst vorderingen Hennessy c.s. af en staat verkoop van gedecodeerde flessen bij parallelhandel toe

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba 22 oktober 2025, IEF 23069; ECLI:NL:OGEAA:2025:320 (Hennessy c.s. tegen Island Foods c.s.). Eiseressen Société Jas Hennessy & Co en MHCS (samen: Hennessy c.s.) treden op tegen Island Foods & Distributors N.V., Hua Mei Enterprises N.V. en Sing Fung N.V. (samen: Island Foods c.s.). Na een incidentenvonnis van 8 maart 2023 (toewijzing vrijwaring) volgt een schriftelijke ronde, waarna vonnis wordt bepaald. Disosa-rapporten constateren dat bij Island Foods c.s. identificatienummers op Hennessy- en Moët & Chandon-flessen zijn verwijderd of onleesbaar gemaakt (o.a. weggeslepen gegraveerde code aan de flesvoet; gedecodeerd achteretiket). Hennessy c.s. legt conservatoir beslag en vordert (na eisvermindering) o.m. een verbod, recall en vernietiging, opgave, een dwangsom van USD 500 per dag, schadevergoeding en kosten op grond van merkinbreuk (art. 2 lid 1 Arubaanse Merkenverordening), onrechtmatige daad (art. 6:162 BW) en auteursrecht. Het ontvankelijkheidsverweer van Island Foods strandt na intrekking van de vordering van Hennessy tegen Island Foods; de vorderingen worden verder gezamenlijk behandeld. Island Foods c.s. voert aan dat, volgens vaste Diageo-rechtspraak, verkoop van rechtmatig via parallelhandel verkregen, maar “gedecodeerde” flessen is toegestaan.

Het gerecht verwijst naar de Diageo-lijn en de wetsgeschiedenis waarin uitdrukkelijk voor wereldwijde uitputting wordt gekozen om vrije parallelhandel te verzekeren. Het stelt voorop dat identificatiecodes parallelimport kunnen belemmeren en dat het verwijderen/afplakken daarvan minimale, nauwelijks zichtbare ingrepen zijn die de herkomstfunctie en reputatie van de merken niet aantasten en geen “gegronde reden” voor verzet opleveren. Stellingen van Hennessy c.s. over (explosie-)gevaar en diepe inslijping worden als onvoldoende onderbouwd verworpen; ook aangevoerde “nieuwe” bewijsmiddelen uit andere zaken leiden niet tot afwijking. Het beroep op de Auteursverordening faalt: van een relevante wijziging in de zin van art. 25 lid 1 is geen sprake. Het gerecht blijft daarom de Diageo-rechtspraak volgen en wijst alle vorderingen af. Hennessy c.s. wordt hoofdelijk in de proceskosten veroordeeld volgens het liquidatietarief (tarief 5, 2 punten): Afl. 2.500 per gedaagde; voor Island Foods vermeerderd met nakosten en, bij uitblijven van betaling, wettelijke rente; een vordering tot integrale kosten wordt afgewezen. In de vrijwaringszaken worden de vorderingen afgewezen (geen hoofdveroordeling) en worden Hua Mei resp. Sing Fung veroordeeld in Afl. 1.250 aan salaris van de gemachtigde; alle kostenveroordelingen zijn uitvoerbaar bij voorraad.

4.12.

De overige door Hennessy c.s. in deze zaak aangevoerde argumenten en belangen op grond waarvan zou moeten worden aangenomen dat zij gegronde redenen hebben voor verzet als bedoeld in artikel 2 Merkenverordening en het handelen van Island Food c.s. als onrechtmatig zou moeten worden aangemerkt, zijn ook al naar voren gebracht en meegewogen in de Diago-rechtspraak. Dit betreft onder meer de stellingen van Hennessy c.s. over de volksgezondheid, “recall”, bestrijding van namaak (“counterfeit”, het al dan niet drukkende effect van parallelhandel op de winkelprijzen en het concordantiebeginsel.

4.13.

Naar het oordeel van het gerecht is er geen sprake van relevante wijzigingen in de maatschappelijke opvattingen of de omstandigheden die zich sedert de Diageo-rechtspraak hebben voorgedaan en die tot afwijking dwingen. Hennessy c.s. zeggen steun te vinden voor een tegengestelde opvatting in de uitspraak van het gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten van 2 december 2022 (SXM2022-1216, niet gepubliceerd) in een opheffingskortgeding naar aanleiding van een door MHCS ten laste van een (andere) winkelier gelegd beslag. Daargelaten dat één zwaluw nog geen zomer maakt, blijkt uit dat vonnis niet dat de Diageo-rechtspraak in de beoordeling is betrokken, laat staan dat bedoeld is daarmee te breken.