Gepubliceerd op woensdag 10 januari 2007
IEF 3227
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Er zijn op dit moment

qm.gifRechtbank Amsterdam 15 november 2006, LJN AZ5837. A tegen Q-Music.

Voorlezen van verkeersinformatie leidt niet tot uitvoerend kunstenaarschap in de zin van de Wet Naburige Rechten. Geen sprake van voortgebruik.

Eiser A was vanaf 1 maart 2001 als diskjockey / presentator van radioprogramma's  in dienst van Q-Music. Daarnaast heeft hij ten behoeve  van een telefonische wegeninformatieservice standaardteksten ingesproken. Deze teksten bestonden uit circa 3750 locaties, 300 gebeurtenissen en 110 getallen (zoals  "er zijn op dit moment", "5", "kilometer", "A", "2", "langzaamrijdend verkeer"). De daadwerkelijke verkeerinformatie kan dan later worden samengesteld uit deze ingesproken bestanddelen. 

A vordert schadevergoeding voor het gebruik van zijn stem door Q-Music voor de telefoonlijn voor de periode van 1 oktober 2005 (het moment waarop de arbeidsovereenkomst tussen A en Q-Music beëindigd werd) tot en met 17 november 2005 (het moment waarop Q-Music de stem van A heeft vervangen). 

De vorderingen van A gebaseerd op schending van zijn rechten als uitvoerend kunstenaar in de zin van de Wet Naburige Rechten, worden door de rechter afgewezen.  Om in aanmerking te komen voor bescherming als uitvoerende kunstenaar in de zin van de WNR, dient de prestatie van de uitvoerende kunstenaar betrekking te hebben op een werk van letterkunde of kunst. Omdat onbestreden is dat de door A voorgelezen teksten geen eigen en persoonlijk karakter hebben, beroept A zich op de geschriftenbescherming van artikel 10 lid 1 onder 1 Auteurswet. De rechter geeft aan dat nu deze bescherming een beperkte strekking heeft welke niet mede ten grondslag heeft gelegen aan de begripsomschrijving van uitvoerend kunstenaar in de WNR, moet worden aangenomen dat het begrip 'werk' in de WNR niet mede omvat de geschriften zonder eigen en persoonlijk karakter van artikel 10 lid 1 onder 1 Aw.

Het beroep gebaseerd op onrechtmatig handelen van Q-Music, waardoor A wanprestatie pleegt jegens zijn níeuwe werkgever, wordt eveneens afgewezen. A beriep zich op het feit dat een dergelijk voortgebruik van een vertrokken dj ongebruikelijk is in de radiowereld. De rechter geeft echter aan dat dit dan wel het geval is bij het gebruik van een stem van een dj voor commercials en jingles, maar niet in het onderhavige geval.

Ten slotte geeft de rechter aan dat A wist dat zijn stem voor de verkeersinformatietelefoon werd gebruikt door Q-Music. Hij had met deze omstandigheid rekening dienen te houden.

Lees het vonnis hier.