Gepubliceerd op maandag 31 oktober 2005
IEF 1132
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

De nieuwe kleren van de leraar

Een geanominiseerd portretrecht-vonnis van de Rechtbank Den Haag van 26 oktober 2005. Leraar A poseerde voor een amateurschildersgroep welke onder leiding stond van B. B vroeg na afloop van de posseersessie of hij foto's van A mocht maken. De verklaring van B aan A voor het maken van de foto's was dat het lesmateriaal betrof om de betreffende naaktstudies van A op een andere avond af te kunnen maken. A heeft hiervoor toestemming verleend. De foto van A is vervolgens door B op zijn website te koop aangeboden. De naakt foto van A is vervolgens op de school waar hij lesgeeft gaan circuleren.

A heeft B aansprakelijk gesteld voor de door hem geleden schade. De rechtbank wijst de vordering tot vergoeding van de materiele schadevergoeding af. A heeft geen sluitende afspraken gemaakt omtrent eventuele openbaarmaking of verveelvoudiging van de naaktfoto's door de cursisten. A heeft volgens de rechtbank bewust een risico genomen dat zijn naakt foto's in de openbaarheid terecht zouden kunnen komen. De rechtbank verwerpt het door A gestelde psychisch letsel. A heeft zich niet onder behandeling behoeven te stellen. Bovendien verwerpt de rechtbank de stelling van A dat het voor hem onmogelijk zou zijn om voor de door hem opgenomen Bapu-uren vervangende uren te verwerven, vanwege gemis aan causaliteit.

De immateriele schadevergoeding (E 4.500) wordt wel toegewezen, omdat meer dan voldoende is komen vast te staan dat A ten gevolge van het onrechtmatig handelen van B in zijn eer en goede naam is aangetast en/of vanwege de inbreuk op zijn portretrecht op andere wijze in zijn persoon is aangetast. De rechtbank houdt daarbij rekening met het beroep van B op matiging ex art. 6:109, met name vanwege zijn niet rooskleurige financiele situatie. Naaktfoto's verkopen loont kennelijk niet altijd.  Lees hier de uitspraak.