Gepubliceerd op donderdag 25 augustus 2005
IEF 831
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

onbesuisde uitspraak

Voorzieningenrechter Rechtbank Alkmaar, 23 augustus 2005, LJN: AU1316, 81051/KG ZA 05-213. Wijnen cs tegen DSB cs. Rectificatierecht.

Wijnen cs zijn bij eerder kort geding vonnis veroordeeld om er voor te zorgen dat een rectificatie in het maandblad Quote verschijnt van een eerder daarin verschenen artikel waarin gedaagden DSB cs door eisers een corrupte boevenbende zijn genoemd. Het maandblad was echter niet bereid voor de rectificatie advertentieruimte ter beschikking te stellen. De rectificatie verschijnt op een redactionele pagina. De manier waarop de rectificatie is verschenen is echter strijdig met het vonnis.

Het geheel is in een relativerende context geplaatst. De rectificatie is immers direct gevolgd door het naschrift (“In ruil voor het plaatsen van deze rectificatie bood [eiser sub 1] ons zijn Maserati aan. Maar gelet op het bouwjaar van zijn 3200 stuurden we hem liever gewoon een rekening. De onbesuisde uitspraak komt [eiser sub 1] derhalve te staan op 1999,99 euro (zie ook Bijzaken, p29)."  Op pagina 29 van het aprilnummer van Quote is onder meer het volgende opgenomen: "Op last van de rechtbank in Alkmaar mag [eiser sub 1], directeur van internetbedrijf Xeeper, de raad van bestuur van [gedaagde 5]’s kredietconcern DSB geen corrupte boevenbende meer noemen. 'Tot dusver heb ik dat niet aannemelijk kunnen maken, dus heb ik me eerder inderdaad ongelukkig geuit', erkent [eiser sub 1], die gedwongen werd zijn eerdere uitspraak te rectificeren. Maar [eiser sub 1] is vastberaden net zolang door te procederen tot hij zijn stelling wél kan bewijzen. (...) " en in hetzelfde nummer van Quote is het artikel, zoals weergegeven onder 2.4, verschenen.) Derhalve is niet voldaan aan hetgeen bij het vonnis was bepaald, dat enkel de rectificatie-tekst in Quote zou verschijnen.

4.8 Naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter is, in het onderhavige geval, waarin rectificatie niet anders dan redactioneel kon worden verkregen, het spreken met genoemde journalist alléén onvoldoende om aan te nemen dat [eisers] de relativerende context van de rectificatie bewerkstelligd hebben. Nader onderzoek naar de feitelijke gang van zaken - waar dit kort geding zich evenwel niet voor leent - kan eventueel een ander licht op de zaak werpen.

4.9 Bij deze stand van zaken dient het ervoor gehouden te worden dat [eisers] in onmogelijkheid verkeerden om in strikte zin te voldoen aan het vonnis. Daarmee staat onvoldoende vast dat de dwangsommen verbeurd zijn, zodat DSB vooralsnog niet tot executie van de dwangsommen over mag gaan.de hand lag, nu [eiser sub 1] plaatsing van de rectificatie wilde bewerkstelligen, hetgeen niet mogelijk was door advertentieruimte te betrekken.

Lees het vonnis hier.