Gepubliceerd op vrijdag 8 juli 2005
IEF 616
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

el winnaar

Hoge Raad, 8 juli 2005, LJN: AT1088C01/036HR, Unilever tegen Arctic. De Hoge Raad vernietigt het arrest van het gerechtshof te 's-Gravenhage van 2 november 2000.

In de woorden van PG Strikwerda: "Het oordeel van het hof dat het enkele feit dat Unilever c.s. het teken al eerder dan Artic c.s. gebruikten, onder de omstandigheden van het onderhavige geval onvoldoende is om af te wijken van het oordeel dat het depot te kwader trouw door Unilever c.s. is geschied, geeft derhalve blijk van een onjuiste rechtsopvatting: het voor-voorgebruik van Unilever c.s. staat aan het beroep van Artic c.s. op aanwezigheid van kwade trouw bij Unilever c.s. in de weg. De verwijzing door het hof naar de omstandigheden van het onderhavige geval kan daar niet aan afdoen, nu uit geen van de door het hof genoemde omstandigheden kan volgen dat Unilever c.s. het depot uit anderen hoofde te kwader trouw hebben verricht." Lees arrest.